Armoedepatsers

BasilFawlty
Onze horeca-columnist BasylFawlty: Ik reken af met mensen. Bijna elke dag. Niet dat ik Willem Holleeder-achtige trekjes vertoon maar het is nou eenmaal inherent aan mijn beroep van biertjestapper, koffiezetter, terrasbestormer, bacardioloog en jassenhanger. Ik verleen een dienst en daar vraag ik, namens mijn werkgevers, geld voor. De belastingdienst, maar dan toch net wat sympathieker en eerlijker zeg maar. Bij mij zie je wat ik voor je doe en heb je er gelijk plezier van. Bij de belastingdienst heb ik dat idee, laten we zeggen, minder.

In mijn werkveld kom je de meest uiteenlopende mensen tegen, dat maakt het werk ook leuk en nooit saai. Leuke mensen, verschrikkelijke mensen, succesvolle mensen, losers, rijke mensen, arme mensen… Iedereen gaat wel eens naar de kroeg. Zeker nu zelfs de niet-rokers sinds 1 juli vorig jaar massaal hebben besloten om de kroeg weer te op te nemen in hun sociale leven (yeah right!).

Maar goed, laat ik het eens hebben over de rijke mensen die ik tegenkom in mijn werk. Dat kan een gast zijn waar ik heel blij mee ben of dat kan een gast zijn die ik het liefst meteen een schop onder z’n rijke reet geef. Ik hou niet van patsers. Leuk hoor, dat jij zo goed in je slappe was zit, maar mij interesseert het niet zo. Doe gewoon relaxed en normaal en je hebt aan mij een goeie barman. Je waardering laten blijken met een chille fooi vind ik leuk, maar ik ben geen hoer en al helemaal niet je slaafje. Dan is dat misverstand dat sommige rijke mensen hebben ook maar gelijk uit de wereld. Ik verleen gewoon mijn service zo goed mogelijk, maar dat doe ik voor iedereen, dus ook voor mensen met minder geld. En ik heb de eigenschap dat ik niet zo snel onder de indruk ben van rijke en/of bekende mensen.

Net zo’n grote hekel als ik aan patsers heb, heb ik aan mensen die koketteren met hun armoede. Griezels vind ik dat. Moet ik je nou heel erg zielig vinden of zo? Lijkt mij van niet hoor. Mensen die gaan lopen afdingen…. ‘4 bier en een cappuccino… dat is dan 9,50. mijnheer.’
‘8 euro.’
‘Nee, mijnheer, het is 9,50.’
‘8,50 dan’
*zucht* ‘Mijnheer, de prijs is 9,50, einde discussie.’
‘Waarom zo duur?’

Flik-ker op, krijg een hartkwaal en val dood! Dat doe je maar op de markt in Zimbabwe maar niet hier. Ik heb ook helemaal geen tijd voor dat soort flauwekul. De prijs is de prijs en ga niet tegen mij lopen eikelen hoe duur je dat wel niet vind en dat jij ook maar arm bent. Als je zo arm bent moet je niet in de kroeg zitten, maar zorgen dat je genoeg te vreten hebt voor jezelf en je gezin in plaats van met je arme ass in de kroeg te hangen.

Of deze: ‘Hoe duur is het om een jas op te hangen?’
‘1 euro per jas.’
‘En als ik die van haar, haar en mij bij elkaar hang?’
‘3 euro.’
‘Krijgen we dan geen korting? We zijn arme studenten.’

Van die uitdrukking krijg ik dus ook jeuk aan m’n naad en rode vlekken in m’n nek. Arme studenten… Ga je weg… En zich dan wel elke dag hartstikke vol laten lopen in de meest aftandse kroegen, foute clubs of nog erger: het dispuut. En al ben je een arme student… Je hoeft je niet te schamen voor armoede, maar je hoeft er ook niet zo mee te koop te lopen… Ik ben ook wel eens zo’n ‘arme student’ geweest, maar dan ging ik gewoon niet uit. Ik ging niet met 5 gulden op stap of zo of nog erger, zonder geld. Als ik uitga dan wil ik gewoon voor m’n drank kunnen betalen en niet hoeven zuipen van de liefdadigheid van anderen. Het maakt je zo afhankelijk en als ik iets zo min mogelijk wil zijn….. Ik vind het sfeerverhogend leuk als mensen mij drankjes aanbieden, maar ik heb altijd geld in m’n zakken als ik in de kroeg zit, anders zit ik gewoon niet op mijn gemak.

Laatst ook zo’n gozer. Die kwam lunchen met z’n zoontje. Hartstikke leuk. Goeie broodjes hadden ze besteld, lekkere kop koffie voor pa en een flesje cola voor die kleine. Ze zaten te smullen. Top. Geniet ik van. Geweldig als mensen het naar hun zin hebben. Maar dan. Ik breng de rekening. Ze hebben heerlijk gegeten. Hij betaalt. Ik krijg een klein fooitje op de rekening en dan verpest die man in één klap het leuke beeld wat ik van ze had met: ‘Nou mijnheer, het eten was heerlijk, hoor. Het is dat ik nooit veel geld heb. Ik heb namelijk een uitkering en daarom kan ik dit niet zo vaak doen, maar u serveert hier lekkere broodjes, hoor.’

Ik word daar chagrijnig van. Waarom zeg je dat tegen mij? Waarom moet ik weten hoe arm jij bent en dat jij van een uitkering leeft? Het is superleuk dat je een keer kan lunchen met je zoon! Geniet daarvan en hou voor de rest gewoon je pan. Het gaat mij niets aan hoe arm je bent en hoe jij aan je geld komt zal me werkelijk aan m’n derrière oxideren. Als ik het maar krijg! Het maakt me echt allemaal niet uit. Als je maar relaxed bent en niet zo zeurt...

Patsen met je geld of patsen met je armoede… Ik vind het allebei zo fout als Dick Grijpink. Of je nou arm of rijk bent: doe normaal...
Je kunt beter wat rijker van geest zijn, uiteraard zonder daar over te patsen. Want sommige dingen zijn onbetaalbaar.