Oeps, een zwangere neergestoken

Arno (Arnohari)

‘Welkom bij 112 Alarmcentrale…’
‘Goedemiddag, met Arno…’
‘...Al onze medewerkers zijn in gesprek. U wordt zo spoedig mogelijk doorverbonden. Heeft u een momentje?’
‘Nou, eigenlijk niet. Hallo, noodsituatie hier…’
‘Een momentje geduld alstublieft.’
‘Ik zei: ik heb geen momentjes, anders belde ik wel met 0900-TUIG!’
‘Every night in my dreams I see you, I feel you…’
‘Celine Dion als wachtmuziek voor de alarmcentrale. Het moet niet gekker worden.’
‘That’s how I…Welkom bij 112 Alarmcentrale, met Anette spreekt u.’
‘Goedemiddag Anette, Arno hier. Ik vrees dat ik zojuist…’
‘Wilt u politie, brandweer of een ambulance?’
‘Als u mij nog langer laat wachten, dan vrees ik alleen politie of een begrafenisondernemer. Nú heb ik een ambulance nodig.’
‘Een momentje nog, ik verbind u door.’
‘Near, far, wherever you are. I believe that the heart does go on.’
‘Wel godv…’
‘Ambulancedienst, zegt u het maar. Wilt u het wel kort houden? Het is één uur en dan begint mijn pauze.’
‘Nou, ik vrees dat ik zojuist een zwangere vrouw heb neergestoken.’
‘Pff, heb ik weer, net voor mijn pauze. Weet u wat? Ik verbind u door met de politie. Dit is toch meer hun ding. Klein ogenblik.’
‘Ik frons mijn wenkbrauwen. Dat zeg ik niet, maar ik kan in een full-quote-column niet kenbaar maken wat ik doe zonder te zeggen wat ik doe. Dus frons ik mijn wenkbrauwen. Je moet er maar vanuit gaan dat ik dat dan ook echt doe. Inderdaad, ik heb de verkeerde vorm gekozen voor deze column. Maar met een stervende bevalling naast me is dit niet het moment om alles opnieuw te schrijven.’
‘Al onze medewerkers zijn in gesprek. Wilt u tijdens het wachten ons klantentevredenheidsonderzoek invullen?’
‘Nee, ik wil met spoed een levend iemand aan de lijn.’
‘Toets een 1 voor ja, toets 12 voor nee.’
‘Ik ga 12 toetsen, maar na 1 krijg ik al de eerste onderzoeksvraag.’
‘U heeft gekozen, 1. Wij danken u voor uw medewerking. Vraag 1. Wat vindt u van ons wachtmuziekje? Toets 1 voor prettig, toets 2…Politie, met Ad spreekt u, goedemiddag.’

Piep.

‘Dag, met Arno. Ik vrees dat ik zojuist een zwangere heb neergestoken.’
‘Ojé, dat is niet zo best.’
‘Nee, lijkt me ook niet. Ik wist helemaal niet ze zwanger was, maar ik zette mijn mes erin en toen zag een kleine. Help, wat moet ik doen?’
‘Blijft u rustig, dat doen wij hier ook, zeker nu er bezuinigingen gepland zijn. Bezuinigingen, potver! Hoe moet ik straks mijn hypotheek en de auto van mijn ex-vrouw betalen?’
‘Ad, kom op. We moeten allemaal inleveren. Ik kan die subsidiedroom voor deze column ook op mijn buik schrijven. Dat heb ik overigens ook gedaan, maar toen bleek dat mijn buikhuid allergisch is voor watervaste inkt. Weet jíj hoe duur een onverzekerde buikhuidtransplantatie kost? Daarvan kan jouw ex-vrouw tien jaar in een Mercedes rijden.’
‘Ja, misschien heeft u wel gelijk. Kunt u een duidelijke omschrijving geven van hoe het hele zooitje bij u er nu uitziet?’
‘Nou, ik stak haar dus neer en toen zag ik de baby zitten.’
‘Kunt u misschien een foto sturen?’
‘Een foto sturen? Kunt u niet gewoon met heel veel spoed naar hier komen?’
‘Waar is de plaats delict?’
‘In Eindhoven, aan de…’
‘Eindhoven? Dat is buiten ons dekkingsgebied. Daar komen we niet. U kunt wel een afspraak maken met bedrijven die in uw gebied namens ons werken. Wacht, ik pak even de lijst.’
‘Zucht.’
‘Anette? A-net-te? Waar hangt die muts uit? Roken zeker? Hans, heb je Anette ergens gezien? Nee? Weet jij waar de lijst van onderaannemers ligt? Ook niet?’
‘Die Anette van jullie heeft lunchpauze.’
‘Ow? Nouja. Wilt u de lijst dan binnen drie tot zes weken per post ontvangen?’
‘Nee, ik wil nu hulp.’
‘Dat kan helaas niet. Wilt u misschien een klacht indienen?’
‘Ja, dat wil ik zeker!’
‘Welkom bij ons klanttevredenheidsonderzoek.’
‘Ik leg de hoorn op de haak, voor zover dat met mijn mobiel mogelijk is en draai nog een keer 112, voor zover dat ook mogelijk is met een mobiel. Ik maak even een sprong in het verhaal. Wil je toch meemaken wat er in dat tijdvak is gebeurd? Lees deze column dan tot de piep nog een keer. Houd wel in je achterhoofd dat Anette nu lunchpauze heeft.’

‘Hallo, Arno nog keer. Ik sta hier wel met een, ik ben bang, dode moeder.’
‘Oh, bent u daar weer?’
‘Ja. Gaat u mij nu onderhand eens helpen? Overigens, terwijl mijn lezers deel één van de column nog een keer hebben gelezen, had ik even de tijd om een foto te maken. Kijkt u mee?’

‘Hehe, dat ziet er niet best uit.’
‘Ik ben bang dat de moeder al overleden is. Ik voel geen polsslag.’
‘Dat is normaal. Paprika’s hebben geen polsslag. Maar u kunt er met zo’n gapende wond wel op rekenen dat mama nu in de paprikahemel ingepeperd wordt door de dikste komkommer daar aanwezig.’
'Ik heb een zwangere paprika vermoord.'
‘Dan is het nu zaak dat u zo snel mogelijk het kind in veiligheid brengt. Ik zie dat de zwangerschap al zo ver is dat het kindje een grote kans maakt om de puinhoop die u veroorzaakt heeft te overleven. Gaat u even rustig zitten, zet een kop koffie en neem een bokkenpoot.’
‘Wablief?’
‘U moet eerst even tot rust komen. Het is niet niks om een keizersnee uit te voeren en uit eigen ervaring weet ik dat koffie met een bokkenpoot heel rustgevend is. Belangrijk: twee klontjes suiker. Terwijl u even geniet van een lekker kopje, houd ik niet langer de lijn bezet. Er kunnen immers mensen in levensgevaar zijn die ons nu proberen te bereiken en u wilt toch niet op uw geweten hebben dat er iemand overlijdt omdat u te lang de lijn bezet houdt?’
‘Nee.’
‘Laterz.’
‘Tot straks. Terwijl de koffie pruttelt, probeer ik zelf het kindje te bevrijden. Ik zal je de details besparen, maar ik zal maar zeggen dat het wel erg goed uitkomt dat ik een mes bij de hand heb. Dan bel ik nogmaals 112. Om de column niet onnodig lang te maken, kun je nu weer de tekst tot de piep lezen. Twee kanttekeningen: Anette is nog niet terug van haar lunchpauze en Ad is roken. Ik krijg daarom Hannie aan de lijn.’

‘Dag, met Arno. Ik ben bang dat ik zojuist een zwangere vrouw heb neergestoken. Zij heeft het niet overleefd, maar het kindje lijkt in goede conditie. Ik heb haar zojuist bevrijd.’
‘Heeft u koffie gezet?’
‘Ja.’
‘Suiker?’
‘Twee klontjes.’
‘Bokkenpootje?’
‘Ja, heb ik gehaald en zit in de koektrommel.’
‘Meneer, het is uiterst belangrijk dat u eerst een koffie drinkt en een bokkenpootje eet voordat u eigenhandig een onnatuurlijke bevalling uitvoert. Pff, ik haat ongeduldige mensen die het heft in eigen handen nemen. Meneer, u gaat nu koffie drinken en een bokkenpoot eten en u belt mij daarna maar weer terug.’
‘Nou, tot straks maar weer. Wie krijg ik dan aan de lijn? Je kunt, indien je dat wilt, de tekst voor de piep nogmaals lezen. Met drie kanttekeningen: Anette is ziek naar huis gegaan na het eten van bedorven lichtgezouten rookvlees, Ad is nieuwe shag halen en Hannie blijkt helemaal niet bij de alarmcentrale, de ambulancedienst of de politie te werken. Die lijn is dan ook afgesneden en Hannie wordt nu ondervraagd. Deze keer krijg ik Wilma te spreken.’

‘Dag Wilma. Ik heb ongeveer een half uur geleden een vrouw neergestoken. Een zwangere vrouw. Moeder heeft het niet overleefd. Het kindje is gezond en ze ademt zelfstandig. Ik heb haar met een keizersnee bevrijd.’
‘Waarom belt u nu dan nu pas?’
‘Moet ik daar op antwoorden?’
‘Nee, eigenlijk niet. Koffie?’
‘En bokkenpoot. Net op.’
‘Goed zo! Heeft u een foto van het kindje?’
‘Ja, heb ik. Het is een jongen, ziet u?’
‘Hij lijkt me gezond. Heeft u al een naam.'
'Lisa.'
'Lisa? Het is een jongetje'
'Het is een paprika.'
'Euhm...juist, ja. U kunt hem morgen inschrijven bij de gemeente. Waar woont u?’
‘Eindhoven.’
‘Hmm, daar heb ik zo niet de openingstijden van het gemeentehuis bij de hand. U kunt over tien minuten even terugbellen, dan weet ik het.’
‘Ik zoek het zelf wel op.’

Pssst,...al bijna verkrijgbaar.