Cohen eerst niet welkom bij crematie Van Gogh
Burgemeester Job Cohen van Amsterdam was afgelopen dinsdag in eerste instantie niet uitgenodigd op de crematie van Theo van Gogh. Toen hij daar maandag achterkwam heeft hij contact laten zoeken met de familie Van Gogh. Pas na een telefoongesprek met de vader van Theo van Gogh en de woordvoerster van de burgemeester werd voor Cohen een plaatsje achterin de zaal ingeruimd. De burgervader vond dat hij als vertegenwoordiger van de gemeente Amsterdam aanwezig behoorde te zijn.Dat Cohen in eerste instantie niet was uitgenodigd is overigens niet zo vreemd: Theo van Gogh was geen fan van het beleid van Cohen en dat liet hij vaak in columns weten.
Verdonk
Cohen heeft volgens de Telegraaf vorige week dinsdag ook alles in het werk gesteld om te voorkomen dat minister Rita Verdonk op de herdenkingsbijeenkomst op de Dam in Amsterdam het woord ging voeren. Volgens de krant heeft hij de bewindsvrouwe direct en indirect onder druk gezet daar weg te blijven, zogenaamd omdat de familie van Theo van Gogh daar geen prijs op zou stellen.
De woordvoerster van Cohen heeft tegen het ANP een iets andere uitleg. Volgens haar is vorige week verwarring ontstaan over de vraag wie, behalve Cohen, zou spreken op de manifestatie op de Dam. In eerste instantie zou Theo's goede vriend Theodor Holman namens familie en vrienden het woord voeren. Hij trok zich terug voor minister Verdonk. ''Cohen, die in deze zaak altijd gekoerst heeft op de wensen van de familie, is daarmee akkoord gegaan'', aldus zijn woordvoerster.
Volgens de Telegraaf betrof het proberen te weigeren van Verdonk echter een soloactie van de burgemeester en enkele vertrouwelingen rondom hem. Minister Verdonk trok zich daar uiteindelijk niets van aan omdat vrienden van Van Gogh wel wilden dat ze kwam. Ze had aangeboden daar te spreken omdat zij Van Gogh goed kende. De cineast was erg op haar gesteld en steunde haar beleid.
De moeder van Theo van Gogh noemde deze week op de crematie uitdrukkelijk de naam van minister Verdonk. Ze zei dat de minister de steun van Theo had en vooral door moest gaan met haar beleid.
