Fabriek deels aansprakelijk voor ziekte

Icoon JustitieDe asbestverwerkende fabriek Eternit in Goor is deels aansprakelijk voor het ontstaan van de dodelijke ziekte mesothelioom die door asbestblootstelling is veroorzaakt. Dat heeft de voorzieningenrechter in Rotterdam bepaald.

De uitspraak kwam in een kort geding dat door de nabestaanden van een onlangs overleden zelfstandige aannemer was aangespannen tegen de fabrikant.

De rechter heeft Eternit veroordeeld tot het betalen van 20.000 euro schadevergoeding aan de nabestaanden van Dirk Okker uit Stad aan het Haringvliet op Goeree Overflakkee. Er was 50.000 euro geëist. De man, die 59 jaar is geworden, heeft vanaf 1962 tot in 1994 met asbestplaten gewerkt. Volgens de uitspraak van de rechter is niet alleen Eternit, maar ook Okker zelf voor 50 procent aansprakelijk voor het oplopen van mesothelioom.

Eternit moet, aldus de uitspraak, tussen 1969 en 1979 afgeweten hebben van de gevaren die het werken met asbest met zich meebrengt. De fabriek had daarover betere voorlichting moeten geven. Vanaf '79 had Okker zich beter op de hoogte moeten stellen van die gezondheidsrisico's.

Eternit heeft vanaf 1979 haar asbestproducten voorzien van een geelgekleurd waarschuwingsetiket. Hierop staat onder meer op vermeld dat bij bewerking fijn stof kan ontstaan dat asbest bevat en dat het inademen van dit fijne stof in hoge concentraties vermeden moet worden. De fabrikant liep hiermee vooruit op het Etiketteringsbesluit van 1984.

Aan de hand van rapporten van deskundigen van voor 1979 had volgens de rechter Eternit al eind jaren zestig kunnen weten dat het verwerken van asbestplaten, waarmee Okker werkte, niet ongevaarlijk was. De arbeidsinspectie had in 1971 dan wel een folder uitgegeven met waarschuwingen, maar dat betekende dus niet dat Eternit geen informatie hoefde te geven, aldus de uitspraak.