Zeggen wat anderen denken

Zeggen wat heel veel mensen denken. Dat schijnt steeds vaker de sleutel tot succes en mateloze populariteit te zijn. Wat er verder nog precies wordt gezegd is misschien wat minder belangrijk. Zolang een aantal zaken maar regelmatig worden herhaald.

In de VS roepen politici als Donald Trump en Sarah Palin echt de meest vreselijke dingen. De meest domme dingen ook. De Declaration of Independence wordt regelmatig verkracht door verschillende regels uit het verband te rukken of door zaken te noemen die er niet eens in staan. Geografie is niet hun sterkste kant. Palin snapt blijkbaar nog steeds niet dat Native Americans de oorspronkelijke bewoners waren. En dan hebben ze op verschillende vlakken nog een totaal tegengestelde mening ook.

Maar ze roepen wel wat het volk wil horen:
“Ze pikken onze banen!”
“Bouw een muur!”
“Amerika is de beste!”
“Blijf van onze wapens af!”
“Eigen volk eerst!”
“Spreek Amerikaans!”
Ik gebruik expres uitroeptekens. Het wordt namelijk altijd nogal hysterisch geschreeuwd.

Het zijn altijd maximaal vijf of zes oneliners. En die zijn dan voldoende om de rest van hun programma's niet meer te lezen en alle overige onzin die ze roepen te negeren. Haalbaarheid van wat ze roepen is ook niet echt belangrijk. Zolang ze het maar blijven roepen.

Is dit typisch Amerikaans? Niet echt. Populisme viert ook in Europa hoogtij. In Griekenland kwamen de hardste schreeuwers gewoon aan de macht. Die riepen dat de bezuinigingen die de EU oplegden kut waren en binnen een paar maanden konden ze een regering vormen. Dat ze absoluut geen ondersteunende visie voor het oplossen van de problematiek hadden, werd even over het hoofd gezien. Maar ze riepen wél wat het volk dacht: “Het is allemaal kut!”

Erdogan speelt in Turkije ook slim in op een stuk nationalisme. In Italië is een volledig onbekwame en corrupte Berlusconi met tussenpozen 11 jaar president geweest. En momenteel is iedere opmerking over een stevig rem of een volledige stop van de vluchtelingenstroom voldoende om de ster van iedere Europese politicus stevig te doen rijzen.

Maar zeggen zij nu inderdaad wel wat anderen denken? Of eigenlijk: durven ze wel alles te zeggen wat heel veel mensen denken?

Op een paar uitzonderingen na, hoor ik deze lui nooit roepen dat bevolkingsgroepen dood moeten. Ik hoor ze zeshonderd verdronken vluchtelingen nooit naar goed nieuws vertalen. Zij vragen niet om atoombommen of totale uitroeiing. Nee, deze politici beperken zich toch vooral tot enkele nietszeggende oneliners.

Dit is en blijft een succesvolle strategie. Je roept één zin waar jij feitelijk nooit op aangesproken kunt worden. Je toehoorders vertalen die ene zin naar de meest gruwelijke teksten, gebaseerd op wat zij feitelijk al dachten. En omdat die zin de inspiratie was, krijg jij vanzelf terug dat je precies zegt wat zij denken.

Eigenlijk is het veel simpeler. Als je het internet afstruint kom je er vanzelf wel achter wat grote groepen mensen allang denken en zeggen. Daar hoef je vervolgens enkel dat ene zinnetje bij te bedenken waarmee anderen aan de haal gaan. De bewondering komt vervolgens vanzelf naar jou toe.

Hoe dom is dit wel niet? Een politicus daagt je uit om nog harder en vaker te zeggen wat jij al dacht. En dan leg je de eer terug bij die politicus?