Grote AIDS besmetting in China

In de Centraal-Chinese provincie Henan is 65 procent van de bevolking besmet met het AIDS-virus. De bevolking is besmet geraakt door het afstaan van bloed. De Chinese overheid ontkende jarenlang de problematiek, maar geeft nu toen met een grootschalige crisis te maken te hebben.

De Communistische Partij zegt gezondheidsdeskundigen, inclusief de onderminister van het ministerie van Volksgezondheid, naar de provincie gestuurd te hebben. In het dorp Wenlou, dat het zwaarst getroffen is, zou een speciale kliniek zijn opgezet om 24 uur per dag patiënten op te vangen. Ook wordt er een grootscheepse publiciteitscampagne opgezet, worden bloeddonoren gescreend en criminele bendes ('bloedhoofden') aangepakt.

Met het afstaan van bloed verdienen dorpsbewoners veertig yuan (ongeveer zeven gulden) per bezoek. Volgens dorpsbewoners is hun bloed afgetapt en verzameld in een grote container. Het resterende bloed is teruggepompt in hun lichamen. Daarbij zouden injectienaalden hergebruikt zijn en de apparatuur was niet steriel. Door deze onhygiënische methoden heeft het HIV-virus zich snel kunnen verspreiden onder de bevolking.

Vermoedelijk hebben ruim een half miljoen mensen in Centraal-China het HIV-virus opgelopen door het geven van bloed. Het Chinese ministerie van Volksgezondheid schat het aantal besmette personen op meer dan zeshonderdduizend. Dit aantal groeit met dertig procent per jaar. Eind maart waren er in China bijna 24 duizend personen overleden aan de gevolgen van AIDS. De Verenigde Naties voorspelt dat China in 2010 meer dan tien miljoen seropositieven en AIDS-patiënten telt als er geen actie wordt ondernomen.