De fabel der windmolens

Bert (superworm)
Je kent ze wel. Zodra je op de snelweg rijdt door één van de noordelijke provincies kun je er niet meer omheen. De hele horizon staat er vol mee. Van Den Helder tot Emmeloord: windmolens. Elk jaar komen er weer meer, want groene energie is alles. Wat een geniaal idee, eigenlijk. Gewoon een windmolen, die draait, waar je stroom door krijgt. Groene stroom. Joepie!

Helaas draaien ze niet altijd. Ze staan zelfs vaker stil, dan dat ze lekker flappen met die wieken. Ook blijkt dat ze pas vanaf windkracht vier genoeg energie leveren om hun eigen energieverbruik te overtreffen; daarvóór kun je er nog geen gloeilamp mee brandende krijgen. Je zou dus kunnen zeggen, dat ze net zo goed stil kunnen staan als er geen windkracht vier staat. Natuurlijk blijven ze gewoon draaien, want wanneer staat er nou windkracht vier? Niet zo heel vaak. Bovendien zou het volk raar opkijken als ze die dingen maar, zeg, twintig procent van de tijd zien draaien.

Daarnaast wordt er altijd maar een beetje geproclameerd dat een windmolen áltijd de energie zou leveren waarvoor hij neer is gezet. Stel, je hebt een windmolen van 5 megawatt. Dan heb je meteen een joekel van een ding, maar goed. Het jammere is, dat zo'n windmolen bij een flinke wind inderdaad dat vermogen levert. Voor ongeveer drie weken. Nee, er zit geen slijtage in, maar na drie weken zijn de wieken al dusdanig met insecten- en vogellijkjes bezaaid, dat het oppervlak net grof schuurpapier is. En een wiek draait het best als-ie helemaal glad is. Het verlies aan vermogen alleen daardoor al is gemiddeld dertig procent. Draait zo'n mooie, grote windmolen opeens nog maar op 3,5 megawatt! En dat ook nog alleen als er windkracht vier staat, hetgeen neerkomt op ongeveer 10 procent van de tijd dat het ding er staat. Sla KNMI er maar op na.

Daarmee is de kous nog lang niet af. Een windmolen verschijnt niet zomaar out of thin air. Zo'n ding kost een hele hoop geld om te maken. Het staal komt uit Velzen, het produceren ervan kost onnoemlijk veel (kern?)energie. Zowat alles in het productieproces, het onderhoud en uiteindelijk het afbreken van de molen is dan ook uit te drukken in kWh. En dat is weer pijnlijk makkelijk om te rekenen naar harde euro's. Cijfers hierover zijn nooit naar buiten gebracht, waarschijnlijk omdat dat niet zo'n plezier zou zijn voor de portemonnee. Toch kun je ervanuit gaan dat een windmolen járen moet draaien om zijn eigen constructie- en onderhoudskosten terug te verdienen. En dat ook nog met 70 procent van zijn eigen vermogen. Op misschien een tiende van de tijd dat het onding er staat.

In april werd een andere mythe pijnlijk doorbroken: hét grote windmolenpark op zee werd geopend. Met één druk op de knop gaf minister Van der Hoeven het startsein voor massale energieopwekking. Want op zee waait het áltijd, toch? Nee dus. Geen van de windmolens, die in een rij van een aantal kilometer parmantig de lucht in rezen, bewoog. Geen centimeter. Blijkbaar stond er geen wind. Op zee. Haha. Het groene stroom-animo werd tóch even een flinke klap toegebracht, die mooie dag.

Het lullige van al die mooie windmolenparken is dus dat het ten zeerste de vraag is of een windmolen óóit een positief rendement op zal leveren. Daarnaast zijn het verschrikkelijk lelijke rotdingen die het uitzicht op ons mooie Hollandse landschap danig verpesten. Nu ben ik geen tegenstander van groene stroom, echt niet. Maar verzin dan iets wat wél werkt, in plaats van slechts bakken met geld kost. Er zijn vast wel ideeën te verzinnen, maar kom tot die tijd niet aan met "Ach, dan kost het maar honderden miljoenen per jaar, puur om de indruk te wekken dat het goed is voor het milieu."

Ondertussen veinzen energieleveranciers nog steeds dat zij altijd windmolenenergie kunnen leveren, wind of geen wind, vervuilde wieken of niet, vermogen dertig procent lager of niet. Natuurlijk is dat ook een fabeltje. Zodra de windmolens stilvallen, zitten alle perfecte Eneco-gezinnetjes gewoon televisie te kijken op kernenergie uit Duitsland of Frankrijk. De illusie blijkt genoeg voor Nederlanders. Milieu gaat voor alles, of het nou grotendeels bij elkaar gelogen is of niet. Driewerf hoera voor het leugenachtige windmolenverhaal!