'Lonsdale-jeugd krijgt te snel de schuld'
De zogenoemde Lonsdale-jongeren worden na confrontaties met moslimjeugd veel te snel beschuldigd dat ze begonnen zijn. Dat stelt de Monitor Racisme en Extremisme die vandaag gepresenteerd is door de Anne Frank Stichting en de Universiteit Leiden. Volgens de Monitor kunnen jonge moslims de confrontaties ook zelf uitlokken. Dat wordt echter niet genoeg onderzocht, concluderen de onderzoekers. De spanningen tussen autochtone en allochtone jongeren worden normaal gesproken samengevat onder het 'Lonsdalevraagstuk'. Deze noemer is te eenzijdig, zo stelt de Monitor.De onderzoekers van de Anne Frank Stichting en de Universiteit Leiden vinden dat instanties zich meer moeten richten op verbanden die er zijn tussen de radicalisering van extreem-rechtse gabbers en moslimjongeren. Uit het onderzoek blijkt dat er veel variaties onder Lonsdale-jongeren en gabbers zijn. Het ideologisch gehalte (racistisch of extreem-rechts) van de groepen kan sterk variëren, zoals ook incidenten niet altijd worden ingegeven door ideologie.
De Monitor bepleit een evenwichtigere aanpak van de confrontaties tussen jonge autochtonen en allochtonen. De betrokken instanties, van school, gemeente en politie tot justitie en rechters, moeten veel meer met elkaar communiceren en op elkaar afgestemde actie ondernemen. Dit laatste geldt evenzeer voor de bestrijding van verschillende vormen van radicalisme, in het bijzonder islamistisch radicalisme en rechtstradicalisme. Verder wordt bepleit racisme en discriminatie op internet veel meer juridisch aan te pakken.
