En soms werkt het

Laurens (Gramps)

Er werkten zelfs verschillende dingen dit jaar. Ja, met Gramps, dus laten we even bijpraten. Allereerst was er langzamerhand veel te veel Gramps. Als je slank wilt blijven, moet niet niet op de leeftijd van 51 jaar docent worden. En je leefstijl van eerder, toen je nog bewoog, niet veranderen. Dus geregeld een biertje of twee, drie. Laat naar bed gaan blijkt ook de verkeerde kant op te werken, maar dat krijg ik nog steeds niet veranderd. Het wordt iedere avond zeker een uur na middernacht voordat ik de koffer induik. Maar dat bier, dat lukt wel. Ik drink er nog maar heel weinig van, tot vreugde van mijn echtgenote, want bierdrinken blijkt in mijn geval een rechtstreekse correlatie te hebben met snurken.

Ik viel af, val zelfs nog steeds af, maar niet al te snel. Ik reken in maanden en jaren. Als de weegschaal maar iedere week weer een paar onsjes minder aangeeft, dan ben ik al heel tevreden. En tot dusverre zijn er al 17 kilo's af. Dat voel je ieder moment van de dag, al is het natuurlijk wel een dure sport qua kleding. Mijn broek heeft altijd een fikse riem, en die bleek de laatste tijd heel hard nodig. Normaliter trek je bij het uitkleden de riem los, maakt de bovenste knoop van de broek los, doet de rits omlaag en dan kan de broek uit. Dat bleek de laatste tijd toch anders te gaan: als ik mijn riem losmaakte zakte meteen mijn pantalon op mijn enkels. Dat was aanleiding tot allerhande verontrustende gedachtekens. Stel dat je in de stad loopt en je riem begeeft het, dan heb je meteen last met de openbare onzedelijkheid. Opa in een drukke winkelstraat in zijn onderboks, je moet er niet aan denken.

Dus werd het financiële plaatje opeens weer anders ingekleurd en moest ik naar de kledingzaak in Amersfoort. Ik heb al vijftien jaar dezelfde, en dat zal ook niet veranderen, want het is een topzaak. Met kundig, aardig personeel dat ons kent en klaar staat met goeie koffie. En heel goed advies. Maar de rekening, die was niet echt misselijk.

Dat bewegen, dat lukte gelukkig ook, ondanks de pensionering. Mijn broers hebben een aannemersbedrijf dat tijdens de zomermaanden ging verhuizen naar een nieuw pand. Ik heb er dan ook, vaak met jongste zoon en pleegzoon heel wat weken doorgebracht met het demonteren van technische apparatuur, schoonmaken ervan en opruimen. En een maand geleden belde een van de broers met de mededeling dat er in het nieuwe pand gauw een akoestisch plafond moest worden aangebracht, maar dat ze er zelfs onmogelijk tijd voor hadden. Of ik dat wilde komen doen. Nou, graag! Jongste zoon was nog between jobs, dus die had er ook wel oren naar. Inmiddels is het karwei tot een goed einde gebracht, de werkplaats is veranderd van een gehorig rothok in een comfortabele ruimte waar het heel prettig werken is.

Het leukste dit jaar was evenwel iets heel anders, iets waarvan ik niet afviel maar leuk niettemin. In ons dorp zijn nogal wat verkeers- en parkeertechnische problemen. Een aantal ervan, zoals een te klein parkeerterrein zijn niet of heel moeilijk op te lossen, maar andere dingen kunnen toch echt wel wat beter worden georganiseerd, zonder meteen een financieel armlastige gemeente te worden. Het gemeentebestuur liet een plan ontwerpen en een paar maanden geleden werd dat op een avond den volke getoond. Als pensionado heb ik natuurlijk vrije tijd genoeg, zodat ik me uitgebreid liet informeren en een plattegrond van het plan meefiepste om thuis nog wat nader te bestuderen. Vanaf de eerste blik vond ik het niks, en de plaatselijke middenstand had hetzelfde gevoel, zo ving ik op tijdens gesprekjes met hen. Daar wilde ik wat mee doen, maar hoe?

Inmiddels heb ik door schade en schande geleerd om niet heet van de naald commentaar te leveren en laat ik zo'n verhaal eerst een paar weken bezinken voordat ik erover ga schrijven. Ja, dat schrijven, dat stond van tevoren al wel vast. Ik schreef een – natuurlijk veel te lang, u kent Gramps – epistel waarin ik het plan tot ver onder de grond sloopte. Die brief kon dan mooi in het plaatselijk sukkeltje. Ja, kun je net denken, het stuk was te lang, vond men. Een ander nadeel is natuurlijk dat zo'n verhaal hooguit één keertje wordt gelezen, waarna het blaadje in de papierkliko verdwijnt. En lang niet iedereen is geabonneerd. Dat moest dus anders. Het bleek dat Facebook qua opties voor publicaties maar heel beperkte mogelijkheden biedt. Ja, je kunt linken naar dat epistel van mij, maar helpt dat echt? Ik moest toch echt iets beters bedenken. En dan meteen erbij betrekken dat de interesse van de gemiddelde lezers hooguit enkele minuten stand houdt. Ik heb daarom een FB-pagina geopend met een pakkende titel en daarop puntsgewijs in een paar weken in korte stukjes mijn standpunten uitgelegd. Aan het eind heb ik nog eens in twaalf korte punten uitgelegd waarom dit verkeersplan de prullenbak in mag.

Goed, karwei klaar, nu maar hopen dat een behoorlijk aantal mensen de boel oppikt en gaat lezen. Met vijftig volgers zou ik al best verguld zijn. Nou, dat liep toch een beetje anders. Het werden er op den duur bijna 1300! En dat in een dorp met 13000 inwoners. Het idiote was dat slechts één raadsfractie reageerde op brieven van verontruste middenstanders, de rest liet het er lekker bij zitten. Terwijl het toch een uiterst ingrijpend plan was dat tot in lengte van jaren allerhande zaken in het dorp zou blijven sturen. En dat vele plaatselijke winkeliers op den duur tot wanhoop zou kunnen drijven. En voor voldane gezichten zou zorgen bij de middenstand van omliggende plaatsen. Een ander ding dat me verraste was het zeer geringe aantal lezers dat het niet met me eens was.

Een paar weken geleden werd ik uitgenodigd voor een gesprek met de verantwoordelijke wethouder. Tijdens dat onderhoud bleek men nogal van zijn stuk gebracht door mijn actie en de massale aanhang ervan. Het gewraakte plan was inmiddels in een la gekieperd en men had een andere verkeersdeskundige aangetrokken om de verkeersknelpunten in het dorpscentrum eens goed te bekijken en van advies te voorzien. Zo, beter kun je toch niet wensen als je met zo'n actie begint? Begin volgend jaar zien we weer verder. Desgevraagd heb ik wel beloofd om ook volgende verkeersplannen via Facebook van commentaar te voorzien. Per slot is de pagina er al, en hij is ook bekend, dus wat let me? Blij bleek men niet te worden van dit voornemen, maar het werkt natuurlijk wel van twee kanten. Slechte plannen krijgen een schriftelijke schrobbering, de goede plannen worden van lovend commentaar voorzien. Dus het is aan de gemeente hoe het verder gaat lopen.

Kortom, schrijven werkt soms, ook in een klein plaatsje. En verder is dit alweer mijn laatste column van dit jaar. Zodat ik de gelegenheid te baat kan nemen om u allen een heel goed, rustig, gezond en financieel plezierig 2016 toe te wensen.