'Gedrag Marechaussee onbehoorlijk'

De marechaussee heeft zich onbehoorlijk gedragen bij de aanhouding van een vredesactiviste in de Rotterdamse haven in september 1999. De nationale ombudsman heeft dat bepaald naar aanleiding van een klacht van de vrouw.

Tijdens de Wereldhavendagen 1999 bevond de vrouw zich op een schip van de Koninklijke Marine. Samen met een medestander wilde zij daar actie voeren tegen militair geweld. De marechaussee greep in, en zei dat de vrouw het schip moest verlaten. De marechaussee gaf haar te kennen dat zij niet gearresteerd zou worden als ze zou meewerken. De vrouw werd nadat zij licht tegen stribbelde echter op de grond gedrukt, geboeid en afgevoerd. Dit was onbehoorlijk, concludeert de ombudsman.

De ombudsman was ook niet te spreken over het feit dat de vrouw daarna in het busje van de marechaussee werd gefouilleerd, in het bijzijn van tientallen omstanders.
Hiervoor bestond volgens de ombudsman geen reden.