Sluiter vindt balans terug

Het Wimbledongevoel van Raemon Sluiter is in geen velden of wegen te bekennen, maar de successen zijn er niet minder om. Juist op het belangrijkste tennistoernooi ter wereld, waar Sluiter (nog) geen speciale band mee heeft, begint de populaire Rotterdamse Daviscup-held de balans tussen hobby en werk te vinden. Inmiddels is hij gevorderd tot de derde ronde en bevindt hij zich tussen de beste 32 grastennissers van 2001. Gras- en dubbelspecialist Todd Woodbridge werd in vier sets een halt toegeroepen. Na 6-4, 7-6, 2-6, 6-3 was het afgelopen (of 'Todd ziens', zo u wilt) voor de Australiër, die met zijn voormalige partner Mark Woodforde grossierde in dubbelspeltitels.

Vroeger liet Sluiter, 23 jaar, zich nog weleens meeslepen door zijn emoties. Na de triomf op Woodbridge was van uitgelatenheid geen sprake, terwijl het toch de doorbraak op grandslamniveau markeerde. Immers Sluiter kwam nog nooit tot dit stadium bij een van de vier 'majors', dus reden voor een vreugde-uitbarsting had hij zeer zeker. Opmerkelijk voor een man, die bij de Daviscup-duels het publiek ophitste en die door emoties overladen in de armen van captain Tjerk Bogstra viel. "Daviscup kun je hier niet mee vergelijken. Daar bouw ik iets op met het publiek. Dat maakt het speciaal. Ik beschouw dit als een goede overwinning en ik ben blij, hoe ik tegen een echte specialist heb gespeeld. Maar ik kijk verder. Ik ben nog niet klaar", merkte Sluiter op.

Hij heeft een vervelende periode achter de rug. Keihard werken zonder resultaat bezorgde hem een uiterst onrustig gevoel. De bewijzen, dat hij op de goede weg zat, bleven uit. In de Daviscup op handen gedragen, maar in het circuit worstelend met het zelfvertrouwen. Sinds het grastoernooi van 'Queens', waar hij een paar rondjes won, is de rust weergekeerd. "Vroeger was het voornamelijk mijn hobby. Nu zie ik tennis ook als werk. Ik ben een collegiaal en sociaal type, maar ik heb geleerd meer aan mijzelf te denken. Dat moet, wil ik progressie blijven maken. Ik kijk uit naar de confrontatie met Arnaud Clément. Daviscup-gevoelens leven helemaal nog niet. Ook niet omdat hij Fransman is. Twee keer heb ik nipt van hem verloren. Ik moet tegen hem zelf het spel gaan maken, omdat hij een counterpuncher is."

Clément mag dan geen specialist zijn op de groene sprieten, de kleine man uit Aix en Provence, woonachtig in Genève, figureerde wel in de finale van de Australian Open. En heeft derhalve op dit niveau meer ervaring in de koffer. Sluiter wordt tegenwoordig op straat herkend en dat vindt hij eigenlijk maar niets. "Het is leuk wanneer kinderen mij aanschieten, maar verder heb ik weinig met die populariteit. Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Dat geldt zeker voor mij."

Ook Sjeng Schalken benaderde op de derde dag van Wimbledon 2001 zijn gewone doen, waar hij al een tijdje naar op zoek was. De Limburger was in de eerste ronde met de schrik vrijgekomen en uit schier onmogelijke positie nog winnend aan de streep beland tegen de Oostenrijker Stefan Koubek. In de Amerikaanse qualifier Bob Bryan ontmoette Schalken een ideale sparringpartner om zich op te gaan maken voor het echte werk, morgen tegen niemand minder dan Tim Henman. Via 6-4, 3-6, 6-3, 6-4 verschafte Schalken zich een weg naar die confrontatie, zonder dat hij ook maar een moment zijn goede humeur tentoon spreidde. Mopperend en frequent communicerend met zijn coach Alex Reijnders bewoog hij zich over showbaan 13. "Het ging beter, maar ik steek nog niet in een topvorm. De souplesse is er een beetje uit. Dan ga ik te veel nadenken. Daarom stond ik nog te gespannen op de baan. Maar ik heb ronde drie toch weer gehaald. Ondanks het stroeve spel. Dat doet mij deugd", aldus de realistische tennisprof.

Gelukkig voor Schalken kon de neurotisch aandoende Bryan slechts heel hard serveren, maar sloeg hij in de rally's de gele projectielen voortdurend het veld uit. Tegen Henman heeft hij morgen niets te verliezen. Alle druk ligt bij de Brit, van wie smachtend wordt gehoopt, dat hij Engeland de belangrijkste tennistitel zal brengen. "Hij is nog niet van me af. Ik bijt me vast in die wedstrijd en speel punt voor punt. Hij is de favoriet, maar ik zal Henman laten zien, dat ik nog steeds een partijtje kan tennissen."