Curieuze fooi

BasilFawlty
Afgelopen dinsdag, de laatste lekkere dag die we tot nu toe gehad hebben en ik stond in mijn eentje in de kroeg. Geen probleem, maar een kok of een afwasser erbij was prettig geweest. Maar goed, die had ik door verschillende omstandigheden ook niet. Kortom: even een dagje de toko helemaal voor mezelf. Even aan de conditie werken en het bier van het weekend eruit lopen op het terras en ondertussen een beetje zorgen dat de afwas ook door de machine heen ging, prima. Fok sportscholen en afslankkuren. Ga gewoon terrassen lopen! Die van ons loopt helemaal om het café heen, en het café is niet heel klein, dus dan heb je het plaatje. Dus nogmaals: welke sportschool?

En het was uiteindelijk ook gewoon te doen. Niet zeuren, maar gewoon blijven lopen, gewoon blijven ademen en je zeker niet drukker maken dan strikt noodzakelijk. Af en toe even uitleggen dat het even wat langer kan duren neemt ook de ergernis van het wachten wel weg bij de mensen. Tenzij ze heel erg kippig waren heeft iedereen gezien dat ik hard liep en mijn best deed om iedereen zo snel mogelijk van eten en drinken te voorzien.

Tussen al dat lopen door, dat zal je altijd zien, kwam er ineens een of andere wacko in de kroeg zitten. Een Indiase Sikh met een grote sik en een tulband op zijn hoofd. Hij bestelde een cola en een glas water en ging als enige klant binnen zitten. Ik had al wel door dat 'ie niet helemaal fris rook. Ik zette de drankjes voor hem neer en hij pakte ineens een doos en gaf die aan me. ‘Alstublieft, voor jou.’
Ik keek en zag een ouwe DVD-speler in die doos zitten. ‘Sorry, mijnheer, maar ik ben al voorzien van allerlei technische vernuftigheden in mijn huis, dus u mag het houden. Ik kan het ook helemaal niet aannemen.’
‘Neemt u het alstublieft aan.’
Ik had helemaal geen tijd om al te lang met die man verder te praten, want ik zag dat er alweer dorstige keeltjes op het terras waren gaan zitten. Ik liet de doos op de bar staan, liep naar buiten nam de bestellingen op en liep naar binnen… Een lucht…. Die kerel stonk heel vreselijk naar oud zweet en nog iets ondefinieerbaars (ik wilde het ook gewoon niet weten). Ik rook het bij zijn binnenkomst al een beetje, maar nu rook ik pas echt hoe smerig die gast rook. Mensen die hem, op weg naar het toilet of de bar, passeerden keken ook even op, er was geen ontkomen aan. En dan zat die gast nog in zichzelf te lullen ook. En… hij had nog een cadeautje neergezet: een ouwe cassetterecorder! Met dubbeldeck dus je kunt nog bandjes overtapen ook, jawel!

Maar, wat ik schreef, die man stonk dus als een bejaarde bunzing die ook nog eens slecht getafeld had… Ik liep nog een keer naar buiten voor bestellingen, kwam weer terug en het was nog erger geworden. Die man zat werkelijk uit al z’n poriën te ruften, het was echt niet normaal meer. Zo’n murmelende, stinkende man in de kroeg…. Hij leek me niet heel erg bevorderlijk voor mijn omzet. En voor mijn neus was het nou ook niet bepaald holladieee holladiooo om binnen te komen. Kortom, hoe lullig ook, maar ik moest die vent eruit kachelen, voor het me klanten zou kosten. Ik dacht nog ‘als die man een boer laat slaat zelfs op de verste tafel nog een pilsie dood!’ maar die hield ik voor deze keer even voor me. Hoe dit tactvol aan te pakken…. Ik ben daar niet altijd even handig in. Botte bijlen werken een stuk makkelijker, maar zijn in situaties als deze niet altijd even efficiënt. Met gevaar voor eigen leven trotseerde ik de geur en liep naar zijn tafeltje.

‘Mijnheer, het spijt me heel erg, maar mag ik u heel vriendelijk verzoeken om het café te verlaten? Ik ruik u nogal en dat is helaas geen compliment.’ Ik zei het nog aardig, want hij meurde echt met de seconde harder.
‘Waarom zegt u dat?’
‘Omdat het zo is. Het hele café begint langzaam maar zeker naar u te ruiken en dat lijkt me nou niet de bedoeling.’
En toen werd die kerel ineens boos en verhief zijn stem: ‘Jij niet aardig!’
Ik bleef rustig en antwoordde vilein ‘Dat klopt misschien wel, mijnheer. Maar straks ben ik wel weer aardig en dan stinkt u nog steeds. Dus ik heb liever dat u NU vertrekt. En neemt u alstublieft ook uw spullen weer mee?’

Die mocht ik dus houden, want daar wilde hij niet meer verder mee lopen… En hij liep weg. In zichzelf lullend… Een schizofreen is nooit alleen, zeg ik altijd maar.
‘Ik kom nog terug!’ riep 'ie nog en hij balde een vuist naar me terwijl ie vijftien meter bij me vandaan stond. Wat een held.
‘Weet u wat, zullen we dat gewoon maar niet doen, mijnheer? Daaaag!’

En daar ging ie, met nog een tas andere rotzooi waar ie ook mee liep te zeulen. Het is niet het leukste om te doen, maar ik kon niet anders. Er zijn een hoop gekken welkom bij ons, maar niemand moet last van je hebben, want dan moet je gewoon weg. Simpel is that.

Nadat ik met wat deospray de kroeg weer leefbaar had gemaakt kwam de volgende dwaas binnen. Een ouwe gokker die ooit een klap van de molen heeft gehad, of van een fles corenwijn, ik vermoed trouwens het laatste. Hij is zo geschift als een pot pindakaas. En ook niet helemaal fris om te zien, maar goed, hij stinkt tenminste niet zo als mijn Indiase weldoener. Dollemans Dwaaloog noemen we hem altijd, z’n ogen staan, laten we het vriendelijk zeggen, niet helemaal waterpas. En hij is soms nogal lomp en onbeschoft. Gelukkig zijn wij als goedgebekt barpersoneel dat nooit, dus ik begroette hem vriendelijk. ‘Dag Dollemans, alles goed?’
‘Ja, wel, ja prima eigenlijk. Zeg doe mij eens een borreltje en wissel dit tientje even om voor de gok, oké?’ Ik deed wat hij me vroeg en net toen ik naar buiten wilde lopen, bewapend met mijn dienblad, zei die ouwe gek ineens heel langzaam en met een doodernstig gezicht tegen me: ‘Zeg…. weet jij eigenlijk wel…… dat pissen soms lekkerder is dan…… klaarkomen? Je weet wel….. bij het neuken?’

Gatver…

Sommige dingen, hoe grappig bedoeld ook, hoef ik niet van iedereen te horen… Buiten het feit dat die grap een baard heeft waar een gemiddeld Taliban-lid heftig jaloerse blikken op zou werpen.

‘Ja Dollemans, dat weet ik allemaal, echt waar. Maar vind je het heel even niet erg als ik niet al te veel over jou in combinatie met seks wil weten? Ik ben nogal visueel ingesteld, begrijp je, en ik voel mijn tosti van vanmorgen alweer naar boven komen. Bacon, kaas en tomaat had ik en dat wil ik hier liever niet over de vloer, dat geeft zo’n rotzooi.’

Hij moest er om lachen. Die oldtimer was dus kennelijk in de veronderstelling dat ik een grapje maakte… Ik schudde mijn hoofd, dacht aan iets prettigs en liep maar weer snel naar buiten met mijn dienblad. Daar aangekomen zette ik mijn allercharmantste glimlach weer in de actieve modus en nam de bestellingen op.

En zo kabbelde de dag rustig door richting half zes, lalalalala… En toen kwam dus mijn aflossing. Ik mocht lekker met mijn derrière in de zon gaan zitten, toppie. Ik tapte mijzelf een heerlijk witbier in, dat had ik namelijk al een tijdje niet gedronken en ging naast wat vaste gasten in het zonnetje zitten en vertelde over mijn werkdag, die nu voorbij was. Geen stinkende Sikhs meer die DVD-spelers en casettedecks weggeven als ze de kroeg uitgegooid worden en geen ouwe alcoholisten met gekke ogen die viespeukerij vertellen…

En lachend dronk ik mijn biertje leeg en bestelde er gauw nog maar eentje voor de schrik.

DVD-speler is trouwens reeds geconfisqueerd door iemand, aangezien ik ‘m niet hoefde, maar als je nog een oud vreemd ruikend cassettedeckie zoekt… Misschien is ie nog niet bij het grofvuil gegooid...