Dood aan de armen!

Dick (Bornfree)

In 2010 waren er 357.000 kinderen in Nederland onder de 18 jaar die in een huisgezin leefden met het stempel: niet-veel-maar-toereikend. Er waren 6,9 miljoen huishoudens in 2010. Daarvan had 7,7 procent (529.000 huishoudens) een inkomen onder de lage inkomensgrens. Deze is door het CBS (Centraal Bureau Statistiek) vastgesteld op 940 euro per maand. Terwijl het SCP (Sociaal Cultureel Planbureau) zegt dat dit 1000 euro per maand is. Komt omdat het SCP de huurtoeslag meerekent. Maar dat zijn cijfertjes, nu een harde werkelijkheid.

De relatieve armoede in Nederland groeit. Ze zal nog wel een tijdje relatief blijven omdat wij het niveau van veel Afrikaanse landen bijvoorbeeld, niet snel zullen bereiken. Vaak hebben deze mensen helemaal niets meer. Zij stevenen af op een zekere dood na een intense honger en dorst. Dan is 940 euro toch een start. Je hoeft hier nog niet te sterven van de honger, niet te lijden, want armoede op zich is geen lijden maar eerder een gebrek aan iets. Maar wat betekent het wel in een rijk land dat Nederland nog steeds is om armoede te hebben en te ervaren?

Voedselbanken in Nederland zien een toename van klanten. Het wordt steeds moeilijker gezonde voedselpakketten samen te stellen. Bedrijven geven ook steeds minder, waarschijnlijk omdat de meesten die nog een beetje geld hebben steeds vaker tegen de houdbaarheidsdatum aan gaan kopen omdat daar flinke kortingen op gegeven worden.

Ook de psychologische gevolgen van jarenlang net overleven doen de overlevers denken en voelen dat zij mindere burgers zijn. Vaak is er een te vroege uitval van de kinderen van deze gezinnen van school. Dit maakt hun kansen ook weer zo veel kleiner een 'normaal' leven te leiden. Een vicieuze cirkel waar de betreffende familiegeneratie maar niet uit kan komen. Ik ga het niet over foute keuzes hebben, want soms zijn er geen andere keuzes dan die deze mensen kunnen overzien en bevatten.
Ik roep vaak dat armoede de 'ver van ons bed show' is. Ook al gebeurt het in je eigen woongebied, we sluiten de ogen. Ook al omdat we machteloos lijken. Maar natuurlijk zijn het vaak je eigen keuzes die je leven een goede of foute wending geven. Daar ga ik het nu niet over hebben. Het probleem van niet delen is er nu en wat er ook aan ten grondslag ligt, is NU niet relevant. Ik denk dat wij er met zijn allen eerst voor moeten zorgen dat we iets willen gaan delen en dat alleen God voor ons allen is en de mens moet het doen met zijn eigen soort. Als je delen van deze soort uitsluit is dat absoluut het begin van je eigen einde als soort. Ik geloof daar heilig in, ook al omdat het achterlijk veel energie kost deze deling in stand te houden. Kijk naar Zuid-Afrika tijdens de blanke overheersing.

Je ziet aan alles in de wereld dat welgesteld zijn zonder delen steeds minder getolereerd wordt door grote delen van onze soort. En terecht. Stel je eens voor: het jaar 2150. De aanwezige bijzonder begaafden van onze soort hebben zich in de richting ontwikkeld van scheiding van arm en rijk. De welgestelde soort heeft dit toegestaan, arm en rijk zijn veel meer gescheiden dan nu. Er is een duidelijke splitsing. We zien dat nu eigenlijk al in schurkenstaten zoals Rusland en andere puur dictatoriale landen, waar weinig mensen alles hebben. In 2150 zullen de rijken der aarde al hun energie moeten besteden aan het van zich af houden van de. Er zal jaarlijks stevig geïnvesteerd moeten worden in wapentuig en de ontwikkeling ervan. Want het gepeupel heeft niet alleen domme mensen, er zullen ook genoeg verstandige mensen overblijven. Echte socialisten, niet de zeurkousen en zelfverrijkers van nu. Nee, socialisten, strijders van het permanente financiële onrecht die zich altijd tegen de tweedeling zullen blijven verzetten. Dat is 2150.

Het jaar 2150 in een ander licht. Neale Donald Walsch schreef er al over. 'Er zijn meerdere planeten in het universum waar ze zoveel beter met hun eigen soort omgaan dan hier.' Stel je voor dat wij een van die planeten zijn. In 2150 zou de hierboven beschreven beklemming niet bestaan. Er zullen net zo veel boeren, fabrieksarbeiders, dokters, filosofen nodig zijn om de soort te onderhouden. Alle intelligentie is gestoken in de overleving en de evolutie van de soort. Dus ziekte en dood zijn grotendeels onder controle. Wat honger is zouden we in geschiedenisboeken moeten lezen. Armoede zal een woord zijn dat uit alle woordenboeken is gehaald omdat het zijn betekenis verloren zal hebben. Wanneer een boer zijn land of veestapel niet meer zou kunnen verzorgen omdat hij ziek wordt, zal hij vervangen worden door mensen die het niet zo druk hebben op dat moment. Kosteloos. Er is geen geld meer, er zijn ruilmarkten waar men er altijd vanuit zal gaan dat iemand iets nodig heeft, niet dat hij iets wil vergaren.

Alles wat er beslist wordt door regeringen zal erop gericht zijn de soort en zijn habitat geen schade toe te brengen. Vervoer zal op een absoluut schone manier gebeuren, immers de kracht van de menselijke geest heeft zich geëvalueerd doordat hij zich niet heeft bezig gehouden met dingen maar met mensen. En ook al is deze schrijver een fantast, dan nog hang ik liever aan zijn theorieën dan aan de theorieën die in één mensenleven voor honderd levens proberen te vergaren.

Het jaar 2150, ik zal het niet meer meemaken, maar ik zal dit verhaal aan mijn kinderen vertellen. Ik zal hen vragen het door te geven totdat het zo is gaan leven dat het begrepen is.