Boven het maaiveld

Petra (peets)

In Volkskrant Magazine van afgelopen zaterdag interviewt Arjen Lubach Carice van Houten. In het interview vertelt Carice openhartig over het spanningsveld dat zij ervaart tussen roem en eenzaamheid. Ze heeft het idee dat niemand haar echt kent en voelt zich een loner. ’Mensen denken mij te kennen. Ze kijken naar mij en denken: dat is Carice, dit is wat zij is. Maar die mensen weten helemaal geen zak! Mensen vullen maar in, mensen projecteren er maar op los. Ze weten niets. Het houdt gewoon op, het denkt niet door, het vraagt zich niet af.'

Ik vond het herkenbaar wat ze vertelde. En toch ken ik niet de roem zoals zij die kent. Ik denk ook niet dat het is voorbehouden aan celebrities. Ik denk namelijk dat het dualisme tussen willen excelleren aan de ene kant en het onderdeel willen zijn van het ‘veilige’ maaiveld aan de andere kant in ons allemaal huist. Een oerdrift die maakt dat wij mensen ergens in willen uitblinken of opvallen en daar erkenning en herkenning voor zoeken. Excelleren in onze kwaliteit. Daarmee boven het maaiveld uitsteken, dat geeft ons het ultieme gevoel van voldoening. Maar we willen ons ook op z’n tijd kunnen terugtrekken in de anonimiteit. Want naast onze sterke punten, kennen we ook echt wel onze zwaktes. En die hoeven we nu eenmaal niet zo nodig overal te etaleren.

Hebben we niet allemaal ons eigen maaiveld? Dat zijn alle mensen die je ooit bent tegen gekomen, iedereen die jou of je naam ooit even op zijn netvlies kreeg. Die zich, hoe vluchtig ook, een beeld heeft gevormd van jou. Of eigenlijk, van een deeltje van jou. Vaak hebben we daar geen weet van en dus ook geen last of plezier van. Maar soms zijn we ons daar juist akelig van bewust. Dan hadden we dat beeld, net als Carice, heel graag wat willen oppoetsen. ‘Diegene zag alleen dat van mij, maar als hij/zij eens wist dat ik ook….’

Carice heeft gelijk als ze stelt dat we vooral niet de illusie moeten hebben dat we haar daadwerkelijk kennen. Maar dat geldt voor iedereen. Je naaste mensen kennen je waarschijnlijk heel goed als persoon, maar echt helemaal? Iedereen heeft zoveel verschillende kanten. Als moeder ben ik anders dan als vriendin, en dat varieert dan ook nog eens per dochter en per vriendin. Met mijn man praat ik anders dan wanneer ik zaken met mijn leidinggevende bespreek. Tijdens het leiden van een workshop heb ik een andere focus dan tijdens een collegiale borrel. Als ik tijdens een slapeloze nacht peins, heb ik andere overpeinzingen dan wanneer ik tijdens een belangrijk besluitmoment op een vergadering peins. Enzovoort. Ik ben het allemaal, maar niemand, behalve ikzelf, kent al deze variaties van mij.

De enige die jou echt kent, in alle diversiteit, dat ben en blijf je zelf. Wie je ook ontmoet, hoe close je ook met een ander bent, wat je ook doet of wat je ook meemaakt. Niemand kent jou zoals jij jezelf kent. En niemand kent of ziet meer van jou dan je zelf bereid bent prijs te geven. Dit klinkt heel individualistisch. Carice noemt het haar eenzaamheid. Maar zijn we in feite niet allemaal ‘loners’? En juist dat gegeven voedt onze belangrijkste drijfveer, die van onze zoektocht naar erkenning en herkenning. De zoektocht naar de ander.