De K van Kutboek

Neuskleuter

Het boek digitaliseert. Als liefhebber van het papieren boek ben ik niet tegen E-readers, al zou ik het, om Kees van Kooten in De Verrekijker aan te halen, het wel leuk vinden als er een schermpje aan de achterkant komt zodat je kan zien wat degene tegenover je in de trein aan het lezen is. Dan kan je nog eens een gesprek aanknopen. Of, bij een titel die je niet zint, het wel uit je hoofd halen! Er is niets mis met de E-reader. Maar ik maak me wel zorgen om de kwaliteit van het boek in de wereld van de nieuwe downloadmarkt.

De muziekindustrie was het boek ver vooruit in de kopieer- en downloadmarkt. De platenbazen hadden het niet meer voor het zeggen, en ineens kon iedere mongool zijn eigen muziek mixen en online zetten. Onbeduidende meisjes die op slaapkamers zingen kunnen een hit worden en een contract aangeboden krijgen, undergroundbandjes kunnen zelfstandig opnames maken. Leuk voor hun moeder, soms leuk voor een enkele vriend, soms voor een groot publiek. Ik heb zelf geen idee meer wat ik nog moet luisteren omdat er zo veel is, maar vooruit: ik hoef alleen maar dat te downloaden wat ik zelf lekker vind klinken. Het openstellen van de muziekmarkt zou zelfs een verrijking kunnen zijn van de platgetreden paden van de winstindustrie.

Maar dan het boek. Iedere mongool kan tegenwoordig een boek uitgeven, maar daarvan is nu niet gelijk te zeggen dat het een meerwaarde heeft in de variatie en kwaliteit. Een goede uitgever selecteert boeken op basis van inhoud, relevantie, verkoopkansen en kwaliteit. Daarnaast wordt de kwaliteit aangescherpt door de redacteuren, die het boek herlezen en verbeteren tot er in iedere tweehonderd pagina’s hooguit twee foutjes in zijn geslopen. Een prettig idee als je kinderen hebt die de taal goed moeten leren. Als ouder zit je niet te wachten op Fuck van de Kletterflet of Parenclub de Bokkensprong voor je kindje van zeven. En het is een walhalla voor mensen zoals ik die zich doodergeren aan de taalfouten van anderen. Traditionele uitgevers waarborgen kwaliteit.

Wie nu gaat protesteren en roept dat traditionele uitgevers te veel macht hebben, of andere tegenwerpingen roepen, is zelf een mislukt schrijver. Let maar op. Ze hebben zelf een boek aangeboden dat niet gepubliceerd werd of hebben een vriend of kennis die zoiets geweldigs heeft geschreven, maar dat door de grote boze uitgeverswereld niet gewaardeerd werd. Dit soort mensen worden tegenwoordig een zelfpublicerende loser. Geen punt. Wie een boek uitgeeft, mag trots zijn op zichzelf. Een verhaal schrijven is niet niets. Zet het lekker in de kast, leen het uit aan vrienden, het maakt niet uit. Die weten tenminste van wie het is en vergeven de zelfuitgever zijn fouten.

Maar ik zit er niet op te wachten dat er een wildgroei aan boeken komt zodra het merendeel van de markt bestaat uit (illegaal) gedownloade boeken. Waar moet het heen met de kwaliteit als de uitgevers het niet meer bewaken? Ik heb geen zin in non-discussies met iemand die een zelfclaimend kwaliteitslezer is van prutverhalen. Je kan geen gesprek voeren over UFO’s met iemand die zijn informatie van Niburu haalt, je kan geen gesprek over de evolutie voeren met een gelovige. Literatuur en prutswerk zijn dezelfde non-vergelijking en zal niets opleveren.

Een boek behoort alleen uitgegeven te worden als het de K van Kwaliteit heeft. Boekhandels helpen om die kwaliteitskeuze te maken door hun indeling en selectie. Een keurmerk zou daarin helpen, zodat ook toekomstige lezers beschermd worden tegen de absolute prut en gewoon nog eens een goed boek kunnen vinden. Ook op hun E-reader. Desnoods illegaal. Ik wil teleurstelling voorkomen. Want als de kwaliteit van het boek niet beschermd wordt, duur het niet lang meer of de K staat voor Kutboek.