Magistrale manoeuvres in Moskou (29)

John Beringen is bekend geworden door o.a. zijn boek ''Het verschijnsel Bob Evers'', hetgeen inmiddels een veel gezocht collectors-item is geworden. Geïnspireerd door de unieke opzet van de Bob Evers- verhalen besloot hij een eigen serie op te zetten: de ''Fred Huizinga-serie'' ''Magistrale Manoeuvres in Moskou'' is het eerste deel uit een trilogie.

Hoofdpersonen zijn drie jongens uit Utrecht van begin twintig jaar oud, t.w.: Fred Huizinga, die bij zijn vader in de zaak (een metaalbedrijf) werkt op de afdeling verkoop, Peter Heygraaf, advocatenzoon en student rechten en Hans Verlinden, die werkzaam is op het administratieve vlak via uitzendbureaus. Het verhaal speelt zich af in 1992; ruim een half jaar na de val van het ijzeren gordijn. Met toestemming van zijn uitgever en John zelf mogen we dit boek als feuilleton hier plaatsen. Mocht je de eerdere delen gemist hebben, een link naar de eerdere delen staat onderaan.

Enige uren later zou blijken dat de missies naar het station en het vliegveld geen resultaat hadden opgeleverd. Boris en Hans waren ruimschoots op tijd bij het vliegveld gearriveerd. Daarna hadden ze samen een strategische plaats in de hal uitgezocht vanwaar Hans alle bezoekers, die kwamen inchecken, kon zien. Vervolgens was Boris de parkeerplaatsen gaan afzoeken tot hij geen auto meer kon zien. Hij had in totaal vier zwarte Tschaika's aangetroffen die geen van alle beschadigingen bleken te hebben, veroorzaakt door pistoolschoten. Om kwart voor vijf was hij de hal weer binnen gegaan. Hans was meteen naar hem toegelopen: "Ze zijn hier niet geweest."
Hierop had Boris meteen opgebeld naar Igor om te vernemen dat Michael, Peter en Fred evenmin iets ontdekt hadden.
"Dan zijn ze dus toch met de auto naar Irkoetsk," had Hans becommentarieerd. De missie op het station had overigens een uur langer geduurd dan was voorzien. Toen de jongens Igor hadden gebeld om hem op de hoogte te brengen van de stand van zaken, had Fred zijn fototoestel uit de zijzak van zijn colbert gehaald en verklaard dat hij nog een paar foto's wilde nemen van de binnenlopende Russische treinen. "O,... DAT moest je dus nog even snel uit jouw kamer halen," had Peter opgemerkt terwijl hij naar het fototoestel wees. Fred had slechts geknikt en was naar de andere kant van het perron gesneld om een foto te nemen van een donkergroene elektrische locomotief.  Michael had slechts zijn schouders opgehaald en verklaard dat Fred gewoon het nuttige met het aangename verenigde. Peter was hierop in lachen uitgebarsten: "Als het om treinen gaat, is het bij Fred juist omgekeerd: het aangename met het nuttige verenigen."

 
SPIJKERS MET KOPPEN

Uit het telefoongesprek, dat de beide generaties Huizinga hadden gevoerd, bleek al dat vader Heygraaf bij nader inzien toch niet zo gelukkig was met het feit dat zijn zoon Peter met zijn twee vrienden naar Moskou was vertrokken. Toen Heygraaf die zaterdagochtend tijdens het ontbijt daar weer over begon tegen zijn vrouw, had zij nogal nuchter gereageerd. Ze was van mening dat hij nu alles wel heel erg zwartwit zag: "Jij hebt ook altijd wat om je druk over te maken," zo was ze begonnen. "Eerst zat je altijd te verkondigen dat het maar een grimmig regime was zoals dat heerste in de Sovjet-Unie en verklaarde je regelmatig dat we gelukkig mochten zijn dat we in Nederland leefden. Nu IS dat regime opgeheven en heeft de staatsvorm een meer westelijk gezicht gekregen, inclusief de minder positieve facetten die zo kenmerkend zijn voor iedere andere westerse maatschappij, en nou is het wéér niet goed!" Dit had vader Heygraaf mompelend doen opmerken dat de perfecte staatsvorm wellicht een hersenschim was. "Van politiek heb ik geen verstand," had zijn vrouw gereageerd, "maar neem nou maar van mij aan dat je je druk maakt om niets; ze zijn toch met z'n drieën? Als Peter nou alleen naar Moskou vertrokken was..." Vader Heygraaf had slechts gezucht en erkend dat ze misschien wel gelijk had. Het gesprek werd abrupt beëindigd doordat de telefoon ging. Hij stond op en was met drie stappen bij het kleine tafeltje waar zich de telefoon bevond: "Met Heygraaf."
"Goedemorgen, ouwe strafpleiter; "je spreekt met Huizinga." "Goedemorgen, Huizinga." "Zeg, weet jij het laatste nieuws al?" "Pas als jij het mij hebt verteld," antwoordde de advocaat droog. "Je hebt zeker de ochtendkrant nog niet ingekeken." "Dat klopt," bevestigde Heygraaf, "die ligt hier nog ongelezen voor me." "Dan moet je voor de aardigheid maar eens de buitenlandbijlage op bladzijde negen bekijken, hahaha!"
"Zo te horen moet het nogal lollig zijn," mompelde Heygraaf, terwijl hij de hoorn enige centimeters van zijn oor hield. “Maar wacht even, dan pak ik de krant er even bij.” "Ja, dat is goed."
Hij legde de hoorn even naast het toestel, pakte de krant en sloeg deze open op de bewuste pagina. Daarna vouwde hij de krant om naar buiten, zodat hij deze met één hand kon vasthouden. Met de andere hand pakte hij de hoorn weer: "Ik heb nu bladzijde negen voor me," verklaarde hij, "wat moet er in staan dat zo belang..."  Hij hield plotseling op met spreken toen hij het artikel zag waar Huizinga ongetwijfeld op doelde. "Wel heb je ooit," zei hij ademloos. Hij hoorde Huizinga aan de andere kant grinniken. Te verbaasd om daar op te reageren, las hij snel het volgende:

AFPERSERSBENDE  OPGEROLD IN MOSKOU
MOSKOU – zaterdag
De politie van Moskou heeft een omvangrijke bende ingerekend de zich op grote schaal bezig hield met het chanteren, afpersen en bestelen van bedrijven en ondernemingen. In totaal zijn er 25 personen aangehouden; de politie verwacht op korte termijn nog meer arrestaties te verrichten. De zojuist genoemde criminele praktijken blijken een verschijnsel te zijn dat zich steeds vaker voordoet sinds het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Opmerkelijk detail in dit geval is echter dat de hele zaak aan het rollen is gebracht door drie Hollandse jongens die persoonlijk poolshoogte kwamen nemen bij een transportbedrijf annex handelsonderneming in Moskou. De vader van één van de drie jongens had zaken gedaan met de bewuste onderneming en had op zeker moment het vermoeden gekregen dat er zich aldaar dingen moesten voordoen die het daglicht niet konden verdragen. De woordvoerder van de politie in Moskou is vooralsnog terughoudend in het verstrekken van meer exacte gegevens omtrent hetgeen precies gebeurd is. Wellicht zijn meer details over de activiteiten van de drie genoemde jongens te verwachten in één van de volgende edities van dit blad.

MISDAAD STIJGT EXPLOSIEF
Ruslandkenners hebben over de zorgwekkende groei van de georganiseerde misdaad in de grote Russische steden opgemerkt…  

"Wel heb je ooit," stamelde Heygraaf nogmaals. Met dat hij dit zei, gaf hij afwezig de krant aan zijn vrouw die inmiddels stond mee te lezen.  "Ja, dat is nog eens nieuws, hè?" sprak Huizinga vrolijk. "Dat kun je wel zeggen. Nou ja, dat betekent in ieder geval dat de missie is afgerond en wij de jongens op korte termijn weer terug kunnen verwachten." "Ja, maar wacht eens even," sputterde vader Huizinga,” jongens mogen toch nog wel een paar dagen rondkijken in Moskou? Ze hebben uitstekend werk verricht en dan vind ik wel dat ze een poosje vakantie hebben verdiend. Om ze nou te sommeren om direct terug te komen; en daarbij: het zijn geen onbezonnen pubers meer, maar volwassenen." Het lag op puntje van Heygraafs tong om op te merken dat zonen, volwassen of niet, te allen tijde naar hun vaders dienden te luisteren, maar hij slikte het in. "Weet je wat?" ging Huizinga verder, "ik moet zo meteen toch nog even naar de zaak om een paar productieschema's voor de komende week aan te passen en dan zal ik wel even naar Novi Transport bellen en, als ik daar niemand te pakken krijg, naar het hotel. Mochten ze daar ook niet zijn, dan laat ik wel een boodschap achter met het verzoek om mij terug te bellen. Ik hou je in ieder geval op de hoogte. Zullen we dat zo afspreken?"
"Dat lijkt me uitstekend," merkte Heygraaf op. "Prima; je hoort vandaag nog van me." "In orde; tot horens." "Tot horens."

Op het zelfde moment dat de vaders Huizinga en Heygraaf dit telefoongesprek voerden, kwamen de drie vrienden samen met Boris en Michael het inmiddels opgeruimde kantoor van Novi Transport binnen. Igor had het vernielde bureau weggehaald en daarvoor in de plaats een kleine tafel gezet. Dit lag vol met stapels gesorteerde papieren. Op de leeggeruimde lange tafel stonden keurig zes kopjes, twee grote thermoskannen, een kannetje melk en een schaaltje suiker.
"Vrienden, neem plaats," verzocht Igor. Zelf ging hij aan het hoofd van de tafel zitten, alwaar een aantal vellen papier met notities lagen. Toen iedereen zat, wees hij op de twee thermoskannen: "In de grijze zit thee en in de zwarte koffie; bedien jullie zelf."  Uit beleefdheid had hij Engels gesproken. Vervolgens verdiepte hij zich in zijn papieren. Na enige ogenblikken keek hij op en begon te spreken: "Boris en Michael; om te beginnen wil ik weten hoeveel onkosten jullie gisteren hebben gemaakt." De twee aangesprokenen keken elkaar een moment schaapachtig aan; het was Boris die reageerde: "Wij hebben geen onkosten gemaakt."
Verbaasd keek Igor van Boris naar Michael die instemmend knikte. "Geen onkosten gemaakt?" herhaalde Igor terwijl hij zijn blik op Boris richtte. "Jij hebt toch zeker benzine verreden toen je met Hans naar het vliegveld reed? En ik denk dat Michael voor drie personen buskaartjes of metromunten heeft aangeschaft." Boris knikte: "Dat klopt uiteraard," beaamde hij. "Alleen hebben Michael en ik gisteren een meevaller gehad waardoor wij hebben besloten om jou de onkosten niet in rekening te brengen of je nu hoog of laag springt." Igor leunde op zijn gemak achterover en bekeek de twee Russen alsof zij zojuist hadden verklaard dat ze van een andere planeet kwamen.
"Dit is de eerste keer in mijn leven dat ik zoiets hoor," bracht hij uit. "Verklaar je nader." Voor Boris antwoordde, keek hij even snel naar de drie Hollandse vrienden die allen zaten te grijnzen. "Het is eigenlijk gauw verteld. Peter, Hans en Fred hebben gisteren een flinke beloning in de wacht gesleept die was uitgeloofd door andere Firma's hier in Moskou." "Ja, daar had ik al eerder iets over gehoord," zei Igor. "Het doet me deugd te horen dat de Hollanders die gekregen hebben. Eerlijk verdiend, zou ik zeggen. Maar wat heeft dat te maken met..." “Zij hebben die beloning met Michael en mij gedeeld,” onderbrak Boris. Igor keek de drie jongens aan: "Dat vind ik een heel mooi gebaar van jullie en dat méén ik." Fred haalde zijn schouders op en zei: "Dat was niet meer dan redelijk. We hebben met ons vijven deze klus geklaard. Zonder Boris en Michael was dat beslist niet gelukt. Dus vandaar." Igor knikte ten teken dat hij het begrepen had: "Nogmaals: heel mooi van jullie." Wederom keek hij even op de papieren vóór zich. "Welnu," hernam hij, "nu dit punt is komen te vervallen, zal ik maar overgaan tot het uiteenzetten van een aantal zaken, waarbij ik overigens een beroep zou willen doen op jullie hulp."  Hij keek nu de tafel rond.

"Vertel," zei Fred kort. Boris knikte: "Zoals jullie begrepen hebben, is bij Novi Transport de omvang van het personeelsbestand drastisch gereduceerd. Mijn allereerste vraag heeft dan ook betrekking op Boris. Boris, heb jij een groot rijbewijs?" "Ik heb alle rijbewijzen," antwoordde Boris, "ik ben zelf een paar jaar vrachtwagenchauffeur geweest." "Waarom ben je daarmee gestopt?"
Boris haalde zijn schouders op: "Tussen mij en mijn baas ontstond op zeker moment een meningsverschil; toen ben ik voor mezelf begonnen als taxichauffeur." "Zou jij voor mij een paar dagen in de week vrachten willen rijden?" Boris keek verrast: "Ja natuurlijk. Ik kan het een wel met het ander combineren. Een dag of twee blijf ik dan gewoon taxiritten doen en de overige drie of vier dagen kan ik wel voor jou in de vrachtwagen kruipen." "Dat is dan afgesproken," zei Igor tevreden. "We zullen het later nog wel over de details hebben. "Michael!" Michael had juist een slokje koffie willen nemen. Hij zette zijn kopje echter verbaasd weer neer: “Ja?”
"Jij spreekt uitstekend Engels." "Nou, ik kan me er mee redden," reageerde hij voorzichtig. "Niet zo bescheiden," sprak Igor gemoedelijk, "je spreekt het beter dan ik." "Dat zou ik zelf nooit zo durven formuleren." Igor lachte hartelijk: "De bescheidenheid siert je, makker. Ik mag dat wel. Zou je ook bij mij in dienst willen komen? Je zult dan een gedeelte van de administratie moeten runnen en de hele correspondentie voor je rekening moeten nemen in combinatie met alle voorkomende telefonische werkzaamheden.” "Méén je dat?" Nu was het Igor die verbaasd keek: "Wat is dat nou voor een vraag? Dacht je soms dat ik het je zou voorstellen als ik het NIET meende?" Michael haastte zich om te verklaren dat hij niets liever zou doen dan bij Novi Transport komen werken. Hij voegde er aan toe dat hij in het dagelijks leven bijles in het vak Engels gaf aan scholieren, maar dat het niet al te veel opleverde. In werkelijkheid was hij al langer op zoek naar een administratieve baan. Igor glunderde: "Nou, dat gaat allemaal voorspoedig. Gisteren heb ik met een neef van mij en een broer van Sonia gesproken. Beiden zijn als chauffeur in dienst bij een bedrijf dat binnenkort gaat sluiten. Daarmee heb ik NOG twee betrouwbare personen binnengehaald. Als ikzelf dan ook af en toe een rit pak, zijn de problemen in no time opgelost." Ineens keek hij weer ernstig: "Tja,... dan is er nog iets en dat betreft de heren Zilkov en Varinski. Die zijn met de noorderzon vertrokken; op zich is dat niet zo erg want die kan ik missen als kiespijn. Het punt is alleen dat zij flink de zakken gevuld hebben en onder andere van mijn geld die Tschaika gekocht hebben, die dus feitelijk mij toebehoort. Ik heb gegronde redenen om aan te nemen dat zij op weg zijn naar Irkoetsk en sterker nog: ik weet zelfs het adres." Iedereen keek nu verbaasd naar Igor die dit kalm had gezegd.

"Je weet het adres?" herhaalde Michael. “Ja, en ik zal je vertellen waarom ik zo zeker ben van mijn zaak. Een half jaar geleden kreeg ik een telefoontje van een vriendelijke meneer Vladimir Roshisko uit Irkoetsk die mij vertelde sinds kort een enorme metaalfabriek te bezitten, genaamd "Irkoetsk metaal," voorheen een Staatsbedrijf." Hij keek nu de drie Hollandse vrienden aan: "Jullie weten wellicht dat sinds vorig jaar veel Staatsbedrijven overgingen in particuliere handen. Dat kwam uiteraard door de hervormingen, die overigens niet in alle gevallen zo positief uitpakten als ze wel gepresenteerd werden." "Is dat wel zo?" vroeg Hans. "dat men besloot het systeem radicaal te veranderen, was toch per definitie een verbetering? Alles beter dan de tientallen jaren waarin jullie hadden geleefd in een soort van ..." "Dictatuur?" vroeg Igor. "Dat woord wilde ik niet direct gebruiken," mompelde Hans. "Dat mag je best gebruiken," sprak Igor nuchter. "Maar waar ik naartoe wil, is het feit dat met de hervormingen het marktgerichte denken en handelen werd geïntroduceerd. Iedereen die daarin kan aarden, zal zich in de hemel wanen terwijl degenen die niet mee kunnen komen, om wat voor reden dan ook, eerder het gevoel hebben dat ze in de hel zijn beland." Hans knikte en bedacht zich dat precies hetzelfde een kleine drie jaar eerder was gebeurd toen de Berlijnse muur was gevallen waarmee definitief een einde kwam aan het bestaan van de DDR. Eerst feestvreugde en toen de kater toen bleek dat de voormalig oost-Duitsers te maken kregen met werkloosheid, inflatie en nog tal van andere zaken die onlosmakelijk horen bij het aanvankelijk jaloers bekeken westen. "Ik begrijp het," zei hij tenslotte. "Alles heeft een keerzijde." "Juist," ging Igor verder. "Irkoetsk metaal was, zoals gezegd, een Staatsbedrijf. Door de hervormingen gingen veel dingen veranderen. Daardoor kon het gebeuren dat fabrieken ineens een gigantische overproductie bleken te hebben doordat de afzet geheel of gedeeltelijk wegviel." "Jaja," dacht Fred, zich de uiteenzetting van zijn vader herinnerend, "de  oorlogsindustrie kreeg natuurlijk ook een flinke knauw."
"Een logisch gevolg was dus dat iedere particulier die geld had, en brood zag in een voormalige Staatsfabriek, gewoon de hele tent kon opkopen," verduidelijkte Igor.  "En dat had die Roshisko gedaan, als ik het goed begrijp,” reageerde Peter. "Ja. Nu snapte Roshisko natuurlijk wel dat hij al zijn staal nooit kwijt zou raken op de Russische markt; dat was immers de beweegreden van de Staat geweest om fabrieken af te stoten. Hij had direct door dat hij goede zaken kon doen als hij maar afnemers in het buitenland kon vinden. De ideale manier volgens hem en dat was geeneens een domme gedachte – bestond uit het benaderen van Russische bedrijven die zowel goederen transporteerden als handel dreven met het westen. Zo heeft hij dat aan mij uitgelegd en dat was ook alleszins logisch. Tenslotte is het bekend dat het westen, gerekend naar Russische maatstaven, erg duur is zodat wij altijd kunnen leveren tegen scherpe prijzen en er zelf toch goed aan verdienen."
Fred knikte: "Geen speld tussen te krijgen, maar hoe kwam hij in vredesnaam bij jou terecht?" Igor Glimlachte: "Dat was natuurlijk het eerste wat ik hem vroeg. Roshisko verklaarde dat hij relaties had in Moskou die voor hem hadden onderzocht welke bedrijven interessant konden zijn voor hem. Eén daarvan was dus Novi Transport."  "Tot zover allemaal heel redelijk," bromde Fred, "maar nu twee vragen: wie waren die relaties en waarom ben jij er nou van overtuigd dat dat Zilkov en Varinski uitgerekend naar Roshisko zouden zijn gegaan?" "Dat komt doordat ik een paar dingen op een rijtje heb gezet en wat zaken heb gecombineerd," antwoordde Igor. "Gisterenavond, zo rond een uur of negen, werd ik opgebeld door de politiechef. Hij vertelde mij dat alle verdachten verhoord waren. Samenvattend komt het er op neer dat Zilkov en Varinski de leiders waren van de hele bende. Zij werkten echter op hun beurt óók weer in opdracht van iemand anders die zich in Petersburg zou bevinden. Vandaag zou de laatste dag zijn geweest van de hele operatie. Als jullie niet tussenbeide waren gekomen, zouden ze nu allemaal op weg zijn gegaan naar Petersburg om daar van de grote chef de plannen te vernemen omtrent een nieuwe actie. Wie die grote chef precies is, is iets wat alleen Zilkov en Varinski schijnen te weten. Maar nu komt het: gisterenmiddag heb ik met al mijn Russische klanten een kort telefoontje gepleegd. Allemaal waren ze gebeld met de mededeling dat Novi Transport in een financiële crisis verkeerde waarvan nog niet zeker was of deze nog te verhelpen was. Komende maandag zou daar meer duidelijkheid over zijn." "Maar dan zouden de vogels gevlogen zijn," onderbrak Peter. "En dat terwijl Oljev met mij in principe een afspraak had gemaakt voor de komende maandag. Dan zou dus ik voor een dichte deur gestaan hebben." Igor haalde zijn schouders op: "Ja, waarom hij dat zo aanpakte, is mij ook niet duidelijk. Ik heb natuurlijk het hele verhaal over jullie missie van de politiechef te horen gekregen. Hij vertelde mij ook dat Oljev jou had gevraagd om de komende maandag een voorschot van vijfhonderd dollar mee te brengen. Waarschijnlijk hoopte hij dat jij ter plekke al wat vooruit zou willen betalen. Maar om even terug te komen op Irkoetsk: gisteren was ik bezig om de restanten van het bureau op te ruimen. Tussen de spullen op de grond lag een schrijfblok. Ik pakte het, klapte het dicht en legde het op deze tafel. Pas enige tijd later realiseerde ik mij dat er iets vreemds was geweest met dat schrijfblok en ineens wist ik het." Igor stopte met spreken en keek iedereen triomfantelijk aan.

"Vertel verder; wat was er dan aan de hand?" zei Hans ongeduldig. "Ik heb zelf altijd de gewoonte om een vel af te scheuren als ik ga schrijven," verduidelijkte Igor. "Alleen dit keer zag ik op het lege blad een heel vage doordruk alsof iemand iets op een vel geschreven had en het daarna pas had uitgescheurd. Er is een manier om in zo'n geval de doordruk duidelijker te maken. Je hoeft dan alleen maar een potlood te nemen, wat grafiet van de punt te schrapen en dat fijne poeder lichtjes over het papier te wrijven. En raad eens?" "Nou?" "In het handschrift van Zilkov was een lijst geschreven van klanten die in het verleden via mij altijd veel staal hadden besteld. Die namen had hij uiteraard opgepikt uit mijn administratie. Het meest interessant was echter de boodschap die onder de lijst stond gekrabbeld. Dat betrof de opmerking dat  alle genoemde personen na korte tijd een telefoontje van Roshisko moesten krijgen met de mededeling dat ze, nu Novi Transport failliet was, bij hem staal konden bestellen. Vandaar dat ik dus geen barst geloof van dat hele Petersburgverhaal." Er viel een stilte. Iedereen besefte onmiddellijk hoe geraffineerd dit plan in elkaar stak. Zilkov en Varinski zouden gewoon de boel de boel hebben gelaten en er gewoon vandoor zijn gegaan, de hele bende in de waan latend dat ze naar Petersburg waren vertrokken. Zelfs al zouden ze er ooit achter komen dat ex-klanten van Novi Transport rechtstreeks staal kochten bij Irkoetsk metaal, dan nog zouden ze de link niet leggen met de twee verdwenen mannen. Fred knikte langzaam en zei: "Dan is Roshisko de grote baas en zijn Zilkov en Varinski de relaties waar hij over sprak." "Juist," beaamde Igor. "En als ik niet toevallig die doordruk op het schrijfblok had bespeurd, zou ik daar nooit opgekomen zijn. Nou, de rest mag duidelijk zijn: zo'n drie weken heeft Roshisko mij inderdaad gebeld met de mededeling dat hij mij een heel interessant aanbod te doen had en mij gevraagd of ik in de nabije toekomst kans zag om naar Irkoetsk te komen. Dat was natuurlijk alleen maar bedoeld om mij daarover te laten praten met mijn vrouw zodat zij mijn afwezigheid later verklaard zou zien. Vervolgens hebben ze mij opgesloten en onder dwang laten bellen met haar. Ik moest toen inderdaad zeggen dat ik voor twee weken naar Irkoetsk was vertrokken."
"Waarom zo'n lange periode?" vroeg Peter. "Dat had twee redenen: in de eerste plaats konden ze rustig allerlei lopende zaken afwikkelen om vervolgens langzaam mijn bankrekening leeg te halen zonder dat dat opviel," verklaarde Igor. "Zilkov en Varinski zijn voor mij wel vaker met een machtiging naar de bank geweest om geld op te nemen." Peter keek hem geschrokken aan: "Lieve help! Dan hebben ze jouw banksaldo natuurlijk behoorlijk geplunderd door middel van vervalste machtigingen." Igor knikte: "Ja, maar alleen de rekening waarop de betalingen binnenkwamen en gebruikt werd om zelf weer betalingen te verrichten. De andere rekening met stabiele gelden is er een waar ze niet aan konden komen omdat die alleen toegankelijk is voor mij en mijn vrouw. Niemand van de vierex-personeelsleden wist overigens van het bestaan af van die rekening omdat hiervan geen enkele aanwijzing terug te vinden is in de administratie van Novi Transport; alle papieren daarvan worden altijd rechtstreeks naar mij thuis gestuurd. En dat is maar goed ook anders hadden ze daar ook machtigingen voor vervalst en was ik nu inderdaad failliet geweest."  "Maar alles bij elkaar hebben ze zich dus wel een fiks geldbedrag toegeëigend," zei Peter. "Genoeg om die Tschaika te kopen en een heel poosje rustig te leven," lichtte Igor toe. "Begrijp me niet verkeerd door te denken dat ik nu in problemen kom. Even een bezoek aan de bank maandag en de bedrijfsrekening is weer gevuld, maar het gaat uiteraard om het principe." Er viel een stilte die uiteindelijk door Fred verbroken werd: "En die andere arrestanten die zijn aangehouden, wat deden die intussen?" Igor begon te lachen: "Je moet niet veronderstellen dat die lui allemaal hetzelfde uitspookten als hier, namelijk de firmaeigenaar in gijzeling nemen. Dat werkte hier toevallig omdat alle werknemers deel uitmaakten van de bende. In alle andere gevallen werden voornamelijk kleine maar nijvere bedrijven afgeperst. Ze moesten beschermgeld betalen anders zou het hele bedrijf op een nacht in vlammen opgaan. En dat dat min of meer bekend was, komt weer doordat daar in het zakelijke circuit verhuld over gesproken werd in de trant van: "zeg ik heb gehoord dat zus en zo gebeurt, wat zou je daar aan kunnen doen als je zelf het slachtoffer zou zijn?" Igor zweeg een moment en begon vervolgens weer te praten: "Aangifte doen had in zo’n situatie weinig zin omdat zelfs na een eventuele arrestatie de hele boel evengoed in brand gestoken zou worden. Vandaar dus die beloning die door grotere bedrijven werd uitgeloofd, zuiver uit angst ooit zèlf eens ongewenst bezoek te krijgen."  "Wij voelen ons haast schuldig omdat wij die in de wacht hebben gesleept terwijl jij zo'n enorme pech hebt gehad," mompelde Fred. De anderen knikten. Igor was net opgestaan om de thermoskan met thee te pakken. Toen hij weer zat en zijn kopje volschonk, schudde hij glimlachend het hoofd: “Dat is helemaal niet nodig, jongens. Die hebben jullie eerlijk verdiend. Jullie hebben er toch voor gezorgd dat er geen mensen meer worden gedupeerd? Nou, dan is het toch juist des te rechtvaardiger dat jullie..."

Hoe dit verder gaat lees je volgende week. Liever morgen verder lezen? Het boek is ook gewoon te koop en kun je hier bestellen!