Rechtbreien wat krom is

Petra (peets)

Nooit had ik kunnen vermoeden dat breien ooit een maatschappelijk relevant verschijnsel zou worden. Dat het zelfs zou kunnen leiden tot een betere wereld. Als ik dat had geweten, dan had ik er vroeger wel beter mijn best op gedaan. Maar in mijn jeugdige onbezonnenheid zag ik het nut er totaal niet van in. Ik dacht er zelfs mee weg te kunnen komen, omdat tot nu toe niemand mij afrekende op mijn breikwaliteiten. Of eigenlijk meer het ontbreken daarvan. Die aanname blijkt nu een behoorlijke misrekening.


Ik stam nog uit de tijd dat meisjes op de lagere school leerden breien. Eens per week kwam de handwerkjuf op school om ons de fijne kneepjes van het handwerken bij te brengen. De jongens boften, die leerden ondertussen ‘mannendingen’, als lassen, timmeren en figuurzagen. Nog te weinig assertief om deze ongelijkheid aan de kaak te durven stellen, liet ik me lijdzaam onderrichten in het punniken van eierwarmers, het borduren van boekenleggers en het opleuken van vilten lapjes. De grand finale kwam in de eindgroep:  leren breien.  Gewapend met het mantra ‘insteken, omslaan, doorhalen, af laten glijden’, leerden wij nuttige pannenlappen en gestreepte  poppensjaaltjes te maken. Alle inspanningen ten spijt werden het bij mij nooit meer dan broddellapjes vol gaten, onbedoelde zandloper- en piramidemodellen. Aangezien ik linkshandig ben, vooral links en niet zo handig, bleek het voor de juf, mijn moeder én mijn oma een te grote uitdaging te zijn om mij kundig te leren breien. Ik besloot dat ik daar mee kon leven.


Maar nu word ik alsnog met mijn neus op de feiten gedrukt. Een nieuw fenomeen heeft namelijk ons land bereikt; wild breien! Het begon ooit in Amerika met  een paar kunstenaars die de Amerikaanse straten wat wilden opvrolijken met kleurige gebreide omhulsels voor bomen, lantarenpalen en hekken. Inmiddels is deze Knitt Tagging trend dus ook overgewaaid naar Nederland. Je ziet het nog niet overal, maar als je in grote steden loopt en goed oplet, kan het zomaar gebeuren dat je opeens een gebreid lapje om bijvoorbeeld de buis van een brug tegenkomt. Of een boom met een trui aan. Of een beeld met een sjaal om. Of wat dacht je van een fiets met een bikini aan? Breiwerken in allerlei kleuren doen hun intrede in ons straatbeeld. Street art. Met als doel mensen vrolijk te stemmen en de wereld wat mooier te kleuren.

Ik vind het een geweldig initiatief. Had ik vroeger maar doorgezet, dan had ik mijn pennen nu gelijk uit de wilgen gehaald. We kunnen namelijk best een beetje kleur gebruiken binnen het huidige politieke klimaat. Politiek Den Haag laat tenslotte aardig wat steekjes vallen op het gebied van een kleurrijke samenleving. Ervaringsdeskundigen bevestigen ook nog eens unaniem dat gezamenlijk breien aan een groter doel verbroedert en een brug slaat tussen generaties. Daar kan toch geen beleidsstuk tegen op? Gewoon met een paar bolletjes wol en een stel breipennen kunnen we ons verkillende en verhardende land omtoveren in een lieflijk Holly Hobby tafereel; vriendelijk, vrolijk, warm en lekker zacht. Een sympathieke vorm van anarchie; massaal breien aan een betere wereld! Of sla ik nu door?