Straf geëist voor bedreigen leraren

Wegens het sturen van een kogelbrief naar leraren van het Marcanti College in Amsterdam-West stonden gisteren vier verdachten terecht. De dreigbrief werd verstuurd daags na de dodelijke schietpartij op het Terra College in Den Haag. Volgens één van de leerlingen was de brief niet meer dan ''een uit de hand gelopen grap''.

Op 15 januari 2004 hadden de verdachte leerlingen ''een top-10-dodenlijst'' opgesteld met namen van docenten en medewerkers van het Marcanti College. Onder de lijst stond geschreven: ''voor elke gezakte scholier een leraar neer'', en een afbeelding van een pistool. De brief werd samen met een kogel in een envelop gestopt en onder de deur van het kantoor van een docent geschoven.

De leerlingen, die allen een paar dagen in de cel zaten, zijn in het kader van een lik-op-stuk-beleid al veroordeeld tot werkstraffen van 100 tot 120 uur. In aanvulling hierop eiste het OM gisteren één maand voorwaardelijke celstraf, als een stok achter de deur.

Twee leerlingen, Murat en Hassan, hebben bekend en ook hun spijt betuigd voor de kogelbrief. De twee andere jongens, Mohammed en Rachid, zeiden bij de rechtbank dat ze wel wisten van de dodenlijst, maar dat ze niet actief waren betrokken bij het maken van de brief.

Een aantal leraren en medewerkers die op de lijst stonden, is ruim één jaar na het incident nog angstig en meldt zich met enige regelmaat ziek. Sommigen hebben angst om de leerlingen tegen te komen. Zij willen ze nooit meer zien. De vier leerlingen, die allen in hun eindexamenjaar zaten, werden indertijd onmiddellijk geschorst. Ze konden op een andere school wel hun examen afronden, ook al was daar medewerking van het Marcanti College voor vereist. ''Alle jongens hebben hun examen gehaald. Dat deze leerlingen eindexamen konden doen, vereist moed en professionaliteit van de docenten en de school'', zo prees de officier van justitie het Marcanti-college.