Italiaanse maffia niet te stuiten
Vorige week bijvoorbeeld werd de 43-jarige Napolitaan Vincenzo Tammaro neergeschoten toen hij op een brommer reed. De schutters zaten op een motor en stopten na het eerste schot om, de inmiddels zwaargewond op de straat liggende, Tammaro zonder veel haast het genadeschot toe te dienen. Nu was Tammaro geen voorbeeld van een eerzame burger, maar een vooraanstaand lid van een clan van de camorra, de Napolitaanse versie van de maffia. Hij was net ontslagen uit de gevangenis omdat het openbaar ministerie onvoldoende bewijs kon aanvoeren voor zijn betrokkenheid bij de moord op twee vakbroeders.
De camorra is al jaren verwikkeld in een bendeoorlog die al honderden slachtoffers heeft gemaakt. Het is niet alleen in Napels oorlog. Ook in Apulië maken maffiosi elkaar het leven zuur. Daar is een hevige strijd om de macht aan de gang. Aanleiding was de arrestatie van een aantal leden van de georganiseerde misdaad, die bekendstaat onder de naam Sacra Corona Unita (Verenigde Heilige Kroon). In Bari is eveneens een bloedige strijd tussen clans aan de gang. Hoewel ze op straat worden uitgevochten, maken ze gelukkig zelden onschuldige slachtoffers.
In tegenstelling tot de oorlogen die de clans van de camorra (Napels), de Sacra Corona Unita (Apulië) en de maffia in Bari uitvechten, zo rustig is het op Sicilië bij de Cosa Nostra. Een slecht teken menen maffiabestrijders, want hoe stiller de maffia, hoe beter het met haar gaat.
De Cosa Nostra is na jaren van bloedige strijd in rustiger vaarwater terecht gekomen. Daar geldt nu de pax maffiosa, de vrede van de maffia. Zo weinig mogelijk geweld, zo hoog mogelijke winsten. Op Sicilië betaalt 70% van alle ondernemingen beschermingsgeld. Elders in Zuid-Italië is de toestand niet veel beter. In de provincie waarin Napels ligt draagt 40% van de bedrijven geld af en in Apulië betaalt 30% de maffia.
Geschat wordt dat het Italiaanse bedrijfsleven per jaar ruim 2 miljard euro afstaat aan de Italiaanse onderwereld.
