Verhoren van criminele Marokkanen lukt niet

De Nederlandse politie blijkt op grote problemen te stuiten bij het verhoren van Marokkaanse criminelen. Volgens zeggen van de politie blijkt het verhoren van Marokkanen aanzienlijk lastiger te zijn dan de Nederlandse misdadigers. Zo bekennen Marokkanen minder vaak dan Nederlanders en laten ze minder informatie los voor het opsporingsonderzoek. Hierdoor duurt een verhoor bij Marokkanen gemiddeld 76 minuten, tegenover 114 bij Nederlanders.

Uit onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen blijkt dat de gangbare verhoortechnieken niet goed werken. Bij het onderzoek werden door vakmensen van sociale en organisatiepsychologie enkel verdachten geanalyseerd, die uiteindelijk schuldig werden bevonden. De verdachten hadden zich schuldig gemaakt aan misdrijven als diefstal, roof en huiselijk geweld. Verder komt er uit het onderzoek naar voren dat één op de drie Nederlandse criminelen dergelijke delicten ontkent. Bij Marokkaanse criminelen blijkt dit twee op de drie te zijn.

De politie bevestigt de bevindingen van het onderzoek. Het verhoren van verdachten uit andere culturen verloopt ook volgens hen vaak relatief vaak moeizaam. Zo verwijten de agenten dat Marokkaanse verdachten hardnekkig blijven zwijgen en liegen. "Ze ontkennen nog dat ze geboren zijn", zo zegt een politiefunctionaris.

"Een Nederlander zal eerder een misdrijf bekennen als de politie hem confronteert met sluitend bewijs, zoals beelden van een bewakingscamera waarop de verdachte duidelijk zichtbaar is, zegt psychologe dr. Ellen Giebels van de Rijksuniversiteit Groningen. "Mensen uit een groepscultuur, zoals Marokkanen, zijn door de bank genomen minder gevoelig voor de druk van de waarheid, aldus de onderzoekers. Gevoelens van schaamte en angst om de eer van de eigen groep te beschadigen wegen bij hen zwaarder. Als ze al bekennen, geven Marokkaanse verdachten daarvoor niet zelden extreme verklaringen. Om gezichtsverlies te voorkomen zeggen ze dan dat ze wel moesten bekennen, omdat ze zijn geslagen of bijna vermoord." Aldus Giebels.

_
Het volledige artikel