Naïef

anoniem_22072019025900

Het is donderdagavond en ik ben met een paar vrienden een biertje gaan drinken. Het is een uur of negen en binnen in het café is het niet heel druk. Ik heb zin in een sigaret, dus pak ik er een uit het pakje in mijn jaszak en ik loop zonder jas naar buiten. Buiten aangekomen steek ik de sigaret tussen mijn lippen en zoek ik in mijn broekzakken naar mijn aansteker. Vier zakken, maar geen aansteker te vinden. Ik kijk om me heen en zie een aantrekkelijke vrouw staan van eind twintig, begin dertig. Ze lijkt me niet te hebben opgemerkt. Ik wil haar vragen of ze misschien een vuurtje heeft, maar direct bedenk ik me dat dat waarschijnlijk opgevat zal worden als een bijzonder slechte openingszin. Toch vraag ik het maar en inderdaad, dat heeft ze.

Ik herken haar parfum. Het ruikt lekker en ik ben benieuwd hoe het heet. Ik wil het eigenlijk vragen, maar dat lijkt me na de vraag om een vuurtje wel een heel slechte voortzettingszin. Ik denk haar hier vaker gezien te hebben en besluit dan maar te vragen of dat inderdaad klopt. Terwijl ik de vraag stel besef ik dat dit een nog veel slechtere voortzettingszin is. Omdat ik mezelf nu toch al in deze situatie heb gebracht zeg ik ook maar dat ik haar parfum lekker vind ruiken en dat ik benieuwd ben naar het merk. 'Wish', zegt ze.

Als ik naar binnen loop, baal ik van het bestaan van dit soort standaardzinnetjes. Ik had echt een vuurtje nodig, vroeg me echt af of ik haar hier niet al eens eerder had gezien en ik was echt benieuwd naar hoe haar parfum heette, want ik vond het echt lekker ruiken. Allemaal oprecht, maar omdat zij natuurlijk niet naïef is, heeft ze dit ongetwijfeld opgevat als de allerslechtste versierpoging ooit. Heel gênant.

Na nog een slok van mijn biertje genomen te hebben bedenk ik me dat ik dit wel erg makkelijk zelf invul. Misschien had ze helemaal geen bijbedoelingen bij mijn vragen vermoed. Misschien vond ze het heel normale vragen die als versierpoging zo hopeloos cliché zijn dat niemand zo naïef zou zijn om ze als versierpoging te zien.

Heel vervelend, dat gebrek aan naïviteit. Dat je niet eens meer een vuurtje kunt vragen aan een mooie vrouw omdat het anders als versierpoging gezien wordt. We vullen de bedoeling van vragen en opmerkingen in en dat doen we aan de hand van patronen die eigenlijk niets meer zijn dan simpele vooroordelen. Tegelijkertijd bedenk ik dat het heel goed zou kunnen dat ik hierin overdrijf en dat ik dat vooral doe en anderen veel minder. Deze vrouw heeft tenslotte in niets laten merken dat ze bijbedoelingen vermoedde.

Ze kijkt nu wel naar me, af en toe. Ze zit aan de andere kant van het café met een vriendin aan de bar. Maar nu is het mijn beurt om onschuldig en naïef te zijn en geen bijbedoelingen te veronderstellen. Het is niet raar dat ze kijkt. We hebben elkaar buiten net kort gesproken en nu ziet ze me binnen zitten. Ik knik vriendelijk naar haar en ze glimlacht en wuift even subtiel. Kijk, niks aan de hand dus.

Een ruim kwartier later is het mijn beurt voor een rondje. Ik loop naar de bar en bestel vijf glazen pils. Ik voel een vinger in mijn schouder prikken. Ik kijk opzij en zie dat zij het is. Ze vraagt of ik iets van haar wil drinken. Ik zeg dat ik net besteld heb. Ze vraagt of ik zo even bij haar kom zitten. Ik zeg dat ik hier met vrienden ben. Ze zegt dat ze het jammer vindt en vraagt of we misschien later een keer kunnen afspreken omdat ze me wel een interessant type vindt. Ik voel me gevleid, maar ik ben niet naïef genoeg om nu niet zeker te weten waar ze op uit is. 'Sorry, maar ik ben getrouwd', zeg ik. 'Ik vroeg of we een keer iets kunnen afspreken, niet of je met me wil neuken.' 'Sorry', zeg ik. 'Ik probeerde om niet naïef te zijn.' 'Als ik net buiten had geprobeerd om niet naïef te zijn, dan had ik je uitgelachen en had je zelf je sigaret maar moeten zien aan te krijgen. Je kunt soms beter naïef zijn dan bevooroordeeld.' 'Je hebt gelijk', zeg ik. 'Ik ga nu vreselijk naïef doen en ik kom zo bij je zitten. Neem ik wel mijn vrienden mee.'

Het werd die avond heel laat en terwijl de tijd vloog, bewees zelfs geveinsde naïviteit goed genoeg te zijn om zonder enige vooroordelen, projecties en aannames vorm te kunnen geven aan zuivere gezelligheid. Ga ik vaker doen, naïef zijn.