De aliens komen!

Frank (drulovic)

Doodgemoedereerd en nietsvermoedend liep ik vorige week door Lahore te banjeren, toen het noodlot toesloeg. Vraag me niet wat ik in Pakistan deed, of all places, maar ik was er. Net als de kleine snotapen die me te grazen namen. Toen ze me in de smiezen kregen, bekogelden ze me met stenen. Ik ontweek de voorwerpen vakkundig, en snelde weg van de gemeneriken. Maar als je amper 10 cm groot bent, zoals ik, is vluchten niet gemakkelijk. Het bleek onbegonnen werk. De mensenkinderen haalden me in, sloegen met stokken, stopten me in een fles en verbrandden me. Echt slim is dat natuurlijk niet, want zo is opnieuw een kans op evidentie voor buitenaards leven verkeken. Zo gaat het nou altijd; nog nimmer hebben jullie hard bewijs kunnen vinden voor ons bestaan. Domme, domme aardbewoners.

Wij buitenaardse wezens weten dondersgoed dat we jullie gemoederen bezig blijven houden. Bijna dagelijks verschijnen er wel berichten in jullie media dat één van onze schotels is gespot in Oost-Siberië, een door ons gefabriceerd graancirkeltje is aangetroffen in een klein Engels plattelandsdorpje, of een mens werd overvallen door een oogverblindend wit licht op een uitgestorven zandweg in Texas. In dit licht is het verbazingwekkend dat jullie aardbewoners ons bestaan nooit hebben bewezen. Hoewel er middels de moderne technologie prachtige foto's en films kunnen worden gemaakt, is er toevallig altijd alleen maar een ouderwetse half-defecte Super 8 camera voorhanden als wij opduiken. Zodat jullie het voorlopig nog even moeten doen met ET, Star Trek, Star Wars en wat vage verhalen van horen zeggen.

Toch bestaan we echt. Ongelooflijk toevallig eigenlijk, dat we jullie hebben weten te bereiken! Heb je daar weleens over nagedacht? Er zijn minimaal 10 miljard biljoen planeten. In ieder geval vale malen meer dan het aantal zandkorrels op jullie aardbolletje. Uit deze onbevattelijk grote bollenbrei hebben we heel toevallig jullie onmetelijk minuscule planeetje weten te filteren, zodat we geregeld een kopje Starbucks-koffie kunnen komen nuttigen op Moedertje Aarde. En dan te bedenken dat de kans kleiner dan 1/1.000.000.000.000.000.000.000.000.000.000.000 is dat je toevallig op een hemellichaam terecht komt, wanneer je willekeurig in de ruimte wordt gedropt. Ja, de ruimte doet zijn naam eer aan. Het was me het reisje wel. Een fijn tochtje door de oneindige leegte, met gemiddeld eens in de 30.000.000.000.000 km een ster.

Het heelal is groter dan de mens ooit zal kunnen bevatten. Ga maar na. Jullie kosmische buurbol is de Proxima Centauri op ongeveer  40.700.000.000.000 km afstand. Dat is geen small stepje meer voor jullie mankind, maar honderd miljoen keer verder dan de maan. Wubbo Ockels, eat your heart out. Stelletje beginnelingen. En dan kom ik van nog veel verder. Maar ja, dat had ik er wel voor over om in een Pakistaanse achterbuurt wat doelloos heen en weer te strompelen. Toevallig.

Naast de onbevattelijke afstand is het ook bizar toevallig dat we in dezelfde dimensies leven als jullie. De kans dat een intelligente levensvorm jullie kan waarnemen is uitzonderlijk klein, dus we mogen van zeer veel geluk spreken dat we elkaar hebben gevonden. De radioboodschappen en flessenpost die jullie zo nu en dan de ruimte insturen zijn natuurlijk wel misleidend. Beethoven, Mozart, Chuck Berry en de pick-upnaald komen pas over duizend eeuwen bij ons aan. Het laatste wat ik op 100.000 lichtjaren afstand door mijn telescoopje zag, waren kuddes mammoeten die de steppe onveilig maakten. Ik was dus verrast toen ik voet op aardse bodem zette. Vliegtuigen had ik in ieder geval niet verwacht. Zelfs niet jullie immens primitieve exemplaren. Gelukkig zijn onze schotels wel wat sneller. We moeten er immers de sokken in hebben willen we jullie voor het donker bereiken. De 946.000.000.000.000.000 kilometer die ik achter de rug heb, zou met jullie 'supersonische' Voyager toch zeker zo'n 2 miljard jaar duren. En dat voor een intergalactisch peuleschilletje. Losers.

Dus beste aardbewoners: wanneer een broertje of zusje van mij volgende keer toevallig de ellenlange reis onderneemt om toevallig jullie mini-planeetje te bezoeken en toevallig ook nog met jullie kan communiceren, wees dan iets vriendelijker alsjeblieft. Je kunt ons herkennen aan het woordje 'toevallig'. Dat gebruiken we nogal vaak. Misschien zouden jullie dat ook eens wat vaker moeten doen, dan kom je er achter dat wij iets te toevallig zijn.