Robby 11: First Blood

Bas (Tha_BlonT)
'Trots ben ik.'

'Mijn hart vervult zich met vreugde als ik naar jullie kijk. Wanneer ik kijk naar onze ontwikkeling, naar al die jaren van armoede en minderwaardigheid zijn we gekomen op het moment waar we al deze jaren naar hebben toegeleefd: De vernietiging van de blanken!'

Gejuich steeg op vanuit de menigte. 'Hail Dakar, The UberBrownie!'

Dakar keer rond en wat hij zeg stemde hem ook echt tot tevredenheid. Hij zag een leger van zeker 4000 bruine beren, gewapend tot de tanden, afgetraind tot op het bot. De gezichten waren beschermd met speciale helmen, de borst met maillots. Speren, bogen, stokken en zwaarden.
'Laat mij nog één keer spreken waarom wij hier staan.
De blanken hebben ons ooit van ons volk gescheiden, meegenomen naar hun land, om tentoongesteld te worden in kooien. Ter vermaak en plezier van een ras, dat ten dode is opgeschreven. Maar we werden lastig, duur in onderhoud. Verbannen werden we, zonder hoop om te overleven. Maar onze voorouders waren slim, krachtig, net als wij! Ze overleefden, en vertelden dit verhaal van kind tot kind, opdat eens hun achterkleinkinderen wraak konden nemen, op de verwerpelijke blanken! En Bruinen, wanneer de blanken verjaagd zijn, zullen wij leven in het land der honing. Daar waar de kooi stond, zal een standbeeld staan, ter ere van ons allemaal!'

'DOOD AAN DE BLANKEN.' Het leger werd uitzinnig.

'Geduld mijn krijgers, nog enkele dagen en gij zult het bos mogen veranderen, in een poel van zaagsel!'

Dakar stapte van zijn podium af en dacht aan de komende weken. Het was een grote streep door de rekening dat de blanken achter hun bestaan waren gekomen. Niet dat hij bang was voor die vette witte bolletjes wol, maar zonder het verrassingseffect zou de strijd veel meer levens kosten dan hem lief was. De blanken waren ook aan het trainen en ondanks dat ze nooit op het fysieke niveau van de bruinen konden komen, waren ze veel groter in aantal. Het moest snel gebeuren, elk moment langer wachten was een extra blanke die met een zwaard kon omgaan.

Bij hem liepen twee grote bruine beren ter bescherming. Sinds in het bos een dode bruine beer werd gevonden vlak naast een onbekende halfbloed vertrouwde hij niemand meer. Hij was op weg naar de uitkijkpost. Een wandeling van enkele dagen dwars door het donkere bos. Nog één keer zijn tegenstander pijlen op kracht en grootte, en dan was het zover, zou hij met een luidde brul een nieuw tijdperk inluidden. Plots stond hij stil, het was nog minstens een uur lopen naar de uitkijkpost, maar hij voelde zich niet op zijn gemak. Er was iets mis, hij begon harder te lopen. De beide beren merkten het ook en begonnen te rennen. Takken sloegen in hun gezichten toen de grond onder hen nauwelijks meer werd aangeraakt door hun snel bewegende benen. Nu pas werd duidelijk wat de intensieve training met hun lichaam had gedaan, spieren als staalkabels bewogen de benen met ongekende kracht en souplesse. De ademhaling bleef regelmatig zelfs op het moment dat Dakar het gevoel kreeg dat hij bijna vloog. In de verte hoorde hij schreeuwen, kermen van pijn. De uitkijkpost werd nu zichtbaar en Dakar stond met een schok stil. Het was vernietigd, volledig uitgebrand, daar waar eerst twee hutten stonden, stonden nu twee kruisen. Dakars maag draaide zich bijna om. Aan de kruisen hingen twee bruine beren. De nagels waren door hun oren heengeslagen, een stok door het hart. Ze bliezen zo ongeveer hun laatste adem uit. Om hen heen lagen de lichamen van zeker tien blanke beren. De tranen sprongen in zijn ogen en oncontroleerbare woede stroomde door zijn aderen.



'Bolkeeeee!', zijn brul ging door merg en been en de twee beren naast hem keken vol ontzag. Nog geen paar 100 meter verder stonden een tiental beren stil. Bolke keek om.

'Dakar,' zijn gezicht werd grimmig. Snel dacht hij na. Dit was zijn kans om de komende oorlog al van tevoren te beslechten. Hij wist dat de bruinen veel sterker waren dan de meeste blanken. De aanval op de uitkijkpost had dat wel bewezen. Twee bruine beren hadden 12 van zijn blanke beren afgeslacht. Twee schoten uit de kruisboog hadden hen uiteindelijk het voordeel gebracht maar hij vroeg zich af wat er gebeurd was wanneer het directe gevecht was doorgegaan. Hij keek om zich heen. Nog tien beren en hijzelf, tegen Dakar en twee beren, althans dat nam hij aan, want Dakar ging altijd met twee beren op pad. Zijn jeugdige overmoedigheid nam de overhand en hij deelde de bevelen uit. Vier beren in een omtrekkende beweging met kruisboog, de overgebleven 6 inclusief hij rechtstreeks naar de Bruinen. Nog geen vijf minuten later stond hij oog in oog met zijn de leider van zijn grootste vijand.

'Dakar, je had geroepen?' Bolke had een spottend glimlachje om zijn mond terwijl hij met de zes blanke beren uit het struikgewas stapte. Dakar keek heel even ongelovig maar hernam zich snel.
'Dappere Bolke, generaal der Blanken, ik hoop dat je voorbereid bent op je nederlaag.'
De drie bruinen trokken hun zwaarden en namen positie in.
'Rustig aan Dakar, één beweging en je zult nooit meer honing eten.' Bolke knipte met zijn vingers en achter de drie bruinen doemden vier beren met kruisbogen op.
'De lafheid zal je verdoemen Bolke, wees een beer, en laat ons deze strijd nu beslechten.'
Bolke lachte. Geen haar op zijn hoofd die er aan dacht de beer te ontmoeten in een rechtstreeks duel. Nee, hij dacht meer aan hoe duizenden blanken zouden juichen als hij met het hoofd van de leider der Bruinen het dorp binnen zou wandelen.
'Dakar, een echte generaal weet wat het verschil is tussen moed en domheid. Natuurlijk ben je sterker dan ik, dus waarom zou ik mij een zekere dood laten sterven? Uiteindelijk gaat het erom dat de blanken winnen, of de weg daartoe is geplaveid met dapperheid of lafheid maakt niet uit. Wij zijn minder getraind, maar hebben een meerderheid en bovenal verstand. Datzelfde verstand dat jullie missen om een normale samenleving te creëren.'
Dakar dacht na, hij moest de beer aan het praten houden. De enige manier om hier uit te komen was om te wachten op een moment van onoplettendheid. Hij keek beide beren aan en gaf commando's met zijn ogen.
'Bolke, je hebt gelijk. De kunst van de oorlog ligt in meerderheden, verrassing en initiatief in de aanval. Een grootmeester zal zijn vijand nooit het initiatief laten nemen. Je hebt goed gelezen, je hebt uitgevoerd, maar je vergeet één belangrijk regel.'

'Vertel het maar.'

'Alle oorlogsvoering is gebaseerd op misleiding.'
Twee beren achter Bolke slaakte een kreet van ontzetting, even was er paniek toen de hoofden van de twee naast hun lichaam op de grond vielen. Bolke keek verschrikt en schreeuwde nerveus naar de beren met de kruisbogen.
'Dood ze, nu!'

Maar voordat ze hun vingers konden krommen waren de twee bruine beren al opgesprongen en met een welgemikte worp van hun werpschijven storten twee van de blanken ter aarde. De anderen schoten hun pijlen richting Dakar maar die stond allang niet meer op de plek waar hij hoorde te staan. Met een fenomeenabele sprong wist hij de onderste takken van een boom te grijpen en hij slingerde zichzelf naar boven. De twee schutters vielen reeds ter aarde, geraakt door twee stokslagen. Bolke was in paniek, achter hem vielen nog twee hoofden op de grond en hij had geen idee wie het deed. Snel rende hij naar een grote boom en samen met de twee overgeblevene probeerde hij zijn rug te dekken.
'Dakar, laffe beer. Van achter aanvallen?! Hier zul je voor boeten.'
'Bolke, Bolke, je moet nooit je bronnen geloven. Denk je werkelijk dat ik maar met twee beren ter bescherming op pad ga? Er is ook nog zoiets als onzichtbare bescherming, voor wanneer overmoedige blanke generaals het in hun hoofd halen om laffe valstrikken te leggen.'
En daar zag Bolke twee werpschijvers verschijnen, diep vanuit het struikgewas. Hij sloeg zichzelf voor het hoofd. Hoe overmand door zijn eigen hoogmoed had hij zijn tegenstander onderschat.
'Maar ik zal je niet lafhartig doden nu je in de minderheid bent. Ik zal je sparen, je een aandenken geven van mij, een waarschuwing naar jou en je volk voor de komende strijd.'
Dakar sprong uit de boom, een zwaard flitste en Bolke greep naar zijn oor, althans, naar de plek waar die ooit zat.

'Verdwijn,' brulde Dakar, en de drie beren renden voor hun leven.

Een kilometer verderop hield Bolke stil, hij keek naar de twee blanke beren die hijgend op de grond zaten. Hij pakte zijn zwaard en doorstak beide harten. Niemand zou mogen navertellen hoe hij vernederd was door Dakar.



Illustraties door Joah.