Een zware bekentenis

Wietse (DJugular)

Beste lezers,

Sinds ik het bericht kreeg, dat mijn columns op Fok! geplaatst zouden worden, wist ik dat dit moment zou komen. Ik ben nu een publiek persoon, net als Bill Clinton en Tiger Woods. En net als deze mannen heb ik in het verleden een fout gemaakt. Een ernstige fout die als een zware last op mijn schouders drukt. Ik wil dit eigenlijk niet bekennen, ik schaam me ervoor. Ik heb gespeeld met de gedachte , dat ik dan wel publiek bekend ben, maar ook anoniem. Veilig achter een pseudoniem. Maar de geschiedenis leert dat de waarheid toch wel een keer aan het licht komt. Ik wil niet in de positie komen, dat iemand mijn geheim achterhaald en me probeert te chanteren. Wat als die persoon wil dat ik de PVV ga aanprijzen, of probeer mensen te bekeren? Ik moet er niet aan denken.

Bovendien heb ik een geweten: ge•we•ten het; o -s innerlijk besef van goed en kwaad.

Het kabinet is gevallen en de verkiezingen komen er aan. Gouden tijden voor columnisten. Maar als mensen mijn columns lezen, verdienen ze te weten met wie ze te maken hebben. Bill en Tiger moesten diep door het stof voor hun publiek toen de waarheid aan het licht kwam. Ik wil niet wachten tot het zover is. Ik hou de eer aan mezelf. Ik beken mijn zonde uit eigen beweging en ga diep door het stof voor jullie.

Dit valt me zwaar. Het verlangen naar een slok drank is groot, maar ik wil dit nuchter doen. Ik was nuchter toen ik mijn fout beging, en moet nu nuchter de gevolgen aanvaarden. Bill en Tiger hadden het nog makkelijk. Die zijn alleen vreemd gegaan. Die hebben zelfs nog enig plezier gehaald uit hun fout, zij het misschien van korte duur. Zelfs die schrale troost is mij niet gegund.

Het volgende is namelijk het geval. Er is één groep mensen die universeel gehaat wordt. Die uitgekotst wordt door zowel links als rechts, autochtoon en allochtoon. Als zij op het podium worden doodgewenst door een cabaretier ontstaat er geen ophef, maar krijgt hij luid applaus.

Beste Fok!ers…ik was een telemarketeer. Mijn dwaling was van korte duur; zodra mijn contract het toeliet, ben ik vertrokken. Het paste ook totaal niet bij mij. Ik was niet zo’n snelle jongen die er bij ging staan om energieker over te komen door die telefoon en de ene na de andere klant binnenhaalde. Ik had niet die behoefte om trucjes uit te halen om mensen te overtuigen. Maar ja, ik was een arme student en alleen de studiebeurs was niet genoeg om plezierig van te leven. Een callcenter baantje was ideaal. Je kan je eigen uren indelen dus een wisselend collegerooster is geen probleem en het verdient beter dan een baantje bij de McDonald’s, terwijl je alleen maar hoeft te praten.

Dat ik niet mijn best deed, wil echter niet zeggen dat ik geen succes had. Op een dag belde de computer een reeks nummers uit mijn geboortestreek. Die dienst verliep geweldig. De mensen daar vertrouwen elkaar en ik sprak de taal van de streek. Ze vertrouwden mij en de aanbieding die ik ze deed. Na die dag voelde ik me echter niet succesvol. Ik voelde me smerig.

Ik heb spijt van deze misstap en ik hoop dat jullie het me kunnen vergeven, ondanks dat het misschien wel jullie moeder/oma/tante was die door mijn schuld is overgestapt op een vage telecom-aanbieder.

Peccavi nimis cogitatione, verbo et opere: mea culpa, mea culpa, mea maxima culpa.