'Srebrenica-held' Oric vrijgesproken

De Kamer van Beroep van het Joegoslavië-Tribunaal heeft vandaag de Bosnische moslim Naser Oric vrijgesproken. Oric kreeg in 2006 twee jaar cel omdat hij als leider van de verdedigers van Srebrenica in 1992 en 1993 niets zou hebben gedaan om martelingen of nieuwe moorden op gevangen genomen Serviërs te voorkomen.

De Kamer stelde echter dat de rechters in eerste aanleg onvoldoende bewijs hadden voor een veroordeling. Volgens de Kamer zijn er ''alleen vage en niet overtuigende'' feiten aangevoerd, die niet bewijzen dat Oric wist van de misdaden die onder zijn commando zouden zijn gepleegd in twee politiebureaus en in de omgeving van de enclave.

De rechters benadrukten wel dat buiten kijf staat dat er zware misdrijven zijn gepleegd tegen gevangen genomen Serviërs. Voorzitter Wolfgang Schomburg stelde echter dat het feit dat de misdaden gepleegd zijn, niet voldoende is om iemand vast te zetten. ''We moeten zonder enige twijfel vaststellen dat de verdachte schuldig is. Wij hebben niet voldoende materiaal dat dat bewijst'', aldus de rechter.

Oric en de aanklagers waren beide in beroep gegaan tegen het vonnis uit 2006. Oric omdat hij vond dat de rechtbank over onvoldoende bewijs beschikte, de aanklagers omdat zij de straf van twee jaar te laag vonden. Toenmalig hoofdaanklaagster Carla Del Ponte eiste achttien jaar tegen de oud-commandant.

Oric werd direct na de uitspraak in 2006 vrijgelaten, omdat hij toen al drie jaar in de VN-gevangenis in Scheveningen in voorarrest had gezeten. Terug in Sarajevo werd hij op het vliegveld door meer dan duizend moslims verwelkomd als een held. Hij woonde de uitspraak vandaag in Den Haag bij.