Change, dat breekt zo lekker de week

Joris (superjojo)

Omdat Drulovic papa is geworden, vandaag een column van mij.

Augustus vorig jaar overleed Ted Kennedy, de senator van Massachusetts. Ted was een echte democraat. Voor de legalisering van abortus, voor het homohuwelijk, kritisch over het Amerikaanse wapenbezit en betrokken bij het milieu. Voor Amerikaanse begrippen een linkse rakker dus. Kennedy pleitte ook menigmaal voor een goede gezondheidszorg, eentje die beschikbaar is voor ieder individu ongeacht zijn of haar salaris.  Dat kunnen we in Nederland vanzelfsprekend vinden, in de VS is het meer een utopische visie dan een realistisch toekomstbeeld.

Al leek het er met Obama aan het roer dan eindelijk wel van te gaan komen. De hervorming van de gezondheidszorg was maandenlang onderwerp van debat en de invoering van een nieuw stelsel kwam steeds dichterbij. Totdat afgelopen woensdag de opvolger van Kennedy bekend werd: Scott Brown, republikein en fel tegenstander van de hervormingsplannen. Obama is zijn zogenaamde ‘supermeerderheid’ in de senaat kwijt en zal het nu behoorlijk lastig krijgen de zorgplannen alsnog te realiseren. Het gaat wel lukken, uiteindelijk, maar dan in een versie die van compromissen aan elkaar hangt.

Een jaar geleden was heel Amerika in de ban van de Change, Obama’s toverwoord. Ja, we willen verandering en we willen het nu! Maar inmiddels heeft de meerderheid al weer genoeg van de change. De werkeloosheid is immers nog niet opgelost, de oorlog is niet over en de staatsschuld is ook alleen maar toegenomen. Obama moet inbinden en echte veranderingen doorvoeren wordt steeds moeilijker. Dat is jammer, want ik graag gezien wat Obama van Amerika had gemaakt als hij vier jaar de tijd had zonder geremd te worden door een sceptische volkshouding.

Obama zelf wijdt het verlies voornamelijk aan de kloof die het afgelopen jaar is ontstaan tussen de kiezer en de politiek. De president heeft teveel op afstand van het volk geopereerd. Die afstandelijkheid wordt politici vaker verweten. In Nederland wordt er standaard de symbolische ivoren toren bijgesleept. Of: ‘ze weten niet wat er leeft in de straten.’

Ik heb er nooit zo’n probleem mee gehad. Elke vier jaar kiest het volk haar vertegenwoordigers. In die tijd hebben politici niet alleen de verantwoordelijkheid om het land te besturen, en dus te luisteren naar de bevolking, maar ze moeten ook hun eigen plan trekken en het land hervormen naar hun ideaalbeeld. Daarbij mag je best wat dromen, even de waan van de dag achter je laten en met mooie plannen komen. Die plannen hoef je niet op twitter te gooien om te horen wat Bert uit Vriezenveen of John uit Kentucky er van vindt. Uiteindelijk zijn Bert en John namelijk vooral bang voor elke verandering. Wat de boer niet kent, wil hij ook niet financieren. De boer heeft ook helemaal geen tijd en zin om zich te verdiepen in de plannen, dat is juist het werk van de politiek.

In Nederland mag Bert meebeslissen of hij voor de kilometerheffing is. Bert is namelijk lid van de ANWB. Ik kan je vertellen, het interesseert me geen hol wat Bert ervan denkt. Het is al maanden een groot gezeik rond die kilometerheffing en nog worden er geen knopen doorgehakt. Nee, eerst wordt er nog een halfzachte poging tot democratie gedaan. Geen referendum, maar iets wat er op lijkt, iets wat net niets is. Als je die kilometerheffing in wil voeren moet je staan voor je idee. Campagne voeren, mensen overtuigen waarom het zo belangrijk is. Jouw idee is toch godverdomme het beste idee van de wereld, laat het dan ook horen! Niets daarvan, de politiek straalt aan alle kanten dofheid uit. ‘Ja, we weten het eigenlijk ook niet, dus hier, beslissen jullie maar, ofzo.’

Obama heeft wel ideeën. Die wil ieder mens het recht geven op goede gezondheidszorg. Als er dan een tegenvallende verkiezingsuitslag komt, moet hij niet buigen en zeggen dat hij beter zal luisteren naar het volk. Nee, hij moet voor zijn visie blijven staan en het plan doorvoeren. Het volk mag dan over drie jaar wel weer laten weten hoe ze erover denken, of het een geslaagd project was of een jammerlijke faal. Door dit soort tussentijdse verkiezingen, zoals in Massachusetts, wordt het beleid van de president alleen maar ondermijnd. Concessies hier, compromissen daar. Change is gewoonweg niet mogelijk in een land waar elke paar maanden rekening gehouden moet worden met verkiezingen. Vooral niet als de media overal met liefde overhaaste conclusies aan verbindt.

Peilingen en verkiezingen moeten niet dienen als tussentijdse beoordelingen van het beleid. Juist de middelmatige afgezwakte compromisoplossingen die hieruit volgen, zorgen ervoor dat politici op afstand komen te staan van het volk. Mensen begrijpen het niet meer als je iets roept, maar halverwege de woorden inslikt. Wil je echt de mening van het electoraat weten, schrijf dan een referendum uit en zorg dat er genoeg informatie beschikbaar is die beide kanten van de stemming belicht.