Het meisje dat ik niet kan vergeten

Bert, een van de vrijwilligers van een netwerk tegen kindermishandeling waar ik toen lid van was, had een kraampje geregeld om campagne te voeren. Er waren meer vrijwilligers die toestemden, maar een voor een haakten ze af. Hij was dus blij dat ik daadwerkelijk kwam.

We bespraken hoe we de aandacht van mensen konden trekken. In ieder geval legden we het campagnemateriaal klaar: Posters, stickers en ook donatie/vrijwilliger formulieren. Bert kwam op het idee om wat speelgoed te kopen om de kraam aantrekkelijker te maken. Het idee was als iemand iets wilde doen aan kindermishandeling, bijv. stickers verspreiden, mocht dochter of zoonlief een klein speeltje uitzoeken. Dus ik naar de speelgoedwinkel voor een zooi prullen waar kinderen meestal gek op zijn.
Bert zag het ook als een experiment. We hadden aardig wat aanloop. Heel wat mensen waren bereid om stickers aan te nemen en te verspreiden. Sommige namen zelfs een formulier in ontvangst. Er werden ook wat verhalen over mishandeling uitgewisseld.

Zoals je kunt verwachten, als je uren in een winkelcentrum staat, zie je vervelende situaties. Minder dan ik had verwacht, maar toch is het blijven hangen.

Er kwam een groepje voorbij, ik dacht een vader en moeder met twee jongens van ongeveer zes en vier. Zij liepen gewoon. En een moeder met een dochtertje van ongeveer tweeënhalf, vastgebonden in een buggy. Aanvankelijk leek dit kind rustig en tevreden. Ze hield een knuffel in haar armen.

Na ongeveer een uur kwamen ze weer voorbij en hielden even halt. Het dochtertje begon te spartelen, te huilen en te gillen. De moeder ging op haar hurken op ooghoogte zitten en vroeg wat er was. Op zich een goede reactie, maar de toon was ongeduldig. Dochtertje liet kennelijk weten dat ze wilde lopen, want de moeder zei verwijtend: “Nee, want jij loopt weg”. En liep snel weer door. Zij gaf het kind niet eens een kans.

Het meisje zat kennelijk al zeker twee uur onvrijwillig vast, toen ze nogmaals voorbij liepen. Dochtertje gooide uit wanhoop haar knuffel weg. Moeder pakte die op, maar gaf het niet terug. Dochtertje huilde en piepte. De vrouw verweet haar: “Je bent de hele tijd al bezig”.
Het is net zo iets als in een echte bontjas rondlopen of je hond een rotschop geven, vlak voor de neus van een campagne van Wakker Dier. Ik zou willen dat ik sneller had gereageerd.

De moeder wilde ongestoord kunnen winkelen en vooral geen omkijken hebben naar haar kind. Voor omstanders is het moeilijk om te reageren, maar het groepje telde nog twee volwassenen. Waarom kwam niemand voor haar op?
Het kan vast geen kwaad als een kind even in een buggy zit, maar urenlang? Het kind wordt geweld aangedaan, als het zo lang stil moet zitten. Het kan er behalve psychische ook lichamelijke klachten door krijgen, zoals stijve spieren, rugpijn en een slechte motoriek.

Dit meisje en met haar nog vele kinderen ontvangen steeds de volgende boodschappen: Ik vertrouw je niet. Je hoort er niet bij. Je bent overbodig. Je bent een last. Ik heb maling aan wat jij wil.
Welke levenslessen krijgt het mee? De opvoeding bepaalt grotendeels hoe een kind later in het leven staat. Als het stil is, word het niet 'gezien' en als het van zich laat horen, word het afgewezen.

In de verte zag ik het groepje lopen. De gevangene huilde hartverscheurend en zwiepte van pure stress haar beentjes op een neer.
Veel liever zie ik kinderen spelen en ontdekken, maar dat zie je steeds minder. Terwijl het lichaam van een kind gemaakt is om te bewegen.

Dan was er nog een andere moeder. Alleen. Nou ja, ook met een kind in een buggy. Van zo'n 21 maanden. Het meisje begon eerst te huilen en probeerde aandacht te trekken. Al snel begon ze te brullen en trappen. De moeder reageerde nauwelijks. Nu was ik wel sterk/snel genoeg om erop af te gaan. Ik zei iets als: 'uw kind raakt helemaal over de toeren' en vroeg zo bedaard mogelijk of ze 'dit' wilde lezen en reikte een artikel aan dat ik had geschreven. Ze nam het in ontvangst en reageerde niet eens vijandig. Binnen de kortste keren liep haar kind rond! Het leek een heel ander kind. Onbekommerd, tevreden. Bereid tot samenwerken. Alsof het de stress al vergeten was. De moeder was op een bankje gaan zitten, met het artikel voor zich! Het kind vermaakte zich in de speeltuin.

Ze is er niet op teruggekomen. Later klonk er weer gebrul, het kwam me bekend voor. Inderdaad het zelfde kind, vechtend, trappend. De moeder liep schichtig door. Veranderen kost tijd, dacht ik tolerant. Ik hoop echt dat die moeder de volgende dag wakker is geworden met het besef: dit wil ik niet meer zo doen. Ik wil rekening gaan houden met wat mijn kind nodig heeft.

Door Bert voelde ik me gesteund, ik kon goed met hem praten over wat me bezighield in verband met kinderen. Hij zette me niet onder druk om ergens op af te stappen, maar hield me er ook niet vanaf, met het argument dat ik 'toch alleen maar ruzie krijg'. Het is bevrijdend om met iemand je gedachten te kunnen wisselen. Zelf heeft hij wel eens ingegrepen toen voor zijn ogen een tienermeisje werd neergeslagen.

Ik heb ook lieve dingen gezien. Een kindje van anderhalf dat liep. Een vader met een zoontje van drie, die samen spullen naar de auto droegen. De vader riep: “Wat knap. Je doet het echt heel goed”. Dat jongetje voelde zich vast nuttig, gewaardeerd en nam echt deel aan het gebeuren in plaats van het alleen te ondergaan. Trots liep hij met het gewicht. Ik genoot er werkelijk van. Soms vergeet je bijna dat je kinderen ook zó kunt behandelen.

Zie ook. Negeren is iemand geweld aandoen:
https://www.youtube.com/watch?v=SUOkgcY2suE
Dit kindje werd na twee minuten getroost en gerustgesteld. Veel kinderen zijn alleen met hun nood.