Peter Timoteef en Marjon de Kuthond

Frank (drulovic)

Vorige week zijn de camera’s in Meerdijk weer afgestoft. GTST is back! In de Renaissance zou men er tussen haakjes nog ‘Goede Tijden Slechte Tijden’ achter hebben geschreven, maar dat lijkt me na 734 seizoenen tamelijk overbodig. Anno 2011 is er tot mijn verbijstering nog altijd een grote schare fans geïnteresseerd in Jef die 3 keer uit de dood herrijst, Rick die 6 kinderen verliest maar er nog 12 achter de hand blijkt te hebben, Ludo die 5 mensen laat ombrengen, waarvan er achteraf 4 zijn zoon blijken te zijn en Lucas die zich op het damestoilet door 3 grote negers in zijn aars laat buffelen.

Ook in huize drulovic is de hernieuwde kennismaking met onze vrienden niet onopgemerkt voorbij gegaan. Om 20:00.00 staat de televisie weer standaard op RTL 4 om maar geen microseconde te missen van de serie die je zelfs nog begrijpt als je 913 afleveringen hebt gemist. Maar ik ben de beroerdste niet; iedereen heeft zo zijn of haar gebreken, zo ook mijn vriendin. Gedoogbeleid.

RTL neemt het echter niet zo nauw met de tijd, zo lijkt het. En dus word ik elke werkdag geconfronteerd met het meest verachtelijke stuk televisie dat er bestaat. GTST is er niets bij.
Dit programma begint met een wagonlading aan foto’s van verzopen pissebedden, omgevallen ijskramen en uitgebloeide narcissenvelden. En natuurlijk een foto van meneer Nico Vink uit Friesland, wiens dag pas geslaagd is als Reinier van den Berg laat zien hoe treurig de wilg in zijn achtertuin erbij stond (let voortaan op Nico, de weer-diehard!). Maar goed, RTL moet wát, nu ze van Het Weer een apart programma hebben gemaakt, met sponsoring en al. Het Weer wordt mede mogelijk gemaakt door weet ik veel wie. Doorgaans zijn het bedrijven die helemaal niets met de natuur te maken hebben, laat staan dat ze het weer mogelijk maken. Kan ik Haribo aanklagen als ze voor de 23e keer die maand noodweer mogelijk hebben gemaakt? Resultaten uit het weerbericht bieden geen enkele garantie voor de toekomst.

Als een sneeuwklokjesmozaïek in Hardinxsveld-Giessendam en de molen van mevrouw Van der Korput uit Coevorden de revue hebben gepasseerd, komt het hachelijkste deel van de onderneming. De voorspelling. Dat klinkt beter dan ‘de gissing’ of ‘de gok’, maar het blijkt in praktijk nauwelijks te onderscheiden.
In 9 van de 10 gevallen wordt het weer morgen ‘wisselvallig’. Dat is zoiets als een para-abnormaal begaafde die beweert dat je iemand kent met de letter e in de naam, of iemand die vertraging had met de trein. Altijd prijs.
Wisselvallig kan alle kanten op. Regent het ‘s morgens en schijnt ‘s avonds de zon, dan kan Peter Timofeeff in zijn handjes wrijven, maar is het precies andersom dan is het ook prima.
Heel soms, als de lucht al 6 dagen lang strakblauw is geweest, dan willen de orakels nog weleens een wilde gok doen dat morgen de zon schijnt, maar je hoort ze bijna denken: een sneeuwstorm is evengoed mogelijk.
Laat de zon zich inderdaad zien, dan wordt het onmiddellijk op het cv van Willemijn Hoebert gekalkt. En als het toch gaat regenen, dan krijgt het lagedrukgebied boven de Noordzee er de volgende dag gewoon ongenadig van langs. Levert bovendien weer mooie plaatjes op van volgelopen kelders in Appelscha. Nico Vink heeft zijn camera al in de aanslag.

Dan nog het weer voor de rest van de week: ‘Hoewel we geen flauw idee hebben, is er weer een willekeurig grafiekje van stal gehaald.’
Jammer genoeg is de vakantietijd weer voorbij, anders konden we nog genieten van openbaringen als: ‘In de Hoorn van Afrika is het warmer dan op de Noordpool’, maar dat mag de pret niet drukken. Klaar is Kees. Of Helga.

Ik heb eens gehoord dat uit onderzoek was gebleken dat de voorspelling ‘morgen wordt het weer hetzelfde als vandaag’ minimaal net zo goed is als die op basis van alle hedendaagse peperdure meteorologische technieken. En ik geloof dat ook echt. Er is vast wel een Duitse octopus of bananensmikkelende aap die Piet Paulusma het nakijken geeft. Alles beter dan die dikbetaalde glazenbolkijkers.

In mijn schooltijd werkte ik in de vakantieperiode op het land als bollenraper. Een nobel beroep, maar wel afhankelijk van het weer. Op een dag werden we na een uur of twee wroeten in de aarde overvallen door een woeste regenbui. Nou ja overvallen… het was al van veraf zichtbaar, bovendien was het al dagen ‘wisselvallig’. Eenmaal in de schaftkeet aangekomen vroeg ik de boer of we naar huis konden gaan. Zijn gezicht betrok: ‘Niks daarvan, het tilt al’, zo beweerde hij in zijn beste Nederlands. Ik keek naar buiten en zag een egaal grijs wolkendek door de hoosbui heen, aangespoord door een donderend onweer. Mijn vriendje en ik keken elkaar aan en lachten schamper. We wisten immers dat het vandaag niet meer zou stoppen met regenen. Dat had Erwin Kroll ons op het hart gedrukt.

Vijf minuten later scheen de zon volop. Er zou die dag geen druppel meer vallen. Ik weet wie ik voortaan om 20.00 uur ga raadplegen.