Als er één schaap over de dam is

Martin (Martin7sloten)

"Hallo, ik ben Marcel en ik ben dakloos. Ik ben niet verslaafd aan drank of drugs. Heeft u misschien wat kleingeld of iets te eten voor mij?"

Het blijft stil in de coupé, behoudens wat gemompel. Sommige mensen kijken wat vreemd, een beetje vies zelfs. Marcel ziet er echter niet uit als een zwerver. Zijn kleding mag dan wat afwijken van de 'standaard' in de coupé, verder oogt hij verzorgd. Ik vraag mij dan meteen af hoe zo'n jongen dakloos is geworden en welk verhaal er achter zijn 'zesdagenbaard' schuilgaat. Het hoeft niet eens zijn eigen schuld te zijn. Soms loopt het leven zo.

Ik heb het van dichtbij meegemaakt met een vader van een vriend. In zijn 'goede tijd' was hij installateur van cv-ketels. Hij verloor zijn werk, vervolgens zijn relatie en daarmee ook onderdak. Jarenlang leefde hij op straat. Niet ongelukkig overigens. Inmiddels is de beste man overleden. Dood gevonden in de grachten van Leeuwarden. Vermoord. Misschien om een pakje sigaretten.

Tussen het gemompel in de coupé komen enkele verstaanbare vragen bovendrijven. "Maar heb je dan wél geld voor een treinkaartje?", vraagt een dame-op-leeftijd aan Marcel. "Nee mevrouw, al mijn geld gaat op aan eten en onderdak. De conducteur ben ik - tussen ons gezegd - te slim af." "Kun je dan niet een instrument bespelen op straat of zo?", vraagt een jongen van een jaar of twintig. "Hoe weten we dan of je het niet alsnog voor drank gaat gebruiken?", klinkt het vanachter de laptop naast mij.

Zonder een vraag te stellen, pak ik mijn vanochtend gesmeerde boterhammen uit mijn tas. "Ik wil mijn ontbijt graag met je delen", en ik reik Marcel mijn boterham met hagelslag aan. Dankbaar pakt Marcel het aan. "Vind je het goed als ik het straks opeet?", vraagt hij mij beleefd. Ik knik instemmend, terwijl ik een hap neem van de mijne. Marcel stopt het in zijn jaszak. Mijn buurman volgt en geeft Marcel een flesje jus d'orange. Dat het aangebroken is, maakt Marcel niks uit. Hij is blij met alles wat hij krijgt.

In de coupé worden verder geen vragen meer gesteld, maar is iedereen bezig iets voor Marcel te vinden. Een chocoladereep. Wat kleingeld. Een boterham. Een jongetje van een jaar of zes geeft zijn rode speelgoedautootje aan Marcel. Dat geeft hij netjes terug. "Heel erg lief, maar die mag je zelf houden", en hij geeft hem een aai over zijn bol. Marcel snuit zijn neus en gaat op weg naar de volgende coupé.

Elkaar helpen zonder vragen te stellen en zonder er iets voor terug te willen. Het is helemaal niet zo moeilijk.