Hersengroei veroorzaakt puberaal gedrag

Onderzoek uitgevoerd door een team neurologen aan de San Diego State University, US denken een verklaring te hebben gevonden voor het onaangepaste gedrag van puberende kinderen. Robert McGivern en zijn team hebben gevonden dat kinderen die de pubertijd bereiken, hun vermogen om emoties van andere mensen te herkennen drastisch vermindert. Dit vermogen keert niet terug naar normaal, totdat ze zo'n 18 jaar oud zijn.

McGivern denkt dat dit een mogelijke verklaring is waarom tieners het leven vaak oneerlijk vinden. Ze kunnen namelijk niet zo efficiënt sociale situaties inschatten als normale mensen. "Tijdens de pubertijd hebben sociale interacties een dominante invloed op hun gedrag. En juist op dat moment worden tieners overspoeld met een grote variëteit aan sociale situaties, terwijl hun hersenen aan het 'remodelleren' zijn. Daarom zijn pubers emotioneel in de war en vertonen vaak irritant gedrag", zegt McGivern.

Eerdere studies hebben aangetoond dat in de pubertijd een plotselinge toename plaatsvindt van bepaalde zenuwconnecties in de hersenen. Feitelijk gezien treedt er een enorme zenuwactiviteit op in de prefrontale cortex. "Dit speelt een belangrijke rol in het inschatten van sociale relaties en planning en controle van hun sociale gedrag", aldus McGivern.

In het onderzoek werden bijna 300 mensen tussen 10 en 22 jaar getest op prefrontale cortexactiviteit. Dit deden ze door gelaten en woorden, of een combinatie van de twee achter elkaar te laten zien. De onderzoekers vroegen om de emotie op het gelaat te beschrijven, zoals boos, blij, droevig of neutraal. De resultaten tonen aan dat de personen vanaf 11 tot 18 jaar 20% minder goed in het herkennen waren.