Hoef ik nooit naar Benidorm?

Trudy (Zonnetje40)

Dát moment. Als we -weer eens veel te laat- na al onze avondrituelen de nachtlampjes op onze nachtkastjes uitknippen. Als we -na nóg een laatste zoen- lekker lepeltjelepeltje gaan liggen en ons nog eens lekker tegen elkaar aan schurken.

Dát moment. Jouw zachte lijf tegen dat van mij, jouw vertrouwde arm om me heen. Je grote, warme, zachte hand, die loom nog wat streelt, die tenslotte blijft rusten op mijn heup. De donkere slaapkamer. Het warme bed. Vertrouwd. Veilig.
Gedachten, die nog traag door mijn hoofd spelen. De hak-op-de-tak vragen die ik je dan stel. Onwillekeurig op gedempte toon. Hoewel niemand ons kan horen. Maar omdat het fijn is. Intiem. Loom. Lekker loom.

“Schat?”
“Ja meisje…”
“Wil je me iets beloven?”
“Natuurlijk kippie. Wat dan?”
“Beloof je me, dat ik nooit van mijn leven naar Disneyland Parijs hoef?”
“Ik beloof het.”
“Dank je wel, lieverd.”
“Nu lekker gaan slapen, popje.”

Ik luister naar jouw ademhaling. Je slaapt altijd veel sneller dan ik. Maar ik probeer het soms nog een beetje te rekken. Omdat ik het zó gezellig vind, om nog even te kletsen in bed.
Wij raken nooit uitgepraat. Dat is ook logisch. We hebben beiden een half leven geleefd voordat we elkaar leerden kennen.
Jij vindt mijn vragen nooit gek. Stelt ook geen wedervragen als: “Hoe kom je daar nou weer bij?” of “Waar komt dat nou vandaan?” Nee. Je beantwoordt simpel mijn vragen.

“Lieverd?”
“Ja meisje…”
“Wil je me nóg iets beloven?”
“Ja hoor.”
“Beloof je me, dat we nooit, maar dan ook nooit op vakantie zullen gaan naar Benidorm?”
“Dat beloof ik, schat. Voor mij hoeft dat ook echt niet.”
“Wat passen wij toch goed bij elkaar hè? Wát een raakvlakken hebben wij toch. Maar dat is ook belangrijk. We gaan bijna trouwen en dan is het wel handig om de ander zo goed mogelijk te kennen. Ik wil ook geen bergen beklimmen, want ik heb hoogtevrees. Oké?”
“Oké, liefje.”

Ik grinnik.

“Waarom moest je lachen?”
“O, ik moest ineens denken: mijn vriend en ik hebben zóveel overeenkomsten. We zijn beiden nog nooit in Siberië geweest… we hebben nog nooit in de gevangenis gezeten. Geen van ons beiden heeft ooit een cursus ‘creatief met kurk’ gedaan, hij heeft geen tatoeages, ik ook niet, we willen nooit naar Disneyland Parijs en al helemáál niet op vakantie naar Benidorm. Als dat geen gelukkig huwelijk wordt!”


Ik voel je warme lippen in mijn nek. Een prettige rilling loopt over mijn lijf. Mijn nog veel te wakkere lijf.

“Meisje?”
“Ja, schat?”
“Ga je mij nou ook wat beloven?”
“Wat dan?”
“Dat je nu lekker gaat slapen?  Om kwart voor zeven loopt de wekker weer af. Maar ik hou wel heel veel van je.”
“Ik ook van jou.”
“O, maar ik nog véél meer van jou. Lekker slapen, kippie!”
“Slaap lekker, lieverd.”

Compleet tevreden en gelukkig probeer ik te slapen. Maar zonder haast. Ik
luister met een tevreden gevoel naar je ademhaling die steeds dieper en regelmatiger wordt.
Ik ben de gelukkigste vrouw van de wereld. Want binnenkort mag ik trouwen met de geweldigste man die er is.

En ik hoef nooit naar Benidorm op vakantie.