Een Roma meisje

Jan (Bakoenin)

In 2008 ontmoette ik Ana.
Mijn vrouw en ik fietsten in augustus in drie weken van Thonon les Bains aan het meer van Genève langs de Rhône naar Saintes Marie de la Mer aan de Middellandse Zee. We verbleven twee dagen in Arles, het mooie stadje dat Vincent van Gogh zo lief was en waar hij heeft gewoond.
Tijdens de rustdag gingen we het stadje bekijken en kwamen op een gegeven moment in een park. We wilden wat eten en drinken in dit park en namen plaats op een bank. We hadden twee blikjes cola light en voor ieder twee stukken stokbrood met ham in de rugzak en wilden daar eens lekker van gaan genieten.

Op de bank tegenover ons zat een meisje van een jaar of twaalf met een jonger jongetje, waarschijnlijk haar broertje. Het waren duidelijk Roma. Donker haar, donkere ogen, oude versleten kleren en ze loerden allebei naar de tas van mijn vrouw, want ze wisten wel dat daar de portemonnee in moest zitten. Vooral het meisje zat zich af te vragen hoe ze die tas zou kunnen bemachtigen. Ik knipoogde naar haar en schudde even met mijn hoofd, zodat ze wist dat ik haar door had.
Toen ik mijn cola en stokbroodjes op had, moest ik nodig naar het toilet en gelukkig was er een openbaar toilet in het park, dus ging ik daarheen. Nadat ik mijn blaas had geleegd, verliet ik het toilet en wilde in het halletje mijn handen wassen, maar zag ineens het meisje. Ze was me achterna gelopen en stond nu in het halletje. Er was verder niemand. Ik had medelijden met haar en had in mijn broekzak nog een biljet van vijf euro. Dat gaf ik haar. Ze keek met met haar grote ogen aan en wilde daarna de rits van mijn broek open maken. Ik schrok me rot.

Zomer 1993.
Mijn vrouw en ik fietsten door Bulgarije. We logeerden in een hotel in een klein plaatsje ergens in het Rodopi-gebergte. Tegen de avond gingen we wandelen langs een rivier en zagen aan de oever van de rivier wat grote kippenhokken. Althans, dat dachten we. Het bleken echter krotwoningen van Roma te zijn. Roma hebben eigenlijk geen rechten in een land als Bulgarije. Kinderen krijgen geen scholing en ouderen geen werk. De Roma worden gediscrimineerd, krijgen geen goede huisvesting en hun kinderen worden vaak gedwongen te stelen, of prostitie bedrijven met volwassenen. We wisten niet wat we zagen daar, zo primitief woonden die mensen. Krotten op vuilnisbelten langs de rivier.

Ik maakte het meisje duidelijk dat ik niet op seks uit was. Maar ik besefte dat ze niet voor niets dacht dat ik seks wilde voor geld. En daar kan ik nu nog kwaad om worden.
Nog kwader word ik als ik dan lees dat Frankrijk de Roma wil uitzetten, omdat ze last van ze hebben. Laten ze die pleurislijers die zich voor een paar euro door een kind van twaalf jaar laten pijpen eerst eens even met hun pikken aan het plafond van een gevangenis hangen!
Maar goed, het meisje keek me wel een beetje verbaasd, maar toch ook wel dankbaar aan en toen ik naar buiten liep, liep ze met me mee. Ik vroeg haar of zij en haar broertje wat wilden eten. Nou, dat wilden ze wel. Mijn vrouw en ik hebben ze meegenomen naar een cafetaria daar vlakbij en ze volgestopt met broodjes. De tas van mijn vrouw stond naast het meisje, maar ze taalde er niet naar.
Ze heette Ana en haar broertje Gregor. We hebben ze de hele middag meegenomen en ook ’s avonds hebben we met ze op een van de terrasjes van een pleintje vlakbij het amfitheater gegeten. De obers keken argwanend, maar omdat wij erbij waren, zeiden ze niets. De kinderen waren vrolijk en kletsten de oren van je hoofd. Weliswaar in een taaltje dat ik nauwelijks kon verstaan, maar dat maakte niet uit. Na het eten namen we afscheid van Ana en Gregor. Ze vroegen geen geld, maar waren gewoon blij dat we ze een leuke middag hadden bezorgd. We wilden ze eigenlijk nog wel naar huis begeleiden, want het was toch al bijna negen uur ’s avonds, maar ze wilden het niet. Ze schaamden zich vast voor hun verblijfplaats, want die zal in Frankrijk niet veel beter zijn dan in Bulgarije. Hadden we iets moeten doen voor ze? Mijn vrouw dacht dat ze misschien wel op straat leefden. Maar in Arles en de Camargue wonen veel Roma, dus dat zou wel meevallen.

Nu las ik deze week ergens dat Mirjam Sterk van het CDA er eind vorig jaar voor pleitte om illegale Roma die overlast veroorzaken, uit te zetten naar Bulgarije en Roemenië.
Dus dat is de nieuwe christelijke politiek. Dat is hetzelfde als een lastig kind de klas uit sturen. Lekker makkelijk. Dan ben je van het probleem in de klas af. Ik heb altijd geleerd dat je juist moet proberen die kinderen in de klas te houden, omdat ze er vaak op uit zijn om geen les te hoeven volgen en dan lekker op straat kunnen gaan rondhangen. Bovendien leren ze buiten de klas niets.
Maar Mirjam wil de Roma weg hebben. Niets naastenliefde. Wegwezen.
Natuurlijk. Roma zijn vaak illegaal. Ze zijn in bijna heel Europa illegaal. Ze worden nergens geaccepteerd. Ze worden overal gediscrimineerd. En dan heb ik het nog niet eens over het lot van de Roma in de Tweede Wereldoorlog. Het is een kip-en-ei-verhaal. Worden ze niet geaccepteerd omdat ze overlast veroorzaken of veroorzaken ze overlast omdat ze niet geaccepteerd worden?
Inderdaad. Roma veroorzaken vaak overlast. Ze stelen regelmatig. Maar als je eeuwenlang gediscrimineerd wordt en geen enkele kans krijgt om een menswaardig bestaan op te bouwen, dan ben je aangewezen op jezelf en moet je vechten om je kostje bij elkaar te krijgen. En als je dan toevallig eens niet heel goed viool kunt spelen en verder niet aan werk kunt komen, dan moet je op een andere manier het hoofd boven water houden. Ik ga dat niet goedpraten, maar ik begrijp het wel.

Mirjam moet eens goed in de spiegel kijken en zich dan afvragen of ze niet een verschrikkelijk asociale, onchristelijke trut is.
Niks terugsturen! Ze moet er bij de regering op aandringen dat deze zich in Europa sterk maakt voor een Europese oplossing voor het probleem met de Roma. Die oplossing is dan niet de Franse oplossing natuurlijk. Hoezo: 'Vrijheid, gelijkheid en broederschap'?
Europa moet zorgen voor gelijke kansen voor iedereen en dus ook voor Roma. Verbeter in landen als Roemenië en Bulgarije het onderwijs voor Roma-kinderen en zorg er ook voor dat Ana en Gregor in Frankrijk naar school moeten. Ook als ze zogenaamd illegaal zijn. Dat is een lastige klus, omdat de Roma zelf ook mee moeten werken, maar daar moet je als Europa, Frankrijk en Nederland dan maar moeite voor doen. Als de regering per se een weg wil aanleggen, dan bewegen ze ook hemel en aarde om het voor elkaar te krijgen.

Toen Ana en Gregor merkten dat we hen een leuke middag, wat geld en eten bezorgden zonder tegenprestatie te verlangen, verdween hun wantrouwen en meteen ook hun behoefte om ons te bestelen. Dat wil niet zeggen dat je na deze column te hebben gelezen meteen maar je portemonnee moet laten liggen naast een Roma-kind dat net een broodje van je heeft gehad als jij even naar het toilet moet. Er is nog een lange weg te gaan, maar dat is een betere dan de korte weg van Mirjam.