Jongeren eerder uit huis
Meisjes gingen in het begin van de jaren tachtig gemiddeld op 20,3-jarige leeftijd het huis uit, jongens gemiddeld twee jaar later. Eind jaren negentig was dit gemiddeld voor beiden een jaar hoger. Nu zijn er weer enkele maanden vanaf. De trendbreuk zou mogelijk veroorzaakt zijn door de lage jeugdwerkloosheid aan het begin van deze eeuw. De cijfers gaan over de periode tot en met 2002.
Jongeren die een hogere opleiding volgen, gaan gemiddeld eerder uit huis, omdat Hbo-instellingen en universiteiten veelal niet nabij het ouderlijk huis liggen. Jongeren met een lage opleiding bleven gemiddeld het langst thuis wonen. De financiële mogelijkheden om jong alleen te wonen, waren voor deze groep vaak niet ideaal, waardoor zij wellicht langer bij hun ouders verbleven.
