De verlichte fietsenmaker

‘Zie de stakker ploeteren. Zonder kompas of bestemming zwerft hij rond. Hij weet alleen dat hij op zoek is naar een meisje, om mee te vrijen in de verzameling stront die zijn leven is. Ooit zal hij in deze stront een kind laten opgroeien. Tot die dag blijft hij ploeteren.’ Mijn slaapdronken ogen flitsen naar de schaduwrijke hoeken van mijn kamer. Op zoek naar de cynische verteller die mijn levensloop toelicht. Maar er is niemand. De verteller bevindt zich slechts in de tv, die blijkbaar de hele nacht heeft aangestaan.

Terwijl ik in mijn oogkeutels wroet, zie ik op tv een mestkever eveneens in keutels wroeten – maar dan het reguliere anusproduct. De mestkever staat volgens de verteller bekend als Scarabaeus Sacer, heilige pillendraaier, omdat hij zijn vruchtbare mestballen door het hele bos verspreidt. Ik ben niet zo nobel. Ik verspreid slechts de methaangassen van nachtelijke pizza’s. Momenteel zorgen zij voor klimaatverandering onder de lakens, waardoor het er behaaglijk warm is.

Geïnspireerd door Scarabaeus Sacer rolt Homo Pretstudicus zijn nest uit, om een kompasloos rondje door het leven te zwerven. Buiten staat Kerstavond op het punt om de decembermiddag voortijdig te verdringen. In de schemering hakt een stratenmaker stenen met zijn sikkelvormige werktuig. Een pizzabezorger sjeest voorbij met een eenzame Kerstmaaltijd. Net als mestkevers duwen zij hun eigen bal stront voort, maar tegelijk bemesten ze het bos. In dit bos ben ik slechts een parasiet.

Mijn jarenlange geploeter op de universiteit wordt volledig gefinancierd door anderen. Als parasitaire studenten afstuderen, veranderen ze in hoogopgeleiden die veel meer verdienen dan stratenmakers en pizzabezorgers. Dit geld geven ze aan datingsites voor hoogopgeleiden, zorgverzekeringen voor hoogopgeleiden en gegentrificeerde kutzaken, waar ze hun scrotum masseren terwijl ze duurzame, slaafvrije, fairtrade soja-Lattes drinken. Terwijl studenten mest oogsten uit het hele bos, bezaaien hoogopgeleiden zoveel mogelijk hun eigen afgebakende Hof van Eden.

De schemering wordt doorbroken door de kerstverlichting van een woonwagenkamp. Een nerveuze chihuahua keft achter de omheining. ‘Fietsen te koop. 90 euro,’ staat op een bordje. Hoewel mijn eigen fiets onlangs is gejat, aarzel ik voor ik binnenloop. Woonwagenkampen bevinden zich in een voor mij duister deel van het bos.

Er verschijnt een schim in de deuropening. Even verlicht de knipperende kerstversiering zijn gelaat. Diepe wallen splijten zijn gezicht, erboven prijken de priemende ogen van een rottweiler. Hij ziet eruit als een man die fietsen jat en ze doorverkoopt op zijn woonwagenkamp. ‘Is negentig euro de uiterste pr…’ ‘Hou je bek tyfushond.’ ‘O euh, ik..’ ‘Niet jij. Die hond,’ zegt de man bulderend van het lachen. ‘Geinig, studenten komen hier niet vaak. Al zijn jullie volgens mij net als ons hoor. Een beetje zuipen, een beetje neuken en tussendoor wat knaken bij elkaar scharrelen om een broodje shoarma in je porum te kunnen douwen. Ja toch?’ ‘Daar komt het ongeveer op neer,’ beken ik.

‘Hebt u ook goedkopere fietsen?’ ‘Als ik ze goedkoper weg doe moet ik die hond opvreten, jongen. Even verderop staat er een voor zestig. Maar let op dat de trappers niet te veel speling hebben, want dan word je alsnog genaaid.’ Hij pakt een van zijn fietsen erbij. ‘Kom, ik laat het je zien.’ Als ik even later de poort sluit zie ik het rode schijnsel van de kerstversiering nog eenmaal zijn gezicht oplichten. Dan wordt hij, de verlichte fietsenmaker, door duisternis verzwolgen.

Hoog- of laagopgeleid, allemaal zijn we slechts mestkevers die hun eigen strontballen voortduwen. Een maatschappelijke tweedeling zorgt voor wederzijdse onwil om het bos te bemesten. Als je een fiets nodig hebt, mijd dan de hippe fietsenwinkels waar je je scrotum masseert terwijl je een duurzame vintage-fiets van gerecyclede fietsframes aanschaft. Loop eens een woonwagenkamp binnen. Naast de kans dat je je eigen gejatte fiets mag terugkopen – zelden is recycling dermate efficiënt – ontdek je zo de charme van een duistere plek in het bos.