Noordpool warmt snel op

Icoon Milieu Op de Noordpool smelt ijs, op de toendra ontstaan langzaam struiken en er zijn steeds meer zorgen over de ijskappen op Groenland. Dat blijkt uit de 'State of the Arctic'-analyse van de National Oceanic and Atmospheric Administration in opdracht van de Amerikaanse regering. "Er zijn eerder regionale warmteperioden geweest. Maar nu gaat het om veranderingen op de hele Noordpool", zegt de oceanograaf James Overland. Van de laatste vijf jaren is de temperatuur op de Noordpool in ieder geval elk jaar 1 graad Celcius te hoog.

Bovendien wordt er steeds meer warm water aangevoerd vanuit de Bering Straat in 2001 tot 2004. Dat duidt op een lange termijnontwikkeling van smeltend ijs. Dit jaar gaat het beter in de Bering Straat, maar is er nog nooit zo weinig ijs gemeten aan de Atlantische zijde van de Noordpool. Vroeger kon het voorkomen dat ergens ijs afnam en het op een andere plaats toenam, maar nu is er een totale afname van het ijs op de Noordpool. Nooit eerder had de Noordpool zo weinig ijs als maart van dit jaar.

Niet alleen in de ijsmassa, maar ook op het land zijn er grote veranderingen waarneembaar. Dat concludeert de geoloog Vladimir E. Romanovsky. Er zijn veranderingen in vegetatie, rivierlozingen, gletsjers en bodems. "De toendra wordt groener door de toename van struiken. Dat zorgt voor problemen omdat rendieren migreren".

Overland legt uit dat de opwarmende Noordpool invloed heeft op de rest van de aarde. "We zien veel aanwijzingen die duiden op een klimaatverandering op de Noordpool. Dat kan een indicator zijn van de rest van de wereld", zegt hij. "Het temperatuurverschil tussen de Noordpool en de evenaar stuurt al het weer op de aarde", gaat hij verder. "Als de Noordpool opwarmt, en de verschillen op aarde daardoor kleiner worden, kan het weer veranderen. We weten echter niet precies wat de veranderingen zullen zijn".

De studie was opgezet om te bekijken in hoeverre klimaatverandering invloed heeft op de ijsmassa op de Noordpool. Wetenschappers uit de Verenigde Staten, Canada, Duitsland, Polen, Noorwegen, Zweden en Rusland brengen elk jaar een rapport uit over de situatie. In 2007 zal de studie nog intensiever worden.