Rapportvergadering

Laurens (Gramps)

Zo, dat heb ik weer gehad, de laatste vergadering is genotuleerd en uitgetikt. We verdelen ieder jaar het notuleren van afdelingsvergaderingen, waarbij ik lekker buiten schot blijf want ik notuleer twee leerlingbesprekingen en twee rapportvergaderingen, en dat is qua tikwerk nogal wat. Maar goed, je kunt het een heel eind stroomlijnen. Aan het begin van het jaar neem je de klassenlijsten waarop alle leerlinggegevens in Excel per klas staan genoteerd, netjes op alfabetische volgorde. Je delete alles behalve de namen en de klassen, zodat je ruimte over houdt voor korte commentaren per leerling. Bij de volgende vergadering gebruik je gewoon weer dezelfde lijst, waarbij je alleen de invulruimte weer leeg maakt.

De notulen zijn vrijwel helemaal voor intern gebruik, alleen grotere werkgevers, de samenwerkingsverbanden die vele tientallen van onze leerlingen werk geven zitten ook aan bij de besprekingen. Maar goed, ons kent ons al vele jaren, dus zorgvuldigheid bij het neerschrijven van de gebezigde taal is niet de eerste optie. Bovendien wijkt het rapport dan noodzakelijkerwijs af van het gesprokene. Dat doen we dus niet, ik schrijf op wat er wordt gezegd, met dien verstande dat de deelnemers zich wel zo’n beetje aan regels van beschaving conformeren. Maar goed, we hebben het hier wel over de bouw. Een wat minder bijbelse uitdrukking kan er dus altijd tussendoor sluipen. De meest schandelijke uitdrukkingen zijn binnen de club bekend en worden altijd afgekort. Als een leerling een lek wordt genoemd is het niet best, of liever het kan niet beroerder. Dat is op een schaal van 1 tot 10 niet eens een 1 maar een 0. Vierde in een tweekamp, dat werk. Lek is geen lek, maar lul eerste klas. Je mag hopen dat op een paar honderd leerlingen deze kwalificatie maar zelden voorkomt. Afgelopen vergadering was het maar één keer, dus dat viel weer mee. En zo hebben we nog wat afkortingen, zoals CV voor contractverlenging, noodzakelijk bij klunzen die aan de studieduur van twee jaar niet voldoende hebben. En wmd voor weg met diploma. Hehe, gelukt, het manneke is weg, maar dat schrijven we niet op, al denken we het soms wel.

En geen bericht is goed bericht, dus leerlingen die het gewoon goed doen behoeven geen geschreven commentaar. De naam alleen in de notulen, zonder tekst erachter is dus een goed verhaal, maar dan zonder verhaal. De ideale notulen in deze vorm zijn dus blanco, geen toegevoegde teksten. Jaja, dat kun je net denken. Die notulen zijn natuurlijk DE gelegenheid om alle makke en narigheid van voorgaand en huidig onderwijs weer eens uit te kauwen. Bijvoorbeeld het totale failliet van Competentie Gericht Onderwijs, CGO. Inmiddels moeten de leerlingen weten waarom het gaat, want op het VMBO wordt het ook gebruikt. En gesprek met de directeur van een VMBO is dan wel een eye-opener. Zijn commentaar naar het ministerie: zeggen jullie maar WAT je wilt, wij bepalen wel HOE. En dan die trajectmap, die door alle betrokkenen, dus leraar, leerling en leermeester heel gewetensvol moet worden ingevuld. Er staan acht kerntaken in, en als je het goed doet moet je in twee jaar 48 keer een competentiemeting invullen, de meeste tijdens het werk. Dat is gemiddeld eens per twee weken, als je de vrije dagen in mindering brengt nog vaker. Overkill? Meneer, hoe durft u het te suggereren. Dat werd dus vanaf het allereerste begin heel obligaat vinkjes zetten. Zinloos en contra-productief. Na vier jaar is de trajectmap veranderd en de meeste idioterieën zijn eruit verdwenen. Maar ondertussen zijn er wel vier jaar verpest.

Het wordt steeds vaker gedaan, leerlingen die het niet gaan redden in de studietijd bij mij neerzetten. Gramps doet het anders en heeft veel geduld. En meestal verdwijnt drakerig gedrag ook bij die andere aanpak, want het is vaak frustratie. Gaat het op het werk lekker dan is het soms bagger op school en dat is rottig om mee te maken als jong ventje. Je hebt je het schompes geleerd, maar er komt weer een twee te staan. Al jaren geleden heb ik een experiment opgezet. Mondeling toetsen. Gewoon die zestig  vragen voorlezen. Je moet erbij zijn geweest om het te geloven, maar dan oogst je achten en negens. Je moet het als docent alleen wel effe doen. En je doet het niet steeds, slechts een paar keer om zelfvertrouwen te kweken. Als die knakkertjes zien dat een acht mogelijk is volgt de rest meestal vanzelf. Leren tekenen is weer een heel ander verhaal, dus dat doen we nu meer klassikaal. It’s the result that counts.

Een van de dingen die ik dus heb geleerd is ernstige twijfels te hebben over het leesniveau. Functioneel analfabetisme? Daar lijkt het wel op. Piet Hazegras is en blijft een struikelblok. De wortel uit vier, dat is nog te verkopen, maar de wortel uit vijf, dat is eng. Decimalen? Kom zeg, daar kunnen we niet aan beginnen. CGO doen we dus niet, alleen op papier, heel obigaat, geen gedonder met de Inspecteur. In de praktijk proberen we een ander onderwijssysteem, namelijk GGO, een enkel lettertje verschil, maar bij ons staat dat voor Gewoon Goed Onderwijs. Of in bouwtaal Geen Gelul Onderwijs. Er gaan steeds meer stemmen op die de ouderwetse LTS weer terug willen. En de HBS ook graag. Rammen en stampen. Niet altijd leuk, maar wel effectief. De een leert kundigheid, op de LTS, samen met zelfbewustzijn en terecht vertrouwen in een goede toekomst. De ander komt gewapend met veel meer kennis dan nu de werkwereld binnen. En wordt niet meer op kennisgebied door iedere ouwe HBS-er van 55-plus voorbij gerend. Gramps, je zeikt. O? Simpel vraagje dan, tot besluit. Stampen is zinvol, zeg ik. Ik heb meer dan veertig jaar niet of nauwelijks Frans gebruikt of gelezen. Maar kan na al die tijd nog moeiteloos een tekst uit die taal in goed Nederlands omzetten. Met als basis dat stampwerk van de ouwe HBS. Kan dat met de huidige lesmethoden ook? O, wordt dat niet gevraagd? Is dat niet nodig? Ik schaar die kunde van mij gewoon onder geestelijke bagage. Die ik voor geen goud zou willen missen. Of kunnen missen.

Kies maar.