Nachtmerrie

Half vijf ’s ochtends, ik schrik wakker in een donkere slaapkamer. Hoewel ik niet precies meer weet wat ik droomde, weet ik wel dat het een nachtmerrie was en dat ik achtervolgd werd door kwaadaardige Friezen die bozig dingen in het Fries naar me schreeuwden. Ik open mijn ogen en kijk de kamer rond. De deur lijkt open en op de gang zie ik een schim staan die langzaam dichterbij lijkt te komen.

Ik probeer te bewegen maar verkeer volledig in slaapverlamming.  Doodsbang blijf ik gefocust op de deuropening. Na wat voelt als uren kan ik me eindelijk bewegen en doe ik mijn nachtlampje aan. Het silhouet van de duistere persoon blijkt simpelweg de enorme Katy Perry-poster op de (gesloten) deur te zijn. Hoewel ik nooit meer hetzelfde naar Katy Perry zal kijken, vroeg ik me vooral af hoe dit verschijnsel werd veroorzaakt. Waarom zien we schimmen? Wat verklaart het?

De oude Germanen blijken er een woord voor te hebben: merries. Los van de huidige betekenis van vrouwelijk paard betekende dit woord eeuwenlang ‘een demon of schaduwfiguur die in je kamer staat of op je borst zit als je net gaat slapen of wakker wordt’. Ze werden van oudsher geassocieerd met de duivel en hun aanwezigheid –als merries in de nacht– veroorzaakt nachtmerries – vandaar het woord. Ze waren daarnaast shapeshifters en droegen ook altijd een hoed, die hen onzichtbaar maakte. Merries konden buitengesloten worden door bijvoorbeeld een sleutelgat dicht te stoppen of de lamp ’s nachts aan te laten.

Een wetenschappelijkere verklaring is te vinden in de neurologie. Wat de Engelsen het Old Hag Syndrome noemen –of het nou een heks, schim, demon of iets anders is- is te verklaren door het feit dat je lichaam soms al slaapt terwijl je geest nog (of al) wakker is. In droomslaap, ook wel remslaap, ben je tot aan je ogen doorgaans verlamd om te voorkomen dat je slaapwandelt of rare bewegingen maakt. De combinatie hiervan kan heel af en toe zorgen voor een wakkere geest maar een verlamd lichaam: simpelweg slaapverlamming geheten.

Omdat je je bewust bent van je omgeving maar tegelijkertijd niet kunt bewegen, kickt je overlevingsinstinct in en zie je in het minste of geringste een gevaar. Een simpele kapstok kan zo een kwaadaardig figuur worden – kwaadaardig omdat het bij twijfel uitgaan van het ergste zorgt voor een betere kans op overleving.  Je ervaart dus dreiging, maar kan je niet bewegen, schiet daardoor in paniek, kan je opnieuw niet bewegen, enzovoorts. Het is een vicieuze cirkel die soms slechts seconden, maar soms zelfs minuten tot uren kan duren.

Bij navragen op werk en Facebook bleek ik lang niet de enige zijn die ooit de furie van de merrie (of de Old Hag) heb mogen meemaken. Veel mensen hebben ze zo af en toe, en in allerlei varianten: in de hoek staand, dichterbij komend, op de borst zittend, hen kelend, onzichtbaar en zichtbaar, zwijgzaam of juist luid en noem verder maar op. Ik heb het gelukkig pas twee keer in m’n leven gehad en hou het daar met liefde bij. Jullie? Ooit bezoek gekregen van een merrie?