De Hollandse Tropen

Neuskleuter

Ah, lekker. De zon schijnt, ik heb een dakterras en een vrije middag. Mijn huidje is zo bleek als een leeg Word-document, dus het is tijd om daar nu iets aan te doen. Goed. Bikini. Check. Zonnebril. Check. Luchtbed. Check. Extra koud water. Dubbelcheck. Het is tijd voor de zon! Gratis bruiningswalhalla, ik kom eraan! De hele uitstalling ligt klaar voor mij. Maar het is nu al verschrikkelijk heet. Natuurlijk! Dat komt omdat ik zo stom ben om de zonnebrandcrème te vergeten.

Hup, alle kleren weer aan en op naar de supermarkt. Zo'n verfrissend windje is best lekker op de fiets. Jammer dat ik moet bewegen om die wind te kunnen voelen, maar het zij zo. In de supermarkt is het heerlijk koel. Ik ben jaloers op de kassameisjes, die de hele dag deze heerlijke airco om zich heen hebben. Ik overweeg om wat langer binnen te blijven dan noodzakelijk, maar ik wil nog steeds deze ene kans grijpen om bruin te worden. Met de zonnebrandcrème en een bak ijs kom ik weer thuis.

Ik ben nu klaar voor het dakterras. Bikini. Check. Zonnebril. Check. Luchtbed. Iets zachter, maar: check. Koud water. Enigszins een check. Zonnebrandcrème. Check. Bak ijs. Lekker. Tijd voor de zon! Ik verorber wat ijs, rek me lekker uit en kijk door mijn wimpers naar de hemel. De wolkenflarden komen loom voorbij. Ik zie een konijntje, een softijsje in een vierkant bakje en een klarinet voorbijschuiven. Ik hoor nu zelfs de geluiden van een zomers strandfeest. Oh nee, dat is mijn telefoon. Shit.

Na een veertig minuten durend relaas van een vriendin kan ik eindelijk weer terug naar mijn dakterras. Er was iets met een vertraagde kuttrein, kutschoolreisjes waardoor de kutbussen maar niet kwamen en de Sprinter die zelfs op de heenreis al kut was toen die nog reed, omdat de airco niet aanstond in deze tropische hitte. Ik snap de NS wel. In dit warme weer gaat iedereen natuurlijk liters water drinken, en als het koud is, komt dat er net zo snel weer uit. De Sprinters hebben geen wc's, dus kunnen de reizigers het er maar beter uitzweten. Dat scheelt weer wat ruzies bij de toiletten op het station om de vraag wie het eerst naar binnen mag.

Goed. Op het balkon klopt alles weer, behalve dat mijn luchtbed inmiddels heter is dan na een wilde nacht seks op de camping. Ik neem een slok water, dat inmiddels door kan gaan voor thee zonder smaakje. In de buurt is alles rustig en stil. De kinderen zijn gestopt met voetballen, de hond van de buren vindt het te warm om nog te blaffen, zelfs de vogels houden een siësta. Ik sluit mijn ogen. Niet om in slaap te vallen, maar gewoon even tegen de felle zon. En het voelt ook wel relaxed. Gewoon, even chill. Gewoon, een beetje bruin worden. Alles komt goed. Mmm...

Plotseling word ik wakker van een plof naast me. Een mus stuiptrekt met zijn vleugeltjes en blijft dan roerloos liggen. Ik denk even dat die van het dak is gevallen, maar dan kijkt een kat me hooghartig aan, pakt het musje op en loopt ermee naar een ander dak. Ik hoor wat gekraak als het arme vogeltje uiteen wordt getrokken. De zon staat lager en is minder fel. Ik probeer op te staan, maar alles doet pijn. Ik ben rood. Vuurrood. Ik leeg het flesje water over mijn lichaam, maar het verdampt direct. Kreunend baan ik me een weg naar binnen. Daar is het nog net zo heet als buiten. Op het nieuws klinkt een waarschuwing over de zonfactor. "Het advies is om u goed in te smeren en niet langer dan een halfuur te zonnen." Ik, stomme gek die ik ben, zucht en weet het meteen; die Hollandse tropen, daar ben ik helemaal klaar mee.