De stoephoer en Dirk Scheringa

Luc (LvanLier)

Haast altijd lukt het mij, om ’s morgens even een exemplaar van De Pers uit zo’n handig rekje te rekken. Afgelopen maandag viel mijn blik op de opening. Met koeienletters stond er: “Rechter zet streep door Tokkie-polissen”. Ik kreeg daar een vervelend gevoel bij. Niet zozeer door de verheugende en terechte uitspraak van die rechter, maar die uitdrukking “Tokkie-polissen” vond ik denigrerend ten opzichte van al die mensen die in de oplichterstrucs van DSB waren getrapt. Die verdienden het niet, om impliciet voor Tokkie te worden uitgemaakt. Want wanneer ben je een Tokkie? Grofweg als je -al dan niet met een tandeloze mond en ongewassen haren en al dan niet gekleed in een slecht zittende campingsmoking- het fietsenhok van de buren openbreekt, de zoon van de sigarenboer op zijn muil timmert, de vuilniszakken over het balkon smijt en ladderzat tegen een bushokje aan staat te pissen.
Dáárom slaat de kop de plank mis. De nietsvermoedende metselaar, bakkersknecht en winkelbediende die door de DSB grotelijks zijn besodemieterd, zijn geen Tokkies. Zij zijn consumenten die er gewoon op hadden mogen vertrouwen dat ze niet zouden worden opgelicht.

Natuurlijk, ik begrijp de neiging van columnisten en journalisten (en van de makers van de koppen in dagbladen en tijdschriften in het bijzonder) om met stevig taalgebruik de aandacht op zich te vestigen. Goed voor de kijk- en oplagecijfers, en passend in de verruwing die in onze samenleving nu eenmaal een gegeven is. Want ja, de samenleving verruwt. En geef nou niet meteen de man in de straat de schuld: zelfs in het parlement maakt men elkaar tegenwoordig uit voor rotte vis. En ook inhoudelijk is er vaak weinig mis met zulke stevige bewoordingen in de media. Een agent die een buitengewoon lullige bekeuring uitschrijft aan een omaatje dat na het eendjes voeren in het park haar plastic broodzakje in de prullenbak gooit, “Nee, mevrouwtje, die prullenbakken zijn niet voor huishoudelijk afval”, die mag je best een bonnenhooligan noemen. Iemand die vanaf de kansel of namens een behoudend-christelijke partij pleit voor een Berufsverbot voor homoseksuele onderwijzers: noem die gerust een christenhond. Een kortgerokte en met protserige sieraden behangen lellebel die, nadat ze een of andere rijke stinkerd niet zozeer letterlijk als wel financieel heeft uitgekleed en hem dumpt als-ie blut is, en dan in een showbizzprogramma op een pulpzender roept dat ze alles heeft geprobeerd, maar dat haar Wim-John Garstonimowicz gewoon een doodsaaie slome duikelaar was: noem zo iemand maar gewoon een stoephoer, want dat is ze ook.

Maar zorg dat je je beledigingen wel aan de juiste persoon adresseert, en geen mensen schoffeert die het daar niet naar gemaakt hebben. Zoals die mensen die helaas met een oplichtersbende in zee bleken te zijn gegaan, in plaats van met een fatsoenlijke bank. Want kijk nou eens naar die DSB-ellende. Willens en wetens heeft die bank zijn slachtoffers peperdure flauwekulpolissen aangesmeerd. Die mensen liggen volledig krom voor iets, waar ze uiteindelijk geen moer mee opschieten. Dat is inmiddels wel pijnlijk duidelijk geworden. De klanten werden trefzeker uitgekleed door torenhoge provisies en bewust slechte voorlichting, zó doen we zaken in Wognum. IJdeltuiterige zakkenvullers zonder een greintje fatsoen als commissaris. Kijk maar op het nieuws van FOK! van gisteren. Daar wordt uit de doeken gedaan, hoe ook Ed Nijpels een plezant graantje mee pikte. Terwijl de DSB onder verscherpt toezicht stond, stak Nijpels geen vinger uit om de kwalijke praktijken van de bank een halt toe te roepen. Arme ambtenaren. Hun pensioenen worden beheerd door een organisatie die onder leiding staat van deze Nijpels. Sowieso vreemd. Nijpels is een VVD’er in hart en nieren. De VVD is toch warm voorstander van het uitkleden van ambtenaren? “Minder ambtenaren!” “Minder geld voor deze overbodige luiwammesen!” En zo’n vent moet dan waken over de pensioenen van dit deel van de beroepsbevolking? Deze zakkenvullende Burberry dragende blauwcolbert kan, nu hij door de mand is gevallen als zijnde een oplichtersmedeplichtige pur sang, echt niet langer aan het hoofd van het overheidspensioenfonds staan. Geen dag! De enige commissaris van DSB, die wel wat aan die oplichtersmethoden wilde doen, was Frank de Grave. En die werd er dus door potentaat annex roverhoofdman Scheringa op de laatste dag van zijn proeftijd pardoes weer uitgetrapt. Geen enkele andere commissaris stak ook maar één vinger uit om dat te verhinderen.

In die Pers van maandag las ik, naast het bericht inzake die uitspraak over die polissen, een vurig pleidooi om mensen die zich met oud en nieuw schuldig hebben gemaakt aan vandalisme langer zonder serieus proces in de cel te zetten. Dus smijt een bierblikje naar een politiefunctionaris en je zit drie weken vast. Maar beroof tienduizenden mensen van hun geld, en je hebt gewoon een luizenleven. Niks voorarrest. Gewoon in vrijheid genieten van de door jou achterover gedrukte poen. Echt, waarom zitten Scheringa en de zijnen niet in de bak?

Nee, De Pers slaat de plank mis met zijn uitdrukking “Tokkie-polissen”. Want de échte Tokkies in dit geheel heten Scheringa, Van Goor (sic), Nijpels en Zalm!

Teiltje, iemand?