Over Jan, beroemd zijn en nostalgisch speelgoed

Jan (JamBurning)
Even met huize Smit gebeld. ‘Goedemiddag Jan, Yolanthe in de buurt?’ Ze was er niet en na de woorden: ‘rot op lopers,’ smeet hij de hoorn erop. Of het plat Volendams was of dat Jan misschien slecht geslapen had, bleef een raadsel. Verbaasd was ik wel. Ik was namelijk altijd in de veronderstelling dat Jan zo’n aardige en correcte jongen was.
Zo iemand die niet alleen geen vlieg kwaad doet, maar die vlieg vervolgens ook vrijlaat en uitzwaait. Hij zou er zelfs een lied over kunnen schrijven.
(het vintage casiodeuntje denk je er maar bij.)

“Vlieg uit mijn lief,
vlieg je vrijheid tegemoet.
Het maakt niet uit met wie
of waar je het doet.“


En dan die ogen erbij he. Prachtig sentiment.
Sinds ik de dertig gepasseerd ben kan ik zeggen dat ik vroeger ook altijd beroemd wilde worden. Ik bedoel dat ik nu met recht het woord ‘vroeger’ kan gebruiken.Het leek mij werkelijk fantastisch. Het leven, de aandacht, het geld.
Al die mensen die speciaal naar jou komen kijken en geld betalen voor een kaartje. Naïef als ik was, dacht ik namelijk dat het alleen maar leuke kanten had. Ik zou bijvoorbeeld niet meer hoeven te betalen voor mijn GI-Joe of Transformers-actiefiguren en zou er bovendien de nucleair aangedreven, dubbelgepantserde powertruck met dubbelloops lasergun uit Amerika,gratis bij krijgen. Daar zou de fabrikant wel voor zorgen als ik mijn fans vertelde dat ik graag met een nucleair aangedreven, dubbelgepantserde powertruck met dubbelloops lasergun uit Amerika speelde.
Vertaald naar het hier en nu zou ik de megatank vervangen hebben door een blond, rondborstig model van drieënveertig kilo, waar ik waarschijnlijk nog minder lang mee zou spelen dan de nucleair aangedreven dubbelgepantserde powertruck met dubbelloops lasergun. Uit Amerika.
Heden ten dage weet ik wel beter: beroemd zijn heeft zijn voordelen, maar zeker ook zijn nadelen. Feesttentoptredens waar het zweet en het dode bier als een lauwe douche op je dak valt, interviews voor kutblaatjes waar je je reet nog niet mee afveegt en drankjes waarna je nooit eens ongegeneerd kan kotsen zonder dat de lezers van diezelfde kutblaadjes je gehemelte in posterformaat boven hun bed hebben hangen. Nee dank je. Beroemd zijn in Nederland is niet alleen maar leuk. Toch is de kick van een uitzinnige menigte mij niet onbekend. Ik heb inmiddels aardig wat podiumervaring met bands waarin ik speel of gespeeld heb. Trouwe fans die keer op keer weer komen opdagen omdat ze je muziek zo vet vinden. Dansend en springend  op jouw nummers met alle drie een big smile op hun face. Iets wat Jan en ik dus toch nog gemeen hebben. En dan de meisjes, och de meisjes... Met hun ritmische beugelbekkies, klapperend in de maat,hun paardenstaartjes gelijknamig hun gezicht.Wie wil ze nou niet in een berghok c.q. kleedkamer tegenkomen?
Jan zal ook menige vrouwenslip over zijn kuif geworpen hebben gekregen, waarna hij stiekem het aroma opsnoof en  dacht: ‘ik zing én ik werk in de vis, leve Volendam!’ Maar toch, het lijkt mij niets om een relatie te hebben met zo’n mooie en waanzinnig populaire vrouw. Dat is het lot tarten in de overtreffende trap. Vroeg of laat gaat het mis en dan weet heel Nederland hoe en waarom het mis ging. Moet ik daarna een concert gaan geven waarna ik na elk nummer moet janken omdat ik aan haar denk.
Nee, ik houd mijn hart vast voor Jan.