Klassenvertegenwoordiger huilebalkje

SunChaser
Ik weet niet of ik een geboren leider ben, maar de kar trekken kan ik wel. Ik weet wat projectmatig werken is, weet wat ik wil en wat daar voor nodig is. Kortom, als ik ergens in geloof dan ga ik daar helemaal voor en dan stap ik wel naar voren. Dat gezegd hebbende, heb ik nooit de behoefte gehad om ergens vertegenwoordiger van te zijn. Heel gek. Ik zou het wel kunnen, maar ik heb er nooit zin in, want als je iets of iemand vertegenwoordigt komen daar ineens allerlei consequenties bij kijken.

En verantwoordelijkheden ook. Je hebt om te beginnen een voorbeeldfunctie. Je vertegenwoordigt toch een hele groep. Zij moeten naar je opkijken, jij bent immers hún leider. En je moet aanwezig zijn op vergaderingen, lijnen uitstippelen, anderen vertellen wat ze moeten doen, of moeten laten. Ja, daar heb ik allemaal nooit zin in of tijd voor. Als ik ooit mijn eigen bedrijfje heb, dan zou het wellicht anders zijn. Het gaat dan om iets dat helemaal van jou is, waar jij voor staat.

Wacht, ik breng het misschien niet helemaal helder. Ik zal uitleggen waar mijn weerstand van iets of iemand vertegenwoordigen vandaan komt. Toen ik in de brugklas zat, want er er was ineens een klassenvertegenwoordiger nodig. Dat was voor ons nieuw, in groep acht (ik zat vroeger nog gewoon in de zesde klas trouwens) hadden we zulks niet.
De klassenvertegenwoordiger had een zware taak. Hij of zij moest namelijk altijd het klassenboek meenemen. Nou, daar ga je al. Ik vergeet echt alles, als ik een knoop in mijn zakdoek leg om iets te onthouden, dan vergeet ik prompt de zakdoek. Als klassenvertegenwoordiger moet je dat ding altijd bij je hebben. Hierin wordt namelijk van alles bijgehouden: absentie, cijfers, huiswerk. Handig om te weten als je een keer een les mist, want dan ben je meteen weer bij.
Verder ben je als klassenvertegenwoordiger het aanspreekpunt. Heb je een vraag over een schoolaangelegenheid, dan ga je naar hem toe. Of haar. Meestal is het een haar trouwens. Vrouwen zijn punctueler, ze vergeten dat boek echt nooit. Bovendien, en daarom zijn vrouwen betere klassenvertegenwoordigers: ze kunnen flirten. En dat doen ze dan ook. Met de leraren welteverstaan. Komt een proefwerk niet zo goed uit, zij regelt wel wat. Knipoogje hier, een blote navel daar, en hup, je proefwerk mag je over twee weken doen.

Maar soms is een klassenvertegenwoordiger een man. In de tweede klas van de MAVO was er zelfs een complete rel uitgebroken rond dit fenomeen. Ja, ook scholieren hebben soms tijd teveel. Voor de functie van klassenvertegenwoordiger waren namelijk twee gegadigden. Ja, echt. Twee! En ja, wie kies je dan. Gewoon stemmen? Had gekund, maar we bedachten dat de twee een lijstje met punten moesten insturen waarop stond wat zij dachten in hun functie te gaan doen, wat hun ideeën waren om het komende jaar voor hun klas aantrekkelijker te maken en waarom zij vonden dat ze de beste keus waren.
We hadden wel een favoriet overigens, en als we democratisch hadden gestemd was hij het meteen al geworden, maar we wilden ook de andere jongen een eerlijke kans geven. En eerlijk is eerlijk, zijn ideeën waren helemaal niet slecht. Maar met alleen ideeën red je het niet. Je moet ook gezag uitstralen en charisma hebben, je mannetje kunnen staan en de durf hebben tegen al die ego’s in de klas in te gaan.
Dus werd onze favoriet alsnog klassenvertegenwoordiger.
Maar toen brak de hel los. Want de ander was het niet eens met de beslissing. Hij kon zich er niet in vinden. En dat mochten we weten ook. Hij huilde, schreeuwde, dreinde en dreigde. Hij wou niet meer in onze klas zitten, wilde overgeplaatst worden naar een andere klas, wat zeg ik, naar een andere school. Ga dan, zeiden we nog. De schooldirectie ging zich er zelfs mee bemoeien, het hoofd moest zijn best doen hem op school te houden.

Maar wat gebeurde er toen? Onze favoriet gaf zijn functie over. Laat hem het dan maar doen als hij zo graag wil. Het werd een kutjaar. Hij had het duidelijk niet in zijn vingers, dat leiding geven. Hij kwam niet voor ons op, we kwamen nooit onder een proefwerk uit, sterker nog, we kregen extra toetsen. Onterecht lage cijfers, ze bleven staan. En het klassenboek was altijd weg. Heel gek was dat. Lag het in de prullenbak, of in een regenplas, of was het per post verstuurd naar een bakkerij Leuven. Ja, het was een succes, onze klassenvertegenwoordiger huilebalk.

En onze klassenfavoriet werd populairder dan ooit, hij had nu tijd genoeg om elk leuk meisje in de klas te versieren. Ook het meisje waar ik zo verliefd op was.
Trauma’s heb ik er aan overgehouden. Nog steeds word ik zwetend wakker in de nacht, en zie ik mezelf het klassenboek door de klas smijtend en schreeuwen: 'Je bent een lul! Flikker op.'
Ik heb me lang afgevraagd waarom ik zo kwaad werd op hem. Dat jaar ben ik allang weer vergeten. Maar ik zo'n hekel aan domme mensen en helemaal aan domme, dreinende mensen. Get a life, wat stelt het nou helemaal voor zo''n functie. Je komt op voor een groep, dat is het hoogste doel, dat de groep functioneert en dat doelen worden bereikt, het gaat niet om het strelen van je eigen miezerige ego.

In vier MAVO hebben ze mij nog gevraagd of ik klassenvertegenwoordiger wilde worden. Ben drie weken geschorst omdat ik wild om me heen begon te slaan.
Ik zou best een leider kunnen zijn. Van de woningcorporatie, de schaakclub of misschien wel van het land. Maar ik heb er geen zin in. Omdat er dan natuurlijk weer iemand komt die het er niet mee eens is. En in dat soort geneuzel heb ik geen zin. Ook geen tijd voor. Ik vertegenwoordig mezelf al. Heb ik mijn handen vol aan.