Ben open-minded, maar met mate

KAF-submit

Het is niet erg verrassend dat er vaak weerwoord klinkt wanneer ik een vorm van kwakzalverij op de hak neem. Komt er dan een goed beargumenteerd betoog over hoe vaccinaties autisme veroorzaken? Interessant genoeg niet: men richt de kritiek dan op de wetenschap zelf. Ofwel men vindt de wetenschap onnodig star, closed-minded en dogmatisch (het 'oogkleppenargument'), of men probeert zwakke plekken in de wetenschappelijke methode aan te wijzen (het 'wetenschap-is-niet-perfect-argument') en soms allebei. Met veel omhaal van woorden wordt dan uitgelegd dat met wetenschappelijke en sceptische bril naar de werkelijkheid kijken op zichzelf een vorm van spiritualiteit is.

Tijd om nog maar eens vier veel voorkomende misvattingen over wetenschap tegen het licht te houden.

Wetenschap claimt geen monopolie op de waarheid

"Vandaag ontdekt de wetenschap het een, en morgen wordt een studie gedaan die zegt dat het toch niet waar is. Wetenschap is dus onbetrouwbaar."

In tegenstelling tot wat veel mensen denken en beweren, draait wetenschap niet om het bepalen wat waar is. De Wetenschap is geen autoriteit die bepaalt wat je moet geloven. Het zijn mensen die een methode gebruiken om de realiteit in kaart te brengen. Van alle methoden die we hebben ontwikkeld om de werkelijkheid mee te voorspellen en feit en fictie te scheiden, is de wetenschappelijke methode de enige consistent betrouwbare methode gebleken. En wat is wetenschap dan wel? Wetenschap draait om het opstellen van modellen van hoe de werkelijkheid zou kunnen zijn: die modellen moeten idealiter zo veel mogelijk waarneembare zaken kunnen verklaren. Wanneer zo'n model ook heel consistent nieuwe bevindingen blijkt te verklaren, blijkt het een goed model te zijn. Naar mate er meer onderzoek wordt gedaan, en er dus meer informatie beschikbaar komt, worden modellen nauwkeuriger.

Tot diep in de 19e eeuw dacht men dat het universum oneindig oud was. Toen wees Einsteins relativiteitstheorie uit dat het heelal een beginpunt moest hebben. Eerste berekeningen leidden tot de conclusie dat het universum ongeveer 2 miljard jaar oud moest zijn. Na nieuwe ontdekkingen werd die schatting uitgebreid naar 10 tot 20 miljard jaar. Na onderzoek naar kosmische achtergrondstraling met de Planck-radiotelescoop werd die schatting verfijnd naar 13.8 miljard jaar.

Hoe weet je dan zeker dat dit getal niet nog eens gaat veranderen? Simpel: dat weet je niet. Wetenschap claimt geen monopolie op de waarheid. Het zegt simpelweg welk model het best strookt met alles wat we weten. En hoe meer we ontdekken, hoe nauwkeurig dit model wordt. De onzekerheid die dit met zich meebrengt, is de drijvende kracht achter meer onderzoek doen, achter kritisch blijven. Het zijn juist de mensen die zeggen zeker te weten hoe het zit, die vooruitgang blokkeren.

Scepsis is niet het omgekeerde van open-mindedness

"Wetenschappers zeggen dat als iets niet in het laboratorium te testen is, het niet bestaat".

Stel dat je in een winkeletalage een grote vaas met knikkers ziet staan. Er komt iemand naast je staat die zegt dat er een even aantal knikkers in de vaas zit. Geloof je deze persoon? Waarschijnlijk niet. Ben je wel bereid open te staan voor het idee dat het aantal knikkers in de vaas even is? Natuurlijk, maar dan wil je wel eerst wat meer informatie hebben. Wil dat dan zeggen dat je gelooft dat het aantal knikkers in de vaas oneven is? Ook niet, je bent simpelweg niet overtuigd van de claim dat het aantal knikkers even is. Dat maakt het tegendeel niet automatisch waar.

Open-minded zijn wil zeggen dat je openstaat voor nieuwe ideeën, en ze niet op voorhand al wegwuift. Scepsis houdt in dat je een kritische houding tegenover nieuwe ideeën hebt, en ze pas wil accepteren als er voldoende bewijs voor is. Zonder daarbij meteen te claimen dat het voorgestelde idee onwaar is. Je bent simpelweg niet overtuigd. Open-minded zijn kan alleen in gezonde vorm als je een goede dosis scepsis ernaast houdt, anders riskeer je zó open-minded te zijn dat je brein uit je schedel valt.

Dit is in de kern hoe een wetenschappelijke kijk op zaken in elkaar zit. Hoe vaak ik niet heb moeten horen dat wetenschappers oogkleppen ophebben omdat ze allerlei alternatieve geneeswijzen niet accepteren. Voor eens en voor altijd: ik sta open voor alle claims, maar dat is niet hetzelfde als dat ik ze accepteer. Laat me overtuigend, zuiver en reproduceerbaar bewijs zien voor je claim dat je tante helderziend is, en ik zal mijn overtuiging bijstellen. Tot die tijd hoef je mij niet wakker te bellen. 

  

Wetenschap is niet dogmatisch

"Als je iets ontdekt dat tegen de gevestigde orde ingaat, word je buitengesloten en monddood gemaakt door wetenschappers."

Wanneer je een onderzoek hebt gedaan, wil je de resultaten publiceren in een onderzoekstijdschrift. Het ene tijdschrift is het andere niet, ze variëren in hun status. Alleen het beste onderzoek met de grootste impact wordt gepubliceerd in toptijdschriften als Science en Nature. En weet je wat ze daar het allerliefste zien? Een goed uitgevoerde studie die een basisbeginsel van onze kennis van de werkelijkheid doet schudden op haar grondvesten. Eentje die laat zien dat wat we jarenlang geloofden, eigenlijk niet klopt. Natuurlijk gaan andere wetenschappers in het veld eerst heel kritisch kijken naar alle stappen in je studie, en vaak vragen ze om extra metingen en analyses. Maar als zelfs dan blijkt dat je conclusies overeind blijven staan, ben je binnen. Dit is de droom van elke wetenschapper: iets ontdekken wat bestaande theorieën op zijn kop zet. 

Wanneer ik je vertel dat ik een kat heb, zul je weinig redenen hebben om aan mijn statement te twijfelen. We weten wat katten zijn, en we kennen genoeg mensen die zo'n beest thuis hebben zitten. Wanneer ik je vertel dat ik een vuurspuwende draak op de bank heb zitten, zal de rest van ons gesprek een iets andere toon krijgen. Mijn claim gaat recht in tegen vrijwel alles wat we van de wereld kennen. Dat bewijst op zich niet dat het dus niet waar is, maar er zal wel een flinke stoot bewijsmateriaal voor nodig zijn om iemand te overtuigen. Dat is precies de reden waarom buitengewone beweringen sneller tot fronsende wenkbrauwen leiden. Niet omdat je als dappere strijder van de Waarheid de mond moet worden gesnoerd.

Geloven doe je pas als je er goede redenen voor hebt

"Wetenschappers zouden de deur wat meer op een kier moeten houden voor zaken die hocus-pocus klinken, want je weet niet of het in de toekomst alsnog wordt aangetoond."

Kan het zijn dat álle zaken die ik tot nu toe heb weggewuifd als flauwekul over een tijdje alsnog wetenschappelijk worden aangetoond? Jazeker. Dat zou betekenen dat alle studies die er tot nu toe naar gedaan zijn, allemaal verkeerd opgezet zijn of toevallig de verkeerde resultaten hadden. Maar het kan. Het moment om in deze fenomenen te geloven is dan, en niet nu al voor de zekerheid.

Ik vind het belangrijk om zoveel mogelijk dingen te geloven die in lijn zijn met de werkelijkheid, en om zo min mogelijk overtuigingen te hebben die daar mee in strijd zijn. Het zijn immers onze overtuigingen die onze beslissingen bepalen. Vind jij dat ook belangrijk? Het gereedschap in de wetenschapskist helpt je om boven de vele valkuilen van het menselijk denken uit te stijgen. Dat gereedschap is zeker niet perfect, en we gaan zeker af en toe op onze bek. Maar dat is niet erg, zolang we niet blijven liggen omdat we in de toekomst anders vast nog een keer vallen. Ga je mee?

 Dit stuk is een reactie op: Hoe begrijp je dat dan?

Dit item is geschreven door Job van schrijverscollectief Kaf.