Plastechnieken

Petra (peets)
Ik moet bekennen dat ik in mijn vorige column niet helemaal eerlijk ben geweest. Ik schreef daarin dat ik geen afgunstige gevoelens koester met betrekking tot het mannelijke lid. Er is echter een uitzondering. Het  betreft niet het ding zelf, maar een praktische toepassing ervan; namelijk het eenvoudig en vrijelijk kunnen plassen in de buitenlucht.

Voor vrouwen is dat een hoop gedoe. Eerst moeten ze zich voor een groot deel ontkleden. Nu heb ik er doorgaans weinig moeite mee om mij ontkleed te laten bewonderen, maar met de broek half op de knieën voel ik me toch beduidend minder fraai. Dan diep door de knieën, onhandig manoeuvrerend om de straal niet over of in je schoenen te laten lopen. Vervolgens in standje ongemakkelijk de boel afdrogen met een zakdoekje. En waar laat je dat nadien dan weer? De finale is in zicht.  Je kunt je broek weer ophijsen, waarbij je tot de vochtige conclusie komt dat de missie toch niet helemaal geslaagd is. Er is wel een zogenaamd plastuitje op de markt, dat het mannengemak tracht  na te bootsen. Maar het blijft surrogaat. Het zal ook deels met mijn behendigheid te maken hebben, maar ik heb nog nooit van een man gehoord die  bij te groot gebleken nood,  uit de zijkant lekte.

Nee, dan de mannen.  Al jong leren ze van hun vader hoe ze met hun frommeltje tegen een boom kunnen plassen. Mannen plassen eigenlijk alleen in uitzonderingsgevallen  op het toilet. Veel liever wateren zij in water, tegen bomen, van het balkon, in bermen en… in de wasbak. Met het plassen in de wasbak maken zij tegelijkertijd een krachtig statement. ‘Wie maakt me wat, ik doe wat ik wil, ik plas gewoon in de wásbak, weet je…’. Martin Bril schijnt een beducht wasbakplasser te zijn geweest, het liefst ‘en public’. Ook mannen die opnieuw vrijgezel zijn, luiden graag hun nieuw verworven  vrijheidsstatus in  door in de wasbak te gaan plassen. Zelfs al staat het toilet er naast.

Voor vrouwen zijn er weinig variaties mogelijk op het plassen in het toilet. De wasbak is sowieso al een mission impossible, zowel voor de vrouw als voor de wasbak.  Met als gevolg dat  rijen vrouwen noodgedwongen voor openbare toiletten hun plas staan op te houden, alvorens ze opgelucht hun blaas kunnen legen.

Het ophouden van de plas blijkt niet alleen ongemakkelijk, maar  ook ongezond te zijn. Bij vrouwen kan dit leiden tot slappe of juist overactieve bekkenbodemspieren. In dat geval zullen ze zich voortaan moeten scharen onder de  Tenaladies.

Mannen die niet alert genoeg omgaan met hun aandrang  riskeren prostaatproblemen. Als remedie hebben vrouwen hiervoor het ‘nieuwe plassen’ bedacht. Mannen kunnen  op deze manier goed uitplassen en eventueel nadruppelen, het toilet blijft langer fris en schoon én de bril staat altijd goed. Alleen de mannen zelf, die gooien roet in het eten. Ze weigeren het gewoon, te gaan zítten op het toilet. ‘Ik ben toch geen wijf!’reageren ze fel.

Doorgaans begrijp ik weinig van het fenomeen  man. Maar deze ene keer ben ik het helemaal met ze eens. Hier moeten wel afgunstige vrouwelijke wraakgevoelens  aan ten grondslag liggen.

Mannen, laat het er niet bij zitten,  je staat in je recht!