Agent rellen Rotterdam niet vervolgd

De politieagent die in april 1999 na de huldiging van Feyenoord op de Coolsingel in Rotterdam gericht op voetbalsupporters heeft geschoten, wordt niet strafrechtelijk vervolgd. Dat heeft het Openbaar Ministerie (OM) in Rotterdam besloten. Bij het incident werden vier mensen door kogels gewond.

De rijksrecherche, die direct na het gebeuren een onderzoek begon, concludeerde dat onduidelijk is gebleven of er een noodzaak was op de supporters te schieten. Het OM bekeek daarna of de agent poging tot doodslag ten laste kon worden gelegd.

Volgens officier van justitie M. Kaptein voldeed de agent niet aan de geweldsinstructie, maar waren er bijzondere omstandigheden. De agent bevond zich volgens justitie in een buitengewoon agressieve menigte die, al stenen en andere voorwerpen gooiend, optrok.

De agent verklaarde het gevoel te hebben dat hij ter plaatse zou worden gelyncht, aldus het OM. Deze als levensbedreigend ervaren situatie riep grote angst en hevige paniek op, ook al omdat de man geruchten had gehoord dat hooligans een aanval wilden doen op agenten.

Bovendien zag hij dat het trekken van het dienstpistool door hem en collega's en het lossen van waarschuwingsschoten in de lucht geen enkel effect hadden. Deze omstandigheden maken dat de agent niet verweten kan worden dat hij de geweldinstructie heeft overtreden, aldus justitie.