Berlusconi eist schadevergoeding van oppositie

Gisterenavond is bekend geworden dat de Italiaanse premier Silvio Berlusconi een bedrag van vijftien miljoen euro als schadevergoeding heeft geëist van oppositieleider Piero Fassino. De oppositieleider heeft de premier en mediamagnaat ervan beschuldigd een lastercampagne te voeren tegen centrumlinks.

Juridische bronnen melden, dat Berlusconi de aanklacht wegens smaad tegen de leider van de Linkse Democraten na een woordenstrijd over een zakelijke overeenkomst uit 1997 in Servië begon. Die telecom-overeenkomst is de aanleiding voor de rel tussen beide politieke blokken.

De huidige voorzitter van de Europese Commissie Prodi was in 1997 premier en Fassino onderminister van Buitenlandse Zaken, toen het vroegere staatsbedrijf Telecom Italia een belang van 29 procent nam in Telekom Srbija. De Italiaanse firma betaalde 450 miljoen euro voor het minderheidsbelang, puur om de aandelen vijf jaar later voor minder dan de helft van de prijs te verkopen. Toen de regering-Berlusconi twee jaar geleden aantrad, liet zij de transactie op advies van een financieel adviseur onderzoeken.

Vorige maand deed Piero Fassino de uitspraak "dat Berlusconi de 'poppenspeler' was achter berichten in de media" en dat "hij en voorzitter Romano Prodi van de Europese Commissie miljoenen euro's smeergeld hebben opgestreken bij de transactie met het Joegoslavië van Slobodan Milosevic."

Berlusconi bezit in Italië ongeveer negentig procent van de Italiaanse televisie. De premier nam de utspraken van Fassino hoog op en gaf zijn advocaten opdracht in actie te komen. Het is de eerste keer dat de centrumrechtse premier de bittere strijd met zijn politieke vijanden voor de rechter uitvecht.