[Tour] Voor Wouter

Jan (Bakoenin)

Ze waren al getipt vandaag
Een Yankee en een Engelsman
De Yankee hakte net als toen
De Brit volledig in de pan

Eindelijk won er weer eens iemand die Nederlands spreekt. Helaas was het geen Nederlander. Het is natuurlijk geweldig voor een Amerikaan om op Onafhankelijkheidsdag een rit in de Tour te winnen. De Brit Cavendish kwam er niet aan te pas en werd net als in 1776 verslagen door een Amerikaan.
Vanmorgen zag ik nog deze tweet van Mark Cavendish: Figuring out tactics for the stage today..... only one option: WIN. Hij had er echter geen rekening mee gehouden dat er voor hem een valpartij was, waardoor er slechts een kleine groep kon gaan sprinten. De nederlaag werd dus eigenlijk door een derde veroorzaakt.
Ik vond het niet zo erg dat Cavendish er niet aan te pas kwam. God straft meteen. Hij deelde onderweg bij de tussensprint weer eens een kopstootje uit. Eigenlijk was dat nog dom van hem ook, want je kunt beter een kopstoot uitdelen aan een blok beton dan aan Hushovd.

Ik was bang dat het weer zo’n saaie vlakke etappe zou worden met een kopgroepje en een rustig peddelend peloton dat pas in de laatste twintig kilometer in actie komt. Daar leek het ook wel op in het begin, maar het viel gelukkig erg mee.
Dat was niet in de laatste plaats te danken aan de heren Dijkstra en Ducrot. Ik kijk op zich liever naar de Belg, want die hebben veel betere informatie, maar af en toe schakel ik over op Nederland en gelukkig deed ik dat vandaag ook even.
Eerst dachten onze twee helden dat Charteau van zijn sportdirecteur de opdracht had gekregen om zomaar op grote afstand van de finish het peloton te verlaten en achter een kopgroep aan te gaan die meer dan zes minuten vooruit was.
Hoelang doen die twee nu al dit soort commentaren en hoe vaak is er niet een renner een stukje voor het peloton gaan rijden om zijn familie te begroeten!
Daarna dachten de twee dat degene die als eerste op de Pont de Saint-Nazaire arriveerde en dan gelijk met Gilbert in het bergklassement zou staan, de bolletjestrui zou krijgen en ze zaten al te filosoferen dat het wel leuk zou zijn als dat Niki Terpstra zou zijn.
Ik wist al lang van de Belg dat hoe dan ook Gilbert zijn bolletjestrui zou houden als de kopgroep zou worden ingelopen en degene die als eerste over de brug was gekomen niet voor Gilbert in het Algemeen Klassement zou staan. Die hebben die kennis gewoon paraat en hoeven het niet op te zoeken zoals het duo D en D.
Dijkstra gaf onderweg ook nog informatie over de wegen waar de renners overheen reden.
“Voor de meeschrijvers,” zei hij. Hij dacht zeker dat hij nog bij het schaatsen zat en de rondetijden moest doorgeven.
Maar het gaf wel even wat leuke afleiding van de tot dan toe saaie etappe. Wat heb ik weer gelachen om die twee.

Maar toen kwamen de brug en de wind. Ik had de brug al wel eens eerder in de Tour gezien, maar ook nu was ik weer zeer onder de indruk. Ik word al zenuwachtig van de Zeelandbrug als er veel wind staat, maar deze gaat ook nog eens steil omhoog.
Al kilometers voor de brug zag je de klassementsrenners naar voren komen. Zelfs Contador nam geen enkel risico meer. Het was een gaaf gezicht, die renners zo op de brug en het peloton dat in stukken brak. Er werd ook het een en ander duidelijk: Karpets en Casar waaiden er af en hadden moeite om terug te komen in het peloton.

Het verdere verloop van de etappe kon je wel raden. De kopgroep zou worden ingelopen en het zou een massasprint worden. Voordat de kopgroep werd ingelopen demarreerde Delage nog eens. De Spanjaard Gutiérrez kon met hem mee, maar Niki kreeg een tikkie en bleef samen met Bouet en Pérez achter.
Uiteindelijk werden ook de twee laatste vluchters ingelopen en was alles klaar voor de massasprint. Maar in één van de laatste bochten besloot een renner van Cofidis maar vast op te houden met fietsen en maakte van blijdschap dat de etappe erop zat een koprol. Dat kwam Cavendish niet zo goed uit. Die houdt niet van mensen die een koprol maken. Die houdt meer van kopstoten. Een klein groepje sprinters bleef over en Farrar won en maakte uiteraard het W-teken voor zijn overleden vriend.

In het zonnetje
 
Het is normaal dat alle renners van de ploeg met de drager van de gele trui werken voor hun leider. Maar Thor Hushovd denkt daar heel anders over. Die trekt niet alleen de gele trui aan, maar ook de sprint voor Farrar. Hulde voor de Noor.

Morgen zal het beslist geen massasprint worden, of de heren Cavendish en Farrar moeten in een kopgroep zitten die minstens twee minuten voorsprong heeft bij het begin van de klim. De Mûr-de-Bretagne is een echte muur. Een klim van twee kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 6.5%. Vanaf het begin van de beklimming kun je bijna de eindstreep zien. Het hoogteverschil is 144 meter. Er worden al vergelijkingen gemaakt met de muur van Huy. Die is echter ongeveer achthonderd meter korter, maar wel steiler met zijn 9.8% gemiddeld. Het steilste stuk van de muur van Huy is 17% en dat van de Mûr-de-Bretagne 12%. Maar hoe de percentages ook zijn, voor de sprinters is het te steil en als ze met een grote groep aan de voet komen en Gilbert is er bij, dan wint hij weer. Gilbert kan op één manier dan worden geklopt. Als een andere puncher op een iets te grote afstand demarreert zoals Cancellara dat deed. Als Gilbert er dan achteraan gaat en iemand als Evans gaat meteen met hem mee, dan kan de afstand tot de streep voldoende ver zijn voor Evans om Gilbert te verslaan. Dat zagen we eigenlijk al in de eerste etappe, waarin Evans pas later demarreerde op de klim, maar wel inliep op de Belg.
Hetzelfde geldt voor andere zeer goede klimmers. Contador? Die moet tijd terugwinnen.

Een kijkje in de omgeving

Mûr-de-Bretagne is de hoofdplaats van het kanton Côtes d’Armor. Deze kust is met zijn grilligheid en rotsklippen ook echt ‘armor’, gepantserd dus. Het is een prachtig gebied om te wandelen en te fietsen, maar de renners zullen geen oog hebben voor het natuurschoon en zich alleen zorgen maken over de wind.
Dichtbij het dorp is een meer met een stuwdam. Vanwege die stuwdam is de rivier de Blavet onbevaarbaar geworden voor binnenvaartschippers en pleziervaarders, maar is er een schitterend gebied voor wandelaars en natuurliefhebber zoals ik voor teruggekomen. Daar wordt dus nog wel natuur boven economisch belang gesteld. Laat onze paardenboer Henk Bleker er een voorbeeld aan nemen. Voor watersporters en natuurliefhebbers is het meer een waar paradijs en het wordt wel vergeleken met de grote meren in Quebec. Dat levert geld op, hoor. In 1985 is het meer helemaal leeggepompt voor onderhoudswerkzaamheden. De toeschouwers die overal vandaan kwamen zagen tot hun verbazing dat de oude sluizen, de muren van huizen die daar op de bodem stonden, de trekwegen en zelfs bomen nog in prima staat verkeerden.   

Of de renners die morgen de Mûr-de-Bretagne hebben beklommen op de top ook nog in prima staat verkeren betwijfel ik.