VN verlengt sanctie-ontheffing Irak

Het 'olie voor voedsel' programma voor Irak is met vijf maanden verlengd. Dat is besloten door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties in New York. Volgens de regeling mag Irak, ondanks de al elf jaar durende strenge VN-sancties, toch olie exporteren. De opbrengsten mogen alleen worden gebruikt voor het invoeren van medicijnen en voedsel. De sancties gelden sinds 1990, toen Iraakse troepen Koeweit binnenvielen.

De leden van de raad worstelen al enige tijd met plannen om het sanctiebeleid tegenover Irak te veranderen. Rusland werkt een recent Amerikaans-Brits plan tot wijziging tegen. Rusland heeft handelsbetrekkingen met Irak en wil dat de VN-sancties zo snel mogelijk worden opgeheven.

Misbruik
Groot-Brittannië en de Verenigde Staten denken dat Irak misbruik maakt van het 'olie voor voedsel' programma. Beide landen willen daarom dat de sancties worden aangescherpt, maar Rusland dreigde met een veto in de veiligheidsraad, waardoor het programma alsnog in zijn oude vorm is verlengd.
De VN zal de sancties pas opheffen als Irak inspecteurs toelaat die kunnen controleren of het land de beschikking heeft over massavernietigingswapens.

Rond de bijeenkomst van de Veiligheidsraad werd bekend dat zeker twee Iraakse diplomaten asiel hebben aangevraagd in Amerika. Hun termijn bij de VN zou binnenkort aflopen. Eén van hen is de Iraakse onderambassadeur bij de VN.