Aanpak Antilliaanse probleemjeugd zeer lastig

Tilburg gaat Antilliaanse criminelen 'keihard' aanpakken, zo sprak burgemeester Johan Stekelenburg vorige week. Volgens diverse deskundigen is dat echter makkelijker gezegd dan gedaan. James Schrils, maatschappelijk werker voor Antillianen, is somber over de manier waarop de Nederlandse overheid omgaat met losgeslagen Antilliaanse jongeren. De Volkskrant tekende zijn verhaal op.

''Over vijf jaar vallen er nog steeds doden, net zoals anderhalve week geleden in Tilburg. Sorry, ik kan het niet anders zeggen'', zegt Schrils, die ook historicus is en voorzitter van de stichting Forsa voor hulpverlening aan Antillianen. Schrils, zelf ook Antilliaan, omschrijft de Antillianen als mensen met een groot minderwaardigheidsgevoel en historische trauma's die samenhangen met het koloniale verleden van de Antillen: ''Ze hebben zeer lange tenen. Ze schreeuwen: Wij eisen respect!. Maar ze geven zelf niemand respect. Ach, het is allemaal al lang beschreven en bedacht. Maar in Nederland worden er steevast wat projectjes tegenaan gegooid, die na een paar jaar weer geruisloos verdwijnen''.

Volgens Schrils kan alleen een aanpak die zeer veel geld kost het probleem te lijf gaan. Zo zouden de Antillen een Nederlandse provincie moeten worden, om zo hun economische en sociale situatie snel te verbeteren. Ook moet de politie niets meer accepteren. Géén wapenbezit, geen luidruchtige straatfeesten. ''Denk je dat Antillianen problemen hebben met preventief fouilleren? De meeste juichen het toe!''.

Schrils denkt dat het lang gaat duren voor er een noodzakelijke mentaliteitsverandering komt. Dat kan volgens hem alleen met programma's van 10, 20 jaar. Er zijn internaten nodig die kinderen kunnen opvangen, zonodig onder dwang. Vaders moeten op hun verantwoordelijkheid worden gewezen. Ze kunnen de opvoeding niet overlaten aan tienermoeders wier opleiding- en taalniveau doorgaans niet hoger is dan die van de criminele jeugd zelf, zo besluit Schrils.

'Kansloze jongeren'

Ook in het NRC Handelsblad zijn vergelijkbare verhalen te lezen. Volgens Johan van Gurp, projectmanager multiculturele samenleving, onderscheiden Antilliaanse jongeren zich van andere groepen allochtone jongeren omdat het rijksgenoten zijn die betrekkelijk drempelloos Nederland binnenkomen. Daarbij wordt er volgens hem ten onrechte van uitgegaan dat zij de Nederlandse taal beheersen.

,,Het zijn met name de kansloze jongeren uit de Antillen. Die hebben weinig scholing en spreken vaak nauwelijks Nederlands''. Maar het grootste probleem is volgens hem dat ze vaak in hun eentje komen. ,,Ze worden door moeder op het vliegtuig gezet en gaan hier op de bonnefooi op zoek naar een tante of een neef. Een thuisbasis ontbreekt. Er is geen sturing van ouders''.

Anderen, zoals Roy Pieters, voorzitter van de Antilliaanse organisatie Sirkulo Antiyano Tilburg, zijn minder somber. Volgens hem is er meestal wel een tante of een peetoom of kennis aanwezig. En het gaat om de groep van rond de 18, die zijn juridisch volwassen. Volgens Pieters is het probleem eerder dat de Antilliaanse gemeenschap in Tilburg de laatste jaren (te) sterk is gegroeid.