Israëlische troepen nemen Ramallah over

De beslissing om de Palestijnse leider Yasser Arafat vrij te laten reizen in de Palestijnse gebieden, heeft niets afgedaan aan de intensiteit van de Israëlische acties. Vanmorgen hebben Israëlische troepen het grootste offensief gestart sinds het uitbreken van de intifada in september 2000. Volgens bronnen bij het leger nemen troepen de controle over in Ramallah en vluchtelingenkampen rond de stad.

Met ruim honderd tanks en pantserwagens nam het leger eerst alle buitenwijken van Ramallah in, aldus Palestijnse bronnen. Alleen het centrum is nog in Palestijnse handen, daar zouden zich nog gewapende Palestijnen schuilhouden. Vier tanks positioneerden zich op honderd meter afstand van het kantoor van de Palestijnse leider Arafat. Soldaten doodden twee Palestijnen en verwondden twee anderen. Een veiligheidsagent raakte zwaargewond bij een schietpartij dichtbij het hoofdkwartier van de Palestijnse leider.

Palestijnen vertelden het Franse persbureau AFP dat het leger vanmorgen het dorp Wadi al Salka over heeft genomen, en dat de troepen alle mannen tussen de 16 en de 60 bij elkaar had gedreven bij een lokale moskee, waar hun handen aan elkaar werden gebonden.

In de Gazastrook is de operatie in het Jabalya vluchtelingenkamp beëindigd. Minstens 24 Palestijnen kwamen om bij de actie die bedoeld was om ‘terroristische infrastructuur’ te vernietigen. Israëlische troepen bliezen verscheidene gebouwen op, waaronder een metaalfabriek waar Kassam-2 raketten werden geproduceerd.

De Palestijnse leider Arafat sprak in verband met de invallen in het Qalqilya vluchtelingenkamp over ‘nazipraktijken’. Het stootte Arafat vooral tegen de borst dat de 1000 Palestijnen die bijeen werden gedreven op pleinen en werden ondervraagd nummers op hun arm geschreven kregen, en werden geblinddoekt.