Carnaval: de Kreukeltjes gaan voor de seks

Jan (Bakoenin)

Aloysius, Dick Fallus heeft gevraagd of we weer mee gaan naar het carnaval in Maastricht. Ik heb er wel zin in. Vorig jaar heb ik me erg vermaakt.’ Er klonk hoop in de stem van Teutje Kreukel. Aloysius bleek minder enthousiast. ‘Je bent zeker vergeten dat ze mijn portemonnee hebben gejat en dat me dat aardig wat werk heeft bezorgd.’ Teutje wist het wel. Haar man had zich laten verleiden door een lekker stuk en dat stuk was er met zijn portemonnee vandoor gegaan. ‘Dat was je eigen schuld, Aloysius. Dan moet je maar uitkijken. Terwijl jij je bezig hield met haar gleuf, had zij je portemonnee al uit je zak gehaald. Laten we nou maar gaan, want het belooft weer erg leuk te worden met mooie praalwagens.’ Aloysius wist al dat ze zouden gaan. Teutjes wil was toch altijd wet.

Onze vrienden keken hun ogen weer uit in Mestreech. Alles was rood, geel en groen. Overal zag je prachtige of gekke kostuums, de zogenaamde pekskes, en op iedere hoek van de straat stonden Zate Hermeniekes die voor de sfeer en de muziek zorgden. Op dinsdag zouden ze meedoen aan een concours op het Vrijthof. Onze vrienden zouden dat niet meemaken, want die gingen maandagavond alweer naar huis. Ze waren gisteravond aangekomen en hadden alleen wat gedronken in de bar van het hotel. Daar was het niet zo druk, want het carnaval in Maastricht speelt zich hoofdzakelijk buiten af, al gaan de feestvierders ’s avonds laat ook wel de donkere hoekjes van de kroegjes opzoeken. Teutje had wel even voor alle zekerheid aan Dick Fallus gevraagd of hij niet weer dat idiote piemelpak van vorig jaar bij zich had, maar hij ging dit keer gelukkig als teletubbie. Aloysius had een mooi en duur kostuum. Hij ging als Anatomy Man. Het was een man zonder huid. Er ontbrak ook een belangrijk aanhangsel en dat was wel symbolisch voor Aloysius, vond Teutje. Teutje zelf ging als pinguïn, maar dan wel een sexy pinguïn met een kort rokje. Ze droeg het zogenaamde hete pinguïnpak. Daarin kon je niet waggelen, tenzij je goed dronken werd.

Het was al stervensdruk in de straten van Maastricht. ‘Ik hoop niet dat die sis-wet van Marcouch al geldt’, grapte Teutje stout tegen Dick Fallus. ‘Ik zie al heel wat strakke pakken die me mogen lastigvallen.’ Teutje had er zin in, dat was duidelijk. ‘Als we straks met z’n allen gaan hossen kun je zwanger raken zonder dat je er erg in hebt’, zei Dick grinnikend. Nu was Teutje verbaasd. ‘Ik merk het heus wel of er een illegaal binnenkomt, Dick. Bij mij staat de grens altijd wijd open. Trouwens, kijk eens naar die pakken die de mannen dragen. Batman, Spiderman, allemaal pakken zonder gulpen. Daar heb ik geen muur voor nodig.’ Ze moesten alle drie lachen. Zelfs Aloysius.

De Boonte Störm kwam eraan. Onze vrienden hadden een goed plekje gevonden op de hoek van de Sint Servaasbrug en de Kesselskade. Er waren weer prachtige praalwagens met voor elk van onze vrienden wat wils. Voor Dick waren er de mooie meisjes met hun soms schaarse jurkjes bovenop de wagens, voor Teutje waren er de stoere mannen in hun mooie kostuums en met hun mooie steken op de kop. Voor Aloysius waren er voldoende pissoirs op een paar meter afstand. Hij had in zijn anatomisch kostuum gelukkig wel een gulp en dat was maar goed ook, want hij had al een paar pilsjes gedronken die middag en hij had de koude plas. Het enige dat Dick Fallus wel miste, waren de dansmariekes. Blijkbaar had hij wel aan de mariekes gedacht, want Teutje voelde ineens een hand op haar kont en die ging langzaam richting de onderkant van haar pinguïnjurkje. Niemand had het in de gaten, want de mensen stonden hutje op kutje. Teutje boog zich naar Dick en vroeg zachtjes: ‘Dick, waar gaat die hand naartoe?’ Dick keek quasi verbaasd. ‘De hand gaat kijken of de grens echt open is, want hij wil aan de andere kant van de grens wat zaken afhandelen.’ Teutje moest erom lachen. ‘De grens is echt open, maar je moet wel even aan het klepeltje klingelen om te laten weten dat je naar binnen wilt.’ Dick had het klepeltje snel gevonden en terwijl er net een praalwagen met als thema ‘Pipo de clown’ langs kwam, aaide Dick Teutjes Klukkluk over het bolletje.

Aloysius was ondertussen net weer even naar een van de pispotten die aan de waterkant stonden. Toen hij klaar was met zijn lozing wilde hij snel terug naar zijn plaats, maar toen hij van de pispot stapte, knalde hij tegen iemand op en was stomverbaasd toen hij zag waar hij tegenop gebotst was. Het was namelijk een vrouw in een burka, maar dan wel een miniburka waarin ook het gezicht niet was afgedekt. Hij had wel gelezen dat er vorig jaar een vluchteling uit Aleppo tot  prins carnaval van carnavalsvereniging Common in Maastricht was uitgeroepen en dat er ook dit jaar weer vluchtelingen waren uitgenodigd, maar dat hij er eentje tegen het lekkere lijf zou lopen, had hij niet gedacht. En dan nog wel in een sexy burka. Ze zeggen dat je in zo’n ding niet kunt zien of er een man of een vrouw in zit, maar je kunt het wel voelen. En Aloysius had ze gevoeld. Ze hadden hem in zijn buik geprikt, want het was een vrij klein vrouwtje. Aloysius verontschuldigde zich. ‘Sorry, uhm, Fatimah. Ik had je niet gezien.’  Fatimah bleek Sanne te heten, ze was even in de dertig, had een goed figuurtje en een fijn gezicht met grote zaadvragende ogen en ze was ook geen moslima. Ze liep met wat vriendinnen mee in de Boonte Störm. Ze waren allemaal in sexy miniburka. Sanne moest echter nodig plassen en was dus even naar de buitentoiletten gegaan en toen ze klaar was en terug wilde naar de stoet was ze tegen Aloysius opgebotst. Aloysius deed haar een beetje aan haar overleden vader denken en na een kort praatje hadden ze afgesproken om ’s avonds wat te gaan drinken in café de Bóbbel.

Dick was intussen klaar met de grenscontrole en Teutje en hij liepen met de massa mee achter de laatste wagens van de Boonte Störm aan. Op een gegeven moment moest Dick lachen. Teutje vroeg wat er was en Dick wees op iemand achter haar. Teutje had het dan wel over de pakken zonder gulp gehad, maar nu liep er een Schot achter haar en bij Schotten weet je nooit of er wel een broekje over zijn doedelzak zit. Aloysius had zich weer aangesloten bij het gezelschap en vertelde over zijn afspraak. Toen Dick hoorde dat Sanne ook vriendinnen wilde meenemen, was hij meteen enthousiast.

Het was aardig druk in café de Bóbbel. De miniburka’s waren er al. Sanne zwaaide naar Aloysius toen ze hem in de gaten kreeg. De schatjes waren echter niet alleen. Er zaten een paar Schotten bij ze aan tafel. De Kreukeltjes en Dick Fallus mochten echter bij ze komen zitten. De Schotten bleken gewoon uit Margraten te komen en de meisjes uit Eijsden. Limbo’s dus. Teutje was echter wel erg nieuwsgierig wat er zich onder de kilts zou bevinden. Ze durfde het echter pas aan haar buurman te vragen toen alle tafelgenoten al een tijdje van de Wieckse Witte en Hertog Jan hadden genoten. De man heette Sjaak en wilde haar wel laten zien hoe het zat en dus gingen ze richting de toiletten.

Dick had intussen een leuke miniburka aan de haak geslagen. Ze zaten dicht tegen elkaar aan. Het vrouwtje was net als Sanne even in de dertig en werkte waarschijnlijk in een groentezaak, want ze had twee enorme pompoenen bij zich. Ze wees op Dick’s kruis. ‘Als ik daar op jouw grote bobbel druk, zeg je dan ook o-oh? Net als een echte teletubbie?’ Dick pakte haar hand en drukte die op zijn knop en zei: ‘o-oh’. Het vrouwtje moest lachen maar haalde haar hand niet meer weg. Dick ging meteen ook op onderzoek en merkte dat er maar een klein slipje onder de miniburka aanwezig was. Het gehele spel speelde zich af onder de tafel en werd bedekt door de pompoenen.

Bij Teutje zat er intussen ook schot in de zaak. Sjaak en zij waren in het damestoilet geglipt en Sjaak had haar laten zien dat er onder zijn kilt geen verdere belemmeringen waren. Er was alleen een kleine Sjakie aanwezig, maar die werd al snel volwassen. Teutje liet er geen gras over groeien en er kwam al snel schot in hun relatie. Sjaak op de pot en zij op Sjakie. Het was wachten op het schot.

Aloysius zat ondertussen naast Sanne en voelde ook enige spanning in zich opkomen. Hij had inmiddels al genoeg blauw bloed van de Hertog binnen om brutaal te worden en legde zijn hand op haar been. Als door een wesp gestoken sprong ze op. ‘Ben jij helemaal besodemieterd!’, tierde ze. ‘Je denkt toch niet dat ik op een opa zit te geilen?’ Ze was dus duidelijk niet van de avances van Aloysius gediend. Ook één van de overgebleven Schotten werd woedend. ‘Ben jij helemaal van de pot gerukt, lul. Je blijft mooi met je poten van mijn dochter af’, zei hij in de richting van Aloysius.Die grijnsde maar een beetje schaapachtig, maar toen werd de man nog bozer en even later voelde Aloysius een stoelpoot in zijn maag. Het was duidelijk niet zijn avond.

Het academisch ziekenhuis in Maastricht is vrij groot, maar Teutje en Dick hadden de zaal waar Aloysius lag vrij snel gevonden. Hij had nog veel pijn. Vooral bij zijn gebroken ribben. Ze zouden deze maandagavond terug naar huis gaan, maar Aloysius moest nog wel een dagje ter observatie blijven. Teutje stelde hem gerust. ‘Het komt wel goed, schat. Wij blijven ook nog maar een nachtje, dan kunnen we je meenemen. We vermaken ons wel, schat.’